In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Lesduur is: 55 min
Onderdelen in deze les
Schrift, Pen
iPad op tafel
Slide 1 - Tekstslide
Jasmijn
Fré
Ties
Sep
Irne
Dante
Sophie
Gio
Allard
Fenne
Hester
Daphne
Nora
Noa
Rixt
Marri-Frouk
Bo-Avinn
Meneer Oosting
Schrift, Pen
iPad op tafel
Slide 2 - Tekstslide
Planning
Vorige les
Lezen geschiedenisvandaag.nu
Theorie perspectieven
Opdracht perspectieven
Exit-ticket
Vorige les
Communisme vs Liberalisme
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het eind van de les ken je de verschillende dimensies van geschiedenis
Aan het eind van de les kan je perspectieven herkennen uit bronnen
Slide 4 - Tekstslide
Politiek
Economisch
Sociaal
Cultureel
Welke aspecten horen bij deze "dimensies"?
Slide 5 - Tekstslide
We lezen klassikaal vanaf 'Satellietstaten en het IJzeren Gordijn: de verdeling van Europa'
Zelfstandig
Vraag de docent
5 min
We gaan zo bezig met deze stof aan de hand van bronnen
We lezen gezamenlijk
Slide 6 - Tekstslide
Oorzaak-gevolg
Gebeurtenissen hebben twee soorten factoren:
(1) historische actoren, dit zijn mensen wat doen wat leidt tot historische gebeurtenissen
(2) de sociale, politieke, economische en culturele context
Vandaag: Herkennen uit bronnen of iets sociaal/politiek/economisch/cultureel is
Slide 7 - Tekstslide
Stappenplan perspectieven in bronnen
Wat zie/lees ik in een bron?
Wat is het onderwerp van de bron?
Koppel het onderwerp aan een perspectief.
Leg uit waarom dit hierbij past.
Slide 8 - Tekstslide
We gaan oefenen met perspectieven vinden en herkennen in bronnen
Ik doe de eerste bron, bron 2 doen we samen, daarna zelfstandig/tweetallen
Vraag de docent
15 min
We bespreken twee of drie bronnen klassikaal
Maak een samenvatting van 10.1/maak de toetsvoorbereiding bij 10.1
Slide 9 - Tekstslide
Stappenplan perspectieven in bronnen
Wat zie/lees ik in een bron?
Wat is het onderwerp van de bron?
Koppel het onderwerp aan een perspectief.
Leg uit waarom dit hierbij past.
Slide 10 - Tekstslide
Beantwoord de vraag in minimaal 3 zinnen: 1. Wat zie of lees je in deze bron? 2. Over welk perspectief gaat deze bron? (politiek / economisch / sociaal / cultureel)
3. Welk perspectief is het moeilijkst om te herkennen?
Beantwoord de vragen in minimaal 3 zinnen:
1. Wat zie of lees je in deze bron?
2. Over welk perspectief gaat deze bron? (politiek/economisch/sociaal/ cultureel) + waar zie je dit in de bron?
3. Welk perspectief is het moeilijkst om te herkennen?