6.3 Duurzame landbouw

Duurzaam leven
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Duurzaam leven

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we vandaag?
Instructie
Huiswerkopdrachten maken

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen

-Je kunt de kenmerken van bestrijdingsmiddelen noemen
-Je kunt de kenmerken van biologische bestrijding noemen
-Je kunt uitleggen hoe je gewassen op een duurzame manier kunt verbouwen


Slide 3 - Tekstslide

Gangbare Landbouw
Veel dieren worden bij elkaar gehouden (intensieve veehouderij) en veel dezelfde gewassen bij elkaar geteeld (monocultuur)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Pesticiden
= chemische bestrijdingsmiddelen 
= gewasbeschermingsmiddelen
--> ziekten en plagen snel en goed bestrijden.

selectief = bestrijdingsmiddelen die maar 1 soort doden
niet - selectief = dodenverschillende organismen, ook onschadelijke en nuttige soorten. 

Slide 6 - Tekstslide

Resistentie
1. sommige individuen zijn niet of minder gevoelig voor het bestrijdingsmiddel. (erfelijk)
2. Deze organismen blijven leven en planten zich voort.
3.Hun nakomelingen zijn resistent --> overleven en planten zich weer voort. (de niet resistente individuen gaan dood)
4. Na een aantal generaties is de hele populatie resistent.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Biologische bestrijding
• door natuurlijke vijanden (sluipwespen doden larven van de witte vlieg)

• door het lokken van de schadelijke insecten (door geuren of geluiden) --> daarna worden deze gedood.

• door vruchtwisseling (nooit 2 jaar hetzelfde gewas verbouwen)

Slide 9 - Tekstslide

Biologische landbouw: het milieu en dierenwelzijn staan centraal.
  • Er worden geen chemische bestrijdingsmiddelen of kunstmest gebruikt.
• Dieren lopen zo veel mogelijk los.
• Ziekten en plagen worden bestreden met biologische methoden.
• Er worden nuttige insecten aangetrokken om schadelijke insecten te bestrijden.
• De gewassen worden verbouwd op kleine stukken grond waar vruchtwisseling wordt toegepast.
• Er wordt gebruikgemaakt van groenbemesting. (=planten zaaien en deze omploegen zodat reducenten de plantenresten om zetten in mineralen --> vruchtbare grond)

Nadeel biologische landbouw: minder opbrengst per oppervlak . --> 
Hierdoor zijn de biologische producten duurder.

Slide 10 - Tekstslide

Kringloop landbouw
Alle grondstoffen en eindproducten worden zoveel mogelijk hergebruikt binnen dezelfde landbouw --> weinig afval en uitstoot van gassen.

Slide 11 - Tekstslide

Precisielandbouw 
De boer weet, door meetapparatuur, precies wat er nodig is, de rest wordt niet onnodig bemest

• De boer heeft lagere kosten.
• Er belanden minder vervuilende stoffen in het milieu.
• Er wordt water bespaard.
• Elke plant krijgt precies wat hij nodig heeft, waardoor de opbrengst hoog is.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Aan het (huis)werk

Lees blz. 194 t/m 202
Maak basisstof 6.3 opdracht 1, 4,









Slide 14 - Tekstslide