Leesvaardigheid vakdidacktiek

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Guten
Morgen

De planning: 

- Een leesopdracht

- Quiz

Aan het einde van de les kan ik....

mijn mening in 3 Duitse zinnen geven over het sprookje "Assepoester". 

Kan ik het sprookje "Assepoester" in 3 zinnen weergeven.

Wat is een sprookje?

Sprookjes

Wat weet je al over Assepoester?

Leesstrategieën

• Voorkennis gebruiken

• Voorspellen

• Visualiseren

• Vragen bedenken

Welke leestips ken je?

< Tips >

- Lees eerst de vraag en ga dan gericht zoeken.

- Zoek het trefwoord op in de vraag en lees dan de tekst

- Wanneer je betekenis van het woord niet weet?

- Lijkt het op een Nederlands  woord?

- Kijk of je om het woord heen kunt lezen.

Deel 1

Es war einmal ein Mädchen, dem war die Mutter gestorben. Ihre neue Stiefmutter hatte zwei Töchter mit ins Haus gebracht und sie waren alle sehr gemein zu ihr. Sie musste den ganzen Tag schwer arbeiten, früh aufstehen, Wasser tragen, Feuer machen, kochen und waschen. Abends, wenn sie müde war, musste sie sich neben den Herd in die Asche legen. Und weil sie darum immer staubig und schmutzig war, nannten sie es Aschenputtel.

Es begab sich, daß der König ein großes Fest veranstaltete, auf dem sich der Prinz eine Gemahlin aussuchen sollte. Aschenputtel bat die Stiefmutter, sie möchte ihm erlauben hinzugehen. „Aschenputtel,“ antwortete die Stiefmutter, „du bist voll Staub und Schmutz und willst zum Fest? Du darfst nicht mit, denn du hast keine prächtigen Kleider.“ Darauf eilte sie mit ihren stolzen Töchtern fort.

Deel 2

Aschenputtel ging zum Grab ihrer Mutter und weinte bis die Tränen darauf herniederfielen. Als sie die Augen wieder öffnete, trug sie plötzlich ein prächtiges Kleid und goldene Schuhe.

So ging es zum Fest und der Prinz tanzte mit ihr. Als es Abend war, wollte Aschenputtel fort, der Prinz wollte sie begleiten, aber sie entsprang ihm so geschwind, daß er nicht folgen konnte. Auf der Treppe verlor sie einen ihrer Schuhe. Der Prinz fand den Schuh und sprach: „Keine andere soll meine Gemahlin werden, als die, an deren Fuß dieser goldene Schuh paßt.“ Und er ließ im ganzen Königreich nach dem Mädchen suchen, der der Schuh passte.

Als er zu ihrem Hause kam, da passte der Schuh wie angegossen. Und als Aschenputtel sich in die Höhe richtete und dem Prinzen ins Gesicht sah, da erkannte er sie.

Und sie lebten glücklich alle Tage.

Vorm nu groepjes van 2 om samen de betekenis van de vetgedrukte woordjes te raden. 

- We lezen de tekst eerst klassikaal.

Vervolgens gaan we opnieuw lezen

-Bij de eerste vetgedrukte woord stoppen we met lezen.

-Je krijgt dan met je partner 30 sec. de tijd om het woord samen te raden. 

Welke Duitse woorden die in de tekst staan, lijken op het Nederlands? Schrijf ze hieronder op:

Je kunt kiezen:

 -Dia groen heeft open en gesloten vragen over de tekst, die je kunt beantwoorden.

-Dia rood verplaats je jezelf in de schoenen van assepoester en wat zou je in de gegeven situatie anders hebben gedaan?

Lees dit fragment; had jij het zelfde gedaan als assepoester of iets anders? Schrijf in het Duits op wat jij had gedaan en waarom. 

 

Als es Abend war, wollte Aschenputtel fort, der Prinz wollte sie begleiten, aber sie entsprang ihm so geschwind, daß er nicht folgen konnte. Auf der Treppe verlor sie einen ihrer Schuhe. 

Die Mutter von Aschenputtel war gestorben.

1. richtig
2. falsch

Waar heeft de stiefmoeder haar dochters meegebracht

1. Ins Haus
2. Zum Schloss
3. Zu den Garten

Ihre neue Stiefmutter hat ...... Töchter.

1. drei
2. zwei
3. vier

Sie musste den ganzen Tag schwer arbeiten. Maar wat voor werk?

1. in de tuin
2. het huishouden

Aschenputtel musste nur kochen.

1. richtig
2. falsch

Aschenputtel wollte auch zum Fest.

1. richtig
2. falsch

Assepoester ging naar het graf van haar moeder, maar wat deed ze daar?

1. Bidden
2. Huilen
3. Water geven

Wat gebeurde er bij het graf van haar moeder?

1. Ze viel in slaap
2. Ze kwam haar stiefmoeder tegen
3. Ze droeg plotseling een prachtige jurk

Wat had ze plotseling nog meer aan bij het graf van haar moeder?

1. Een paar schoenen
2. Een paar gouden schoenen
3. Een paar schoenen van diamant

Schrijf in 10 minuten 5 Duitse zinnen waarin je zowel de tekst weergeeft in eigen woorden als je mening.