Test je kennis - MAAT p1

TEST JE KENNIS
18 stellingen die juist/onjuist zijn

(ook wel de test je kennis in het werkboek)
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

TEST JE KENNIS
18 stellingen die juist/onjuist zijn

(ook wel de test je kennis in het werkboek)

Slide 1 - Tekstslide

1. Bij dilemma’s gaat het altijd om keuzes van de overheid
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 2 - Quizvraag

2. Als jij een sportblessure oploopt, is dat een persoonlijk probleem; als duizenden mensen gezondheidsklachten hebben vanwege smog is er sprake van een maatschappelijk vraagstuk.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 3 - Quizvraag

3. Een maatschappelijk vraagstuk is meestal ook een politiek probleem, omdat de overheid er meestal een rol in heeft.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 4 - Quizvraag

4. Je belangen worden in grote mate bepaald door je maatschappelijke positie.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 5 - Quizvraag

5. Bij een maatschappelijk vraagstuk is er altijd sprake van verschillende meningen.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 6 - Quizvraag

6. Vrijheid, eerlijkheid en rijkdom zijn voorbeelden van normen
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 7 - Quizvraag

7. Waarden zijn persoonlijk, normen gelden voor iedereen
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 8 - Quizvraag

8. Kennis, beroep, aantal en geweld zijn machtsmiddelen.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 9 - Quizvraag

9. Hoe welvarender een land, hoe meer sociale cohesie.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 10 - Quizvraag

10. Sociale ongelijkheid is het gevolg van sociale cohesie
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 11 - Quizvraag

11. Wanneer meningen als feiten worden gepresenteerd, is er geen sprake van een betrouwbare bron.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 12 - Quizvraag

12. Het is moeilijk om objectief waar te nemen, omdat iedereen een eigen referentiekader heeft.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 13 - Quizvraag

13. Algoritmes kunnen ervoor zorgen dat je in een filterbubbel terechtkomt.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 14 - Quizvraag

14. Iemand die selectief waarneemt, sluit zich af voor communicatie.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 15 - Quizvraag

15. Manipulatie betekent dat er langdurig, systematisch en dwingend eenzijdige meningen worden opgedrongen.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 16 - Quizvraag

16. De uitspraak “Die vrouw lijkt me een dom blondje” is een voorbeeld van een vooroordeel.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 17 - Quizvraag

17. ‘Daarom’, ‘dus’ en ‘want’ zijn voorbeelden van verbindingswoorden.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 18 - Quizvraag

18. “Als er meer politie op straat aanwezig is, daalt de criminaliteit” is een voorbeeld van een oorzaak-gevolgredenering.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 19 - Quizvraag