oefenen voor het proefwerk unit 4

Vertaal de woorden tussen de haakjes. Gebruik:
afspeellijst - gerecht - handtekening - lekker - medicatie - regenbui - tandarts
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vertaal de woorden tussen de haakjes. Gebruik:
afspeellijst - gerecht - handtekening - lekker - medicatie - regenbui - tandarts

Slide 1 - Tekstslide

Little children are often afraid of the (dentist).

Slide 2 - Open vraag

My R&B (playlist) is the best!

Slide 3 - Open vraag

This new (medication) really helps.

Slide 4 - Open vraag

Can I please have your (autograph), Adele?

Slide 5 - Open vraag

Wear a raincoat if you walk through a (shower).

Slide 6 - Open vraag

Pizza is my favourite (dish).

Slide 7 - Open vraag

Wow! This lasagne is very (tasty)!

Slide 8 - Open vraag

Vul de juiste Engelse woorden in. Gebruik:
bake - broken - cold - cry - listen - lunch

Slide 9 - Tekstslide

I have to ____ if I watch a dramatic film.

Slide 10 - Open vraag

I always eat two sandwiches for ____.

Slide 11 - Open vraag

I can’t come to school, because my arm is ____.

Slide 12 - Open vraag

You have to ____ to your teacher in school.

Slide 13 - Open vraag

My mum and aunt ____ the best cakes!

Slide 14 - Open vraag

It’s so ____ outside in December!

Slide 15 - Open vraag

Toekomst: to be going to
Maak de zinnen compleet met vormen van to be going to. Gebruik de woorden tussen haakjes.

Let op: als er ‘(not)’ staat, maak je een ontkennende zin. Staat er een vraagteken achter de zin, dan maak je een vraag.

Slide 16 - Tekstslide

Walter ____ eat pizza this afternoon.

Slide 17 - Open vraag

I ____ (not) cycle to school tomorrow.

Slide 18 - Open vraag

____ (you) move to England next year?

Slide 19 - Open vraag

They ____ buy new clothes later.

Slide 20 - Open vraag

Mum ____ (not) cook tomorrow afternoon.

Slide 21 - Open vraag

____ (Tracy) work at H&M when she’s 18?

Slide 22 - Open vraag

Nu bezig: present continuous
Kies steeds het juiste woord.

Slide 23 - Tekstslide

I (am / are / is) playing video games right now.
A
am
B
are
C
is

Slide 24 - Quizvraag

We (am / are / is) walking to school.
A
am
B
are
C
is

Slide 25 - Quizvraag

My brother (am / are / is) dancing to hip-hop music.
A
am
B
are
C
is

Slide 26 - Quizvraag

Nu bezig: present continuous
Kies steeds het juiste woord.

Slide 27 - Tekstslide

(Am / Are / Is) you wearing a new dress?
A
Am
B
Are
C
Is

Slide 28 - Quizvraag

(Am / Are / Is) mum travelling today?
A
Am
B
Are
C
Is

Slide 29 - Quizvraag

Pippa (’m not / aren’t / isn’t) doing her hair.
A
'm not
B
aren't
C
isn't

Slide 30 - Quizvraag

I (’m not / aren’t / isn’t) watching a movie.
A
'm not
B
aren't
C
isn't

Slide 31 - Quizvraag

Zet de expressions op de juiste plek in het gesprek. 

Slide 32 - Tekstslide

A
B
C
D
My dad has a cold.
I’m feeling sick.
Jacob looks pale.
I have a really bad headache.

Slide 33 - Sleepvraag