2.4a Romeinen - Een nieuwe godsdienst

Lesopzet
K: Presentatie > 2.4a Romeinen - Een nieuwe godsdienst
Z: 2.4 maken tm vraag 9. (blz. 44, 45 & 46)
Z: Klaar? Verder met je studiewijzer. 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lesopzet
K: Presentatie > 2.4a Romeinen - Een nieuwe godsdienst
Z: 2.4 maken tm vraag 9. (blz. 44, 45 & 46)
Z: Klaar? Verder met je studiewijzer. 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Romeinen
4. Een nieuwe godsdienst.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige keer...
Je weet dat de Romeinen vanaf 15 v. Ch. tot aan de Rijn Nederland veroverden. 
Je weet dat Romeinen in meerdere goden geloofden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Limes

  • Na de dood van Ceasar veroveren de Romeinen de laatste gebieden van hun enorme rijk. 
  • Ze maken vaak gebruik van natuurlijke grenzen zoals: zeeën, rivieren, bergen en woestijnen.
  • Maar als het nodig is bouwen ze een versterkte grens met wachttorens en forten. Zo'n grens heet limes

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Limes in Nederland


In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.

Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Bij Nijmegen (Noviamagus) en Xanten (Castra Vetera) lagen castra. Een castra is een groot fort, meestal voor een legioen. Dit was een leger van ongeveer 6000 soldaten.
Bij Utrecht (Trajectum) lag een castellum. Een castellum is een klein fort, meestal voor een cohort. Dit was een leger van ongeveer 600 soldaten.
De wachttoren die je bij de vorige slide zag, stond bij Vechten (Fectio)
De Tubanten (Tubanti) waren Germanen die in het oosten van het huidige Nederland woonden. De naam kom je tegenwoordig in dit gebied nog regelmatig tegen: de naam Twente is er van afgeleid, net als de naam van de regionale krant Tubantia.
De Bataven woonden in het gebied rond de grote rivieren. Dit gebied heet tegenwoordig de Betuwe, en vermoedelijk komt de naam van de Bataven

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De Limes in Nederland


In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.

Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van Castra Noviomagus (Nijmegen)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Romeinse godsdienst
Consilio degli dei
Fresco van Raphael 
(Villa Farnesina, 1517-1518)

Slide 8 - Tekstslide

Achtergrondinformatie:
  • De muurschildering uit Villa Farnesina kan je gebruiken om bij je leerlingen af te toetsen wat ze eventueel al kennen over de Romeinse godsdienst.
  • Het is ook heel fijn om op het einde van de les (wanneer ze heel wat meer over de goden kennen) naar deze afbeelding terug te keren en te vragen welke goden ze nu kunnen identificeren.
Jupiter
Hij is de god van de hemel en het onweer. Vandaar de bliksem dus...
Jupiter is de oppergod. Daarom draagt hij vaak een scepter.
Jupiter, als oppergod en god van de hemel, heeft vaak een arend bij zich. Dit is een symbool van macht

Slide 9 - Tekstslide

Extra:
  • Het kan leuk zijn om de leerlingen te laten ontdekken dat de planeten van ons zonnestelsel naar Romeinse goden zijn vernoemd.
  • In deze les gaat het om Jupiter, Mars, Neptunus, Venus (en Pluto als dwergplaneet).
Juno
Juno is de koningin van de goden. Ze is getrouwd met Jupiter. Ook zij draagt een scepter.
Juno is ook de godin van de moeders en echtgenotes.
Bij de koningin staat vaak een pauw.
Deze Juno zit op een troon en draagt een scepter in haar linkerhand.

Slide 10 - Tekstslide

Achtergrondinformatie:
  • Het kleine beeldje van Juno maakt deel uit van de collectie van het museum.
  • Heel wat van deze beeldjes waren in de Romeinse tijd niet wit, maar beschilderd in felle kleuren.
  • Rechts draagt Juno een schoteltje.
Diana
Ze is de godin van de natuur en de jacht. Vandaar de boog met pijlen...
Bij Diana zie je vaak een hert.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mars
Mars is vooral een oorlogsgod. Daarom draagt hij steeds een wapenrusting (helm, harnas...)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neptunus
Dit is de god van het water, de zee én de aardbevingen.
Neptunus draagt een drietand. Het is een symbool van macht en handig om vissen mee te vangen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze keer...
Je weet wat Christenen geloofden.
Je weet dat de Romeinen in het begin Christenen doden. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Koninkrijk?


De stadstaat Rome is ooit een koninkrijk geweest,
hoewel daar erg weinig over bekend is.

En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?
In 117 na Christus was het Romeinse Rijk op zijn grootst. 
In 63 v. Chr. veroverden de Romeinen de streek Palestina. Hier woonden vooral joden. Zij geloven in één god. Dit heet: monotheïsme (monos=enkel, theos=god).
De joden geloofden dat een verlosser hen zou bevrijden van al het kwaad, dus misschien ook wel van de Romeinen.
Romeinen geloven in meerdere goden. Dit heet: polytheïsme (poly=meer, theos=god). Overwonnen volken mogen hun eigen goden houden, zolang ze de belangrijkste Romeinse goden ook vereren. De Romeinen nemen op hun beurt ook weer Goden van andere volken over.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Jezus van Nazareth


  • Jezus is een Joodse man die rondreist in de streek Palestina en vertelt dat God goede mensen beloont en slechte mensen straft.
  • Jezus krijgt veel aanhangers. De Romeinen vinden hem daarom gevaarlijk. 
  • Ze nemen hem gevangen en kruisigen hem, de straf voor een opstandige slaaf.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Heeft Jezus echt bestaan?


  • Historici vermoeden van wel, hoewel er over het leven van Jezus geen (geschreven) bronnen zijn. 
  • Ook de Romeinen hebben niets opgeschreven over deze persoon. 
  • Alles wat wij van hem weten is (ongeveer 50 jaar) later opgeschreven, bijvoorbeeld in de Bijbel (Nieuwe Testament).






Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenen


  • De volgelingen van Jezus noemen zichzelf christenen
  • Deze naam komt van Christus, dat 'gezalfde' betekent.  Jezus wordt door zijn volgelingen zo genoemd. 
  • Zij geloven in de woorden die Jezus (via zijn leerlingen) aan hen heeft gegeven: 'Iedereen is gelijk voor God en voor ieder goed mens is er een plek in de hemel'.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenen in het Romeinse Rijk


Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk. De goede wegen 
en de aantrekkingskracht van het geloof (gelijkheid in de hemel, mysterieus en interessant) zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.


Christenen gebruikten zelden het kruis als symbool. Ze gebruikte liever het Chi Rho-teken: de eerste twee letters van de naam Christus in het Grieks. De twee letters naast het teken zijn de alpha (α) en de omega (Ω): de eerste en laatste letter van het Griekse alfabet. Hiermee gaven ze aan dat Jezus het begin en het einde was.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenen in het Romeinse Rijk


Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk. 
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof 
zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.


De verspreiding van het Christendom in het Romeinse Rijk.
Verspreiding rond het jaar 75.
Verspreiding rond het jaar 200.
Verspreiding rond het jaar 300.
Verspreiding rond het jaar 400.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Onder sommige Romeinse steden bevonden zich catacomben waarin christenen (maar ook Joden) hun doden begroeven.
Veel van deze catacomben zijn mooi versierd met christelijke muurschilderingen.
De catacomben werden soms ook gebruikt voor kerkdiensten, omdat het boven de grond te gevaarlijk was om openlijk voor je geloof uit te komen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Om voor elkaar (maar niet voor de Romeinen!) herkenbaar te zijn, gebruikten christenen symbolen. Zo tekenden ze bijvoorbeeld een ichthus (vis) in het zand om hun geloof aan andere christenen kenbaar te maken. Als er dan een Romein in de buurt was, konden ze het symbool weer eenvoudig wissen.
Hoewel de naam ichthus, vis betekent, is het ook een afkorting van de eerste letters van: Jezus Christus, Gods zoon, (en / de) Redder, in het Grieks.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Voor de leeuwen gooien, was een gebruikelijk doodstraf voor christenen tijdens hun vervolgingen in het Romeinse Rijk.
Het moet een gruwelijk spektakel zijn geweest, maar wat vooral indruk op de toeschouwers maakte was dat de christenen soms niet gingen vechten met de leeuwen, maar bidden tot hun god. 
De toeschouwers waren verbijsterd, maar ook nieuwsgierig: als je toch zoveel vertrouwen in je god hebt, dan moet het wel een hele goede god zijn. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Keizer Nero was één van de felste tegenstanders van de christenen. Hij gaf hen de schuld van de grote brand van Rome (die hij vermoedelijk zelf had laten stichten) en liet hen op de meest gruwelijke manieren aan hun eind komen.
Dit is een schilderij uit de 19e eeuw: Nero kijkt naar het lichaam van een christen die zojuist om het leven is gebracht.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Rond het jaar 100 schreef de Romeinse 
historicus Tacitus:
‘In 64 was er een grote brand: de helft van Rome 
brandde af.  Al gauw werd verteld dat keizer Nero 
de brand had laten aansteken, omdat hij ruimte nodig 
had voor een nieuw paleis. Daarom gaf Nero de 
christenen de schuld. Hij liet hen zwaar straffen.
Zo kregen zij beestenvellen aangetrokken om door 
wilde honden verscheurd te worden, of ze werden 
gekruisigd, of ze werden door vuur gedood: aan het 
eind van de dag werden ze aangestoken om te dienen 
als straatverlichting.’

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze keer...
Je weet wat Christenen geloofden.
Je weet dat de Romeinen in het begin Christenen doden. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesopzet
K: Presentatie > 2.4a Romeinen - Een nieuwe godsdienst
Z: 2.4 maken tm vraag 9.  (blz. 44, 45 & 46)
Z: Klaar? Verder met je studiewijzer. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies