Examenvragen Tijdvak 2 Oudheid

examenvragen tijdvak 1 en 2 
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

examenvragen tijdvak 1 en 2 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Gebruik bron 1.
Uit deze bron kun je afleiden dat Babylonië omstreeks 1780 voor Christus
een vroeg-stedelijke samenleving is.
2p
Kies twee van deze wetten en geef per wet aan waardoor deze aangeeft
dat er al sprake is van een vroeg-stedelijke samenleving.

Slide 3 - Open vraag

In het begin van de vierde eeuw voor Christus werd in Athene de regel
ingevoerd dat de burgers voor het bijwonen van de volksvergadering
presentiegeld kregen. Dit wordt beschouwd als een belangrijke stap in het
democratiseringsproces in de Atheense stadstaat.
2p 2 Leg dit uit.

Slide 4 - Open vraag

Gebruik bron 1. (Zie volgende slide)
Een bewering:
Het gebruik van het kleroterion beschermt de democratie van Athene.
2p 2 Leg dit uit.

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Het christendom ontstond in de Romeinse provincie Judea (tegenwoordig Israël/Palestina) en verbreidde zich daarna.

Leg uit welk verband er bestond tussen het Romeinse imperium en de
verbreiding van het christendom.

Slide 7 - Open vraag

Gebruik bron 5

De Gallische hoofdman in bron 5 ziet een duidelijk verschil tussen het
optreden van de Germanen en het optreden van de Romeinen. Dit verschil
vormt een verklaring voor de verspreiding van de Romeinse cultuur.

Slide 8 - Tekstslide


Leg dit uit door
− aan te geven op welke manier de Germanen zich gedroegen tegenover de Galliërs en
− aan te geven op welke manier de Romeinen zich gedroegen tegenover de Galliërs en
− daarmee een verklaring te geven voor de verspreiding van de Romeinse cultuur.

Slide 9 - Open vraag

bron 5
De Romeinse veldheer Julius Caesar beschrijft zijn veldtocht in Gallië. In zijn
boek geeft hij weer wat een Gallische hoofdman zegt bij het beleg van Alesia
in 52 voor Christus

Eens is Gallië geplunderd door Germanen die, toen zij op zoek waren naar
nieuw land, ons ernstig hebben geteisterd. Maar toen zij weer weggingen, lieten
zij ons onze rechten, wetten, akkers en onze vrijheid. Maar de Romeinen
worden uitsluitend door hebzucht voortgedreven. Alles willen ze hebben.
Hebben ze eenmaal gehoord van roemruchte strijders, dan willen ze op hun
akkers en in hun steden wonen en hun een eeuwigdurende slavernij opleggen.
Dit is hun enige manier van oorlog voeren. (…) Kijk naar Zuid-Frankrijk - eens
ook Gallië -, dat gemaakt is tot Romeinse provincie en nu als een slaaf voor
altijd zucht onder andere wetten, een ander recht en ander gezag.

Slide 10 - Tekstslide