Elektriciteit 3.3 Geleidbaarheid en weerstand

Elektriciteit

Geleidbaarheid en weerstand 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Elektriciteit

Geleidbaarheid en weerstand 

Slide 1 - Tekstslide

3.3 Geleidbaarheid en weerstand

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van de les...

... je kunt uitleggen wat geleidbaarheid is.
... je kunt uitleggen wat weerstand is.
... je kunt de verschillen benoemen tussen geleidbaarheid en weerstand
... spanning en stroomsterkte meten.

 

Slide 3 - Tekstslide

13 Geleidbaarheid en weerstand
Nachtlamp heeft een vermogen van 5 W
Bouwlamp heeft een vermogen van 500 W

De spanning voor beide lampen is 110 V  (110 J/C)

welke heeft de grootste geleidbaarheid.


Slide 4 - Tekstslide

13 Geleidbaarheid en weerstand
Nachtlamp heeft een vermogen van 5 W
Bouwlamp heeft een vermogen van 500 W

De spanning voor beide lampen is 110 V  (110 J/C)

welke heeft de grootste geleidbaarheid.

De bouwlamp heeft de grootste Geleidbaarheid daar er meer stroom er gemakkelijker door heen gaat.

Slide 5 - Tekstslide

13 Geleidbaarheid en weerstand
Geleidbaarheid heeft het symbool G
Geleidbaarheid heeft de eenheid siemens (S)


Weerstand heeft het symbool R
Weerstand heeft de eenheid ohm (Ω)
Σ

Slide 6 - Tekstslide

13 Geleidbaarheid en weerstand

Metalen hebben een grote geleidbaarheid (Geleiders)


Isolator heeft een grote weerstand.


Σ

Slide 7 - Tekstslide

13 Geleidbaarheid en weerstand

Ampèremeter heeft een kleine weerstand  

Voltmeter heeft een grote weerstand

Geleidbaarheid symbool G, eenheid siemens (S)
Weerstand symbool R, eenheid ohm (Ω)

Een ampèremeter moet een zeer kleine weerstand hebben
 en een voltmeter een zeer grote weerstand.


Σ

Slide 8 - Tekstslide

13 Geleidbaarheid en weerstand

Een apparaat met een grote geleidbaarheid en
 dus een lage weerstand laat de stroom makkelijk door.


Σ

Slide 9 - Tekstslide

14 Serie- en parallelschakeling
Serieschakeling stroomsterkte door elk lampje gelijk.
Itot = I1 = I2 = I3
Utot = U1 + U2 + U3

Parallelschakeling spanning door elk lampje gelijk.
Itot = I1 + I2 + I3
Utot = U1 = U2 = U3

Σ

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
Nu kun je ...

... uitleggen wat geleidbaarheid is.
... uitleggen wat weerstand is.
... de verschillen benoemen tussen geleidbaarheid en weerstand
... spanning en stroomsterkte meten.

 

Slide 11 - Tekstslide

14 Serie- en parallelschakeling
Huiswerk 34 en 35 zijn gedaan in de klas

37, 38c en 40

41 en 42 volgende les samen. 
Σ

Slide 12 - Tekstslide

Dat was het
voor vandaag! 

Slide 13 - Tekstslide