4vwo, stroom en spanning en geleidbaarheid

Elektriciteit

 stroom, spanning en geleidbaarheid
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Elektriciteit

 stroom, spanning en geleidbaarheid

Slide 1 - Tekstslide

Elektronen lopen van plus naar min
A
waar
B
niet waar

Slide 2 - Quizvraag

De elektrische stroom loopt van
A
plus naar min
B
min naar plus

Slide 3 - Quizvraag

Het symbool van de eenheid van lading is
A
Coulomb
B
C
C
Q

Slide 4 - Quizvraag

De lading van een elektron is
A
-1 C
B
1,601019C
C
1,601019C
D
1 C

Slide 5 - Quizvraag

Het symbool van stroomsterkte is
A
C/s
B
I
C
A

Slide 6 - Quizvraag

De eenheid van stroomsterkte is
A
C/s
B
I
C
A
D
C

Slide 7 - Quizvraag

De lading is 5,0 C en de tijd is 200 ms. Bereken de stroomsterkte.
A
25 A
B
1 A
C
0,025 A

Slide 8 - Quizvraag

Q = 5,0 C
t = 200 ms = 0,200 s
I = Q / t = 5 / 0,200 = 25 A

Slide 9 - Tekstslide

Als je een stroommeter voor een lamp zet meet je een grotere stroomsterkte dan achter de lamp
A
waar
B
niet waar, even groot
C
niet waar, kleiner

Slide 10 - Quizvraag

Hoe moet je een voltmeter aansluiten?
A
parallel
B
in serie

Slide 11 - Quizvraag

Als je 3 batterijen van 1,5 V in serie aansluit wordt de totale spanning
A
4,5 V
B
1,5 V
C
0,5 V

Slide 12 - Quizvraag

Als je 3 batterijen van 1,5 V parallel aansluit wordt de totale spanning
A
4,5 V
B
1,5 V
C
0,5 V

Slide 13 - Quizvraag

Als je de spanning verhoogt wordt de stroomsterkte
A
groter
B
kleiner
C
gelijk

Slide 14 - Quizvraag

Bereken de energie die een lading van 3,0 C omzet in de lamp bij een spanning van 1,5 V.
A
1,5 J
B
2,0 J
C
4,5 J

Slide 15 - Quizvraag

Q = 3,0 C
U = 1,5 V
E = U * Q = 1,5 * 3,0 =4,5 J

Slide 16 - Tekstslide

Geleidbaarheid 
= het gemak waarmee de lading door een component stroomt​

​I = G⋅U 

I: stroomsterkte in ampère (A)​
G: geleidbaarheid in siemens (S = A/V)​
U: spanning in volt (V)

Slide 17 - Tekstslide

Weerstand 
= hoe moeilijk de lading door een component stroomt​
     => omgekeerde van geleidbaarheid
G = 1 /R 

G: geleidbaarheid in siemens
R: weerstand in  ohm (Ω) 
U = I ⋅ R

Slide 18 - Tekstslide

G en R bepalen uit (I,U)-diagram
Bepaal de geleidbaarheid G van de draad uit de figuur.​

Bereken de weerstand R van deze draad.

Slide 19 - Tekstslide

Geleidbaarheid
is een materiaal eigenschap. 

Slide 20 - Tekstslide