3. Inleiding, hoofdvragen & hypothese

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze week:
Vandaag gaan we verder met ons onderzoek:
deze week schrijf je de inleiding, hoofdvraag en de  hypothese. 

Slide 2 - Tekstslide

De inleiding:
De inleiding of introductie is het eerste hoofdstuk van je werkstuk. Je plaatst de inleiding direct na de inhoudsopgave. De inleiding is bedoeld om de interesse van de lezer te wekken, en de focus, het doel, de relevantie en de richting van je onderzoek te bepalen.

Slide 3 - Tekstslide

Dit gaan we oefenen!
Schrijf een inleiding voor een onderzoek over:

Slide 4 - Tekstslide

De inleiding:

Slide 5 - Open vraag

De onderzoekvraag:
Een vraagwoord als begin:
Een onderzoeksvraag is altijd een open vraag. De vraag kan daarom nooit met een werkwoord beginnen.


Vraagwoorden:
7W's = Wie, wat, waar, waarom, waartoe, wanneer en welke
H = Hoe

Slide 6 - Tekstslide

Een goede hoofdvraag:
  1. De hoofdvraag is één vraag;
  2. De hoofdvraag is helder geformuleerd;
  3. De hoofdvraag is niet met ‘ja’ of ‘nee’ te beantwoorden;
  4. De hoofdvraag is afgebakend;
  5. De hoofdvraag is haalbaar om te onderzoeken;
  6. De hoofdvraag is niet Google-baar.

Slide 7 - Tekstslide

Even oefenen:
Stel: 
In de Vrijheidswijk in wijk Leeuwarden hebben ze veel overlast van hangjongeren. De politie en de gemeente denken dat dit de leefbaarheid van de wijk verslechtert en zijn bang dat de wijk een slechte naam krijgt. 

Als onderzoeker weet jij dat je niet zomaar iets kan beweren, maar altijd eerst goed onderzoek moet doen. Bedenk een hoofdvraag.


Slide 8 - Tekstslide

Bedenk een hoofdvraag:

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Juiste vraag:
Wat is de invloed van de overlast van hangjongeren op de leefbaarheid van de Vrijheidswijk in Leeuwarden?

Wat zijn mogelijke deelvragen hierbij?

Slide 11 - Tekstslide

Deelvragen:
Een hoofdvraag is vaak te groot om in één keer te kunnen beantwoorden. Daarom deel je de hoofdvraag op in een aantal deelvragen (minstens 3). 

Door antwoorden te vinden op jouw deelvragen, beantwoord je uiteindelijk ook je hoofdvraag.

Slide 12 - Tekstslide

Soorten deelvragen:
In ieder onderzoek tref je verschillende soorten deelvragen aan:
  • Theorievraag
  • Resultatenvraag
  • Analysevraag

Slide 13 - Tekstslide

Bedenk een deelvraag:

Slide 14 - Open vraag

Hypothese:
Een hypothese is een voorlopige stelling waarin je aangeeft wat je verwacht te vinden in je onderzoek.

Een hypothese maak je voorafgaand aan je onderzoek en moet toetsbaar zijn (je moet het kunnen onderzoeken!)

Na je onderzoek kan je jouw hypothese bevestigen (verifiëren) of verwerpen (falsificeren).

Slide 15 - Tekstslide

Hoe maak je een hypothese?
Iedere hypothese bevat ten minste:
  • De variabelen die je onderzoekt
  • De groep die je bestudeert
  • De verwachte uitkomst

  1. Oorzaak-gevolg (Als….dan)
  2. Samenhang of effect (...heeft positief/negatief effect op…)
  3. Verschillen: hypothese focussen op de verschillen tussen groepen.

Slide 16 - Tekstslide

Studiemateriaal 
Extra informatie nodig?
Bestudeer het studiemateriaal op de volgende slides!

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Slide 19 - Link

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Aan de slag!

Slide 23 - Tekstslide