Brood op de plank en Wokakkoord

Brood op de plank en Wokakkoord

Leerdoelen

• Aan het einde van de les kunt u de verschillen tussen de arbeidsongeschiktheidsverzekering voor werknemers en zzp'ers uitleggen.
• Aan het einde van de les kunt u het concept van asymmetrische informatie, averechtse selectie en moral hazard binnen het kader van een broodfonds uitleggen.
• Aan het einde van de les begrijpt u de impact van de Wet arbeid vreemdelingen op de loonontwikkeling van specialiteitenkoks.
• Aan het einde van de les kunt u de notie van verzonken kosten in de context van omscholingstrajecten voor koks uitleggen.

Wat weet je al over arbeidsongeschiktheidsverzekeringen en de impact van de Wet arbeid vreemdelingen op de loonontwikkeling van specialiteitenkoks?

Arbeidsongeschiktheidsverzekering voor werknemers en zzp'ers

• Verschillen tussen de verzekeringen
• Broodfonds als alternatieve verzekeringsvorm voor zzp'ers

Broodfonds als alternatieve verzekeringsvorm voor zzp'ers

• Wat is een broodfonds?
• Geen asymmetrische informatie, averechtse selectie en moral hazard

Wet arbeid vreemdelingen en de impact op de loonontwikkeling van specialiteitenkoks

• Overzicht van de wet
• Invloed op loonontwikkeling

Verzonken kosten in de context van omscholingstrajecten voor koks

• Definitie van verzonken kosten
• Relatie met omscholingstrajecten voor koks

Belangrijke begrippen

• Arbeidsongeschiktheidsverzekering: Een verzekering die een uitkering verstrekt bij inkomensverlies door arbeidsongeschiktheid.
• Broodfonds: Een alternatieve verzekeringsvorm waarbij een groep mensen samen een fonds vormen om het risico op inkomensverlies bij ziekte te dekken.
• Wet arbeid vreemdelingen: Een wet met strenge voorwaarden voor het laten werken van werknemers uit landen waarmee Nederland geen vrij verkeer van arbeid heeft afgesproken.
• Verzonken kosten: Kosten die al zijn gemaakt en die niet kunnen worden teruggewonnen, ongeacht de uitkomst van de investering.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.