ATW en PSYCH flex dt

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieHBOStudiejaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Taalkundigen gebruiken eigen vaktermen en begrippen om te spreken over taal. In dit blok maak je kennis met een nieuw deel van die taalkundige termen.

  • Je kunt aangeven hoe natuurlijke mensentaal verschilt van andere taalsystemen;
  • Je kunt werken met begrippen die taalkundigen gebruiken om te spreken over fonetiek, fonologie, morfologie en semantiek;
  • Je verdiept je in de elementaire theorievorming op deze deelgebieden (fonetiek, fonologie, morfologie en semantiek);
  • Je gaat onderzoeken hoe deze kennis als zelfstandige onderdelen bijdragen aan de waarde van het vak Nederlands;
  • Je leert met taalkundige ogen te kijken naar het begrip taal en leert te denken vanuit de deelgebieden van de taalkunde;
  • Je kunt verschillende soorten talen beschrijven, waaronder mensentaal, dierentalen, gebarentaal, kunsttalen;
  • Je kunt redelijk specifiek uitleggen hoe het komt dat mensenhersenen en daarmee het taalvermogen ervoor zorgen dat menen de taal kunnen hanteren;
  • Je kunt de taalgebieden in de hersenen benoemen en het taalverwerkingsproces benoemen bij produceren en verstaan.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Waar denk je aan
bij het begrip 'taal'?

Slide 7 - Woordweb

Wat is een taal?

Slide 8 - Woordweb

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wat zou het meervoud zijn van het (niet bestaande) woord 'puit'?

Slide 15 - Open vraag

Waarom koos je niet voor 'puits'?

Slide 16 - Open vraag

En het meervoud van 'puiter'?
A
puiteren
B
puiters

Slide 17 - Quizvraag

Universele eigenschappen van taal

Slide 18 - Tekstslide

Kun je een universele eigenschap van talen bedenken?

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Dit principe is compositionaliteit van betekenis. Kun je het principe ook toepassen op klanken?

Slide 22 - Open vraag

Kun je een samengesteld woord bedenken waarop het begrip 'compositionaliteit' van toepassing is?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Waarom zijn er
kunsttalen?

Slide 28 - Woordweb

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide