Verzorgende redeneren nierfalen

Nierfalen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Nierfalen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Je kunt benoemen wat de functies van de nieren zijn.
  • Je kunt benoemen wat de symptomen zijn van nierfalen.
  • Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen acuut en chronisch nierfalen.
  • Je kunt benoemen nierfalen wordt gediagnosticeerd.
  • Je kunt benoemen hoe nierfalen wordt behandeld.
  • Aan het eind van de les kan je de methoden voor diagnose en behandeling van nierfalen toelichten. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over nierfalen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Functies van de nieren
  • Filtratie van Bloed
  • Vorming van Urine
  • Water- en Elektrolytenbalans
  • Zuur-Base Balans
  • Hormoonproductie
  • Ontgiften en Uitscheiding van Afvalstoffen
  • Bloeddrukregulatie
  • Reactie op Hormonale Signalen

Slide 4 - Tekstslide

1. Filtratie van Bloed:
De nieren ontvangen ongeveer 20% van het bloed dat van het hart komt via de nierslagaders.
In de nieren bevinden zich kleine structuren genaamd nefronen, die verantwoordelijk zijn voor het filteren van het bloed.
Het bloed wordt gefilterd om afvalstoffen, overtollige zouten, water en andere ongewenste stoffen te verwijderen.
2. Vorming van Urine:
De gefilterde stoffen vormen een vloeistof genaamd urine.
Urine wordt geproduceerd in de nieren en stroomt vanuit de nieren naar de urineleiders, die het naar de blaas transporteren voor opslag.
3. Water- en Elektrolytenbalans:
De nieren reguleren de hoeveelheid water in het lichaam door de reabsorptie van water te regelen. Dit helpt de bloeddruk en het bloedvolume te handhaven.
Ze spelen een rol bij de regulatie van elektrolyten zoals natrium, kalium en calcium in het bloed.
4. Zuur-Base Balans:
De nieren reguleren de zuurgraad (pH) van het bloed door waterstofionen en bicarbonaat te regelen.
5. Hormoonproductie:
De nieren produceren hormonen zoals renine, dat betrokken is bij de regulatie van de bloeddruk.
Ze produceren ook erytropoëtine, dat de productie van rode bloedcellen in het beenmerg stimuleert.
6. Ontgifting en Uitscheiding van Afvalstoffen:
Afvalstoffen zoals ureum en creatinine, die ontstaan als bijproducten van de stofwisseling, worden uit het bloed gefilterd en uitgescheiden in de urine.
7. Bloeddrukregulatie:
De nieren spelen een cruciale rol bij het handhaven van een gezonde bloeddruk door de afgifte van renine en de regulatie van het bloedvolume.
8. Reactie op Hormonale Signalen:
De nieren reageren op hormonale signalen, zoals die van het antidiuretisch hormoon (ADH), om de waterreabsorptie te reguleren en de concentratie van de urine aan te passen.
In het kort zijn de nieren essentieel voor het filteren van het bloed, het handhaven van de juiste balans van water en elektrolyten, het reguleren van de zuurgraad van het bloed en het uitscheiden van afvalstoffen. Ze dragen ook bij aan de regulatie van bloeddruk en de productie van rode bloedcellen. De complexe functies van de nieren maken ze van vitaal belang voor de algehele gezondheid en homeostase van het lichaam.
Niermerg
Urineleider
Nierslagader
Nierkapsel

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen van nierfalen
  • Hoge bloeddruk
  • Moeheid, lusteloosheid en jeuk
  • Verandering in urine, 
  • Zwelling/vocht vasthouden
  • Huiduitslag 
  • Metaalsmaak
  • Minder urineproductie

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken van nierfalen
  • Acuut nierfalen: lage bloeddruk, nierweefselbeschadiging of urineafvoerproblemen
  • Chronisch nierfalen: nierziekten, hoge bloeddruk, diabetes en aangeboren afwijkingen
  • Sepsis (daardoor orgaanfalen)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagnostische methoden voor nierfalen
  • Urine- en bloedonderzoeken 
  • Echo's 
  • MRI / CT-scan 
  • Nierbiopsie 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urine onderzoek
Verminderde Urineproductie


Eiwit in de Urine (Proteinurie)

Bloed in de Urine (Hematurie) 

Verhoogde Ureum- en Creatininewaarden


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedonderzoek
Verhoogd Ureumgehalte 

Verhoogd Creatininegehalte
Elektrolytenonbalans
Veranderingen in de Zuur-Base Balans
Anemie (Bloedarmoede) 



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandelingsopties voor nierfalen
  • Voorkomen van verder nierfunctieverlies
  • Verkleinen van de kans op hart- en vaatziekten
  • Dialyse (machine die de nierfunctie overneemt)
  • Transplantatie (verwisseling orgaan)
  • Dieet

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht

Zoek op wat hemodialyse is.
Maak een schematische tekening hoe de dialyse werkt.
Welke rol heb je als verzorgende als iemand met nierfalen te maken krijgt?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dieet bij nierfalen
Welke wijzigingen zijn er in het dieet van zorgvragers met nierfalen.
Waarom zijn deze wijzigingen nodig zijn?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medicatie
Angiotensine Converterend Enzym (ACE)-remmers
Angiotensine Receptor Blokkers (ARB's)
Diuretica
Erytropoëtine-stimulerende middelen
Fosfaatbinders
Kaliumbinders
Calciumsupplementen



Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8 functies van de nieren

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Twee symptomen van nierfalen
A
Hoge bloeddruk, meer urineproductie
B
Lage bloeddruk, meer urineproductie
C
Hoge bloeddruk, minder urineproductie
D
Lage bloeddruk, minder urineproductie

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaak van acuut nierfalen
A
Lage bloeddruk
B
Diabetes
C
Weinig bewegen
D
Ongezond eten

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Diagnostische methoden voor nierfalen
A
Nierbiopsie
B
Endoscopie
C
CT-scan
D
Kijkoperatie

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Behandelingsdoel en opties voor nierfalen

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Casus Mevrouw de Vries

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies