S2W13

SAMENVATTEN
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

SAMENVATTEN

Slide 1 - Tekstslide

samenvatten
-in periode 3: geoefend met kleinere tekst

-in periode 4: oefenen langere tekst

Slide 2 - Tekstslide

SAMENVATTEN LANGERE TEKST
De voorbereiding:
• Lees de tekst oriënterend/globaal door en stel vast wat het onderwerp is.
• Bepaal de hoofdgedachte (wat wordt er over het onderwerp gezegd?) en tekstsoort (uiteenzetting, beschouwing of betoog).
• Onderstreep de kernzinnen van inleiding en slot.

Slide 3 - Tekstslide

SAMENVATTEN LANGERE TEKST
Hoofdzaken vaststellen
:
• Lees nu de tekst intensief en onderstreep de kernzinnen van het middenstuk.
• Bepaal de deelonderwerpen (welke alinea’s hebben hetzelfde deelonderwerp?) en de bijbehorende kernzinnen.

Slide 4 - Tekstslide

SAMENVATTEN LANGERE TEKST
De samenvatting uitschrijven :
• Schrijf de kernzinnen van inleiding en middenstuk op. 
• Noteer uit het slot de hoofdgedachte.
• Controleer je samenvatting op formulering (gebruik geen telegramstijl) en spelling.
• Schrijf je samenvatting in het net.

Slide 5 - Tekstslide

Scholen worstelen nog met schermpjes in de klas
De gezichten in de klas van biologiedocent Steven Geurts in HeeswijkDinther waren vaak naar beneden gericht, op schermpjes. “Hoe interessant mijn les ook is, ik win het gewoon niet van zo’n apparaatje”, zegt Geurts, die kon blijven waarschuwen en innemen – zijn record is vijftien telefoons in één les.

Slide 6 - Tekstslide

alinea 2
Hij was het zat ‘politieagentje te moeten spelen’. Daarom kocht hij vorig schooljaar een telefoontas: een soort schoenenzak met dertig genummerde vakjes waar leerlingen tijdens de les hun telefoon in doen. 

Slide 7 - Tekstslide

alinea 3
“Het bevalt fantastisch”, zegt Geurts. “Leerlingen zijn actiever en hebben meer aandacht voor de les.” Dat valt ze zelf ook op. In een opstel voor het vak Nederlands over de telefoontas schreef een leerling dat nu vaker vragen worden gesteld die met het onderwerp van de les te maken hebben. De interesse in het vak lijkt gestegen te zijn. 

Slide 8 - Tekstslide

alinea 4
De meeste leerkrachten staan telefoons in de klas toe, blijkt uit peilingen. Ook gebruiken steeds meer scholen tablets en laptops voor hun onderwijs. Dat leerlingen daar ook andere dingen op doen dan leren, plaatst leraren voor dilemma’s. “Veel leerlingen zijn totaal geobsedeerd door hun telefoon”, zegt geschiedenisdocent Vincent Fiddelaar die lesgeeft op ROC’s in Zaandam en Amstelveen. 

Slide 9 - Tekstslide

alinea 4/5
Hij vindt dat scholen strenger tegen telefoons in de klas moeten optreden.  

Leerling Rixte (14) uit Rotterdam: “Vooral in het eerste leerjaar was de halve klas met iets anders bezig. Eén dubbelklik op de iPad en je zit op Snapchat of Instagram en als de docent langsloopt, ben je daar in één dubbelklik ook weer weg.” 

Slide 10 - Tekstslide

alinea 6
“Dat kinderen van nu beter kunnen multitasken, zoals weleens gedacht wordt, is een illusie”, zegt Paul Kirschner, hoogleraar onderwijspsychologie aan de Open Universiteit. “Tal van onderzoeken tonen aan dat het voor de mens onmogelijk is twee informatieverwerkende processen tegelijkertijd uit te voeren, zonder verlies van snelheid en nauwkeurigheid.” 

Slide 11 - Tekstslide

alinea 7
Zo hadden studenten die tijdens het leren af en toe een Facebook60 bericht ontvingen, bijna twee keer zo veel tijd nodig om een tekst te leren. En studenten die zich tijdens het leren door sociale media lieten storen, scoorden 1 tot 1,5 punt lager, bleek uit onderzoek van Kirschner zelf. Studenten die zichzelf veel smartphonepauzes gunnen, blijken bovendien niet bereid de benodigde extra tijd in het leren te steken. 

Slide 12 - Tekstslide

alinea 8
Als je twee activiteiten waarbij je moet denken tegelijkertijd doet, neem je minder waar. Dat is onder meer onderzocht door mensen in een simulator te laten rijden: met telefoon, zonder telefoon en onder invloed van alcohol. De bellende mensen veroorzaakten zelfs meer ongelukken dan de dronken mensen. 

Slide 13 - Tekstslide

alinea 9
Kirschner: “Beeld je maar in dat je in een vergadering zit en op je telefoon bezig bent. Dan hoor je even niet wat er gezegd wordt, terwijl je niet ineens doof bent geworden. Je kunt de betekenis van wat je leest en hoort niet tegelijkertijd verwerken.” 

Slide 14 - Tekstslide

alinea 10
“Mensen die veel multitasken, kunnen onbelangrijke prikkels op den duur minder goed negeren”, zegt hij. “Dat gaat waarschijnlijk op voor de huidige generatie beeldschermgebruikers. Zij kunnen zich minder goed concentreren.” 

Slide 15 - Tekstslide

alinea 11
Dat veel scholen een oplossing zoeken voor alle schermpjes in de klas, blijkt uit de populariteit van de telefoontas: in augustus vorig jaar op de markt gekomen en inmiddels hangt hij op zo’n 400 scholen in alle lokalen. Zo hangt geregeld voor 20.000 euro aan apparatuur aan de muur. Sommige scholen voerden samen met de tas een telefoonprotocol in met regels voor ‘bewust' gebruik. 

Slide 16 - Tekstslide

alinea 12
De telefoontas is een idee van Martijn en Nienke Baars, getrouwd en beiden docent in Apeldoorn. Ook zij zagen kinderen in de les steeds afgeleid worden. Tegelijkertijd zagen ze het nut van de mobiele telefoon in de klas: voor quizzen, opdrachten of om woordjes op te zoeken. De smartphone helemaal uit de klas weren, dachten ze, is de oplossing niet. 

Slide 17 - Tekstslide

alinea 12/13
Een middenweg is beter: het schermpje uit de broekzak, maar niet ver uit de buurt. 

“De meeste scholen kiezen een middenweg als het om technologie gaat”, zegt Kees van Domselaar, voorzitter van de iScholenGroep, een netwerk van tachtig middelbare scholen die ervaringen delen over informatietechnologie. 

Slide 18 - Tekstslide

alinea 13
Niet: leerlingen van 9 tot 5 naar een scherm laten turen, want dan vervang je de ene monocultuur door de andere. Maar: de digitalisering van de samenleving ook niet buiten de klas houden. “Het onderwijs moet geen museum worden”, zegt Van Domselaar. Iets als een iPadschool noemt hij een hype. “Technologie kan hoogstens een middel zijn. We hebben toch ook geen digibordscholen?” 

Slide 19 - Tekstslide

alinea 14
Ook Kirschner zegt dat ICT in het onderwijs goed kan zijn, maar het moet geen doel op zich zijn. “Er werd een tijd geroepen dat leerlingen uit het internettijdperk een soort homo zappiëns (betekenis: zie hieronder) zouden zijn, digital natives (betekenis: zie hieronder), die op een heel andere manier leren. Dat slaat nergens op. Onze schedels en hersenen zijn in 10.000 jaar niet zo veel veranderd.” 

Slide 20 - Tekstslide

alinea 14
Hij voegt eraan toe: “Kinderen van nu kunnen ook niet vanzelf met de computer werken, net zoals ze ook niet zomaar kunnen autorijden. Ze moeten dat eerst aanleren.” 

Slide 21 - Tekstslide

alinea 15
Omgaan met mobiele telefoons is ook iets dat je moet leren, vindt Van Domselaar. “Leerlingen moeten leren dat het sociaal onwenselijk is tijdens de les te whatsappen. Daarin ligt een taak voor docenten.” 

Mirjam Remie, NRC, 3 september 2017 

Slide 22 - Tekstslide