Hoofdstuk 9. Je lichaam werkt - 9.3 Je ademt

Huiswerk controle
- Alle opdrachten van paragraaf 1 en 2 gemaakt

- Alle opdrachten van paragraaf 1 en 2 nagekeken
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Huiswerk controle
- Alle opdrachten van paragraaf 1 en 2 gemaakt

- Alle opdrachten van paragraaf 1 en 2 nagekeken

Slide 1 - Tekstslide

Ademhaling

Slide 2 - Woordweb

9.3 Je ademt
- Je leert hoe je ademhaalt;

- Je leert hoe zuurstof in je bloed komt;

- Je leert waarom je door je neus moet ademen.

Slide 3 - Tekstslide

Ademhalen
Inademen: 
ribben omhoog en middenrif plat → borstholte groter → longen groter → lucht in de longen.

Uitademen: 
ribben omlaag en middenrif bol → borstholte kleiner → longen kleiner → lucht uit de longen.


Slide 4 - Tekstslide

Typen ademhalen
Borstademhaling (ribademhaling): 
Je ribben bewegen omhoog en omlaag.

Buikademhaling (middenrifademhaling):
Je middenrif beweegt omhoog en omlaag.

Slide 5 - Tekstslide

Zuurstof in bloed

De weg van lucht: 
neusholte → keelholte → luchtpijp → bronchiën → luchtpijptakjes → longblaasjes.



Slide 6 - Tekstslide

Gaswisseling
Gaswisseling in de longblaasjes:

– Zuurstof gaat vanuit de lucht naar het bloed.  

– Koolstofdioxide gaat uit het bloed naar de lucht.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Inademen door je neus
Inademen door de neus heeft drie voordelen.

  1. Je neus ‘keurt’ de lucht met het reukzintuig. 
  2. Je neus houdt stof tegen. 
  3. Je neus maakt de lucht warm en vochtig.

Slide 9 - Tekstslide

Ademen door je neus
Aan de binnenkant van je neus, luchtpijp en bronchiën zit slijmvlies.

 
– Slijm maakt de lucht vochtig en er plakken stof en ziekteverwekkers aan vast.

– Trilhaartjes duwen slijm met vastgeplakt stof en ziekteverwekkers naar de keelholte.

Slide 10 - Tekstslide

Aan het werk
Hoofdstuk 9. Je lichaam werkt
Paragraaf 9.3 Je ademt
Tekstboek: lezen blz. 64 t/m 67
Werkboek: maken opdracht 1 t/m 17 (blz. 85 t/m 88)
timer
5:00
timer
15:00

Slide 11 - Tekstslide

De luchtpijp vertakt zich in twee ...
A
Longen
B
Bronchiën
C
Longblaasjes
D
Luchtpijktakjes

Slide 12 - Quizvraag

Wat is geen reden om door je neus te ademen?
A
De haartjes houden stofjes tegen
B
De lucht wordt vochtig gemaakt
C
Zo adem je niet teveel lucht in één keer in
D
Zo ruik je gevaarlijke stoffen

Slide 13 - Quizvraag

Wat zorgt ervoor dat er geen eten in je luchtpijp terecht komt?
A
Keelholte
B
Strotklepje
C
Neusholte
D
Huig

Slide 14 - Quizvraag

Er is zijn twee typen van ademhalen. Welke?
A
Neus en mond
B
Borst -en buikademhaling
C
In -en uit ademhalen

Slide 15 - Quizvraag