Hoofdstuk 1 Inleiding recht LJ1 2022

1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
RechtenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Ben jij weleens met het recht in aanraking gekomen?

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Noem iets waar jij recht op hebt.

Slide 10 - Woordweb

Noem een plicht die jij hebt.

Slide 11 - Woordweb

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Daphne heeft net een nieuwe telefoon gekocht.
Is het recht van Daphne om de telefoon te gebruiken recht als aanspraak of recht als regel?
A
Recht als aanspraak
B
Recht als regel

Slide 14 - Quizvraag

Mo rijdt in zijn auto op de snelweg. Hij wordt rechts ingehaald door een andere auto.
Volgens de regels mag je niet rechts inhalen. Gaat het hier om recht als aanspraak of recht als geheel van regels?
A
Recht als aanspraak
B
Recht als regel

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Denise moet thuis altijd de tafel afruimen na het eten.
Is hier sprake van een gewone regel of een rechtsregel?
A
Gewone regel
B
Rechtsregel

Slide 18 - Quizvraag

Tiffany werkt bij de bakker en heeft tijdens een werkdag recht op pauze.
Is er hier sprake van een gewone regel of een rechtsregel?
A
Gewone regel
B
Rechtsregel

Slide 19 - Quizvraag

Timothy gaat elke week met zijn familie naar de Boeddhistische tempel.
Is er hier sprake van een gewone regel of een rechtsregel?
A
Gewone regel
B
Rechtsregel

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Hamza heeft zijn eerste huis gekocht in Oss. In de koopovereenkomst is de regel opgenomen dat Hamza de woning moet accepteren in de staat waarin deze is.
Welke functie heeft deze rechtsregel?
A
Normatieve functie
B
Instrumentele functie
C
Aanvullende functie

Slide 22 - Quizvraag

Kim heeft tijdens een ruzie haar beste vriendin Jill in elkaar geslagen. Jill is zwaargewond afgevoerd naar het ziekenhuis.
In het Wetboek van Strafrecht staat dat je een ander niet mag mishandelen.
Welke functie heeft deze rechtsregel?
A
Normatieve functie
B
Instrumentele functie
C
Aanvullende functie

Slide 23 - Quizvraag

Ezra wil graag een festival organiseren voor 50.000 mensen in de gemeente Den Bosch. Hij moet hiervoor een vergunning aanvragen bij de gemeente.
Welke functie heeft deze rechtsregel?
A
Normatieve functie
B
Instrumentele functie
C
Aanvullende functie

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van een rechtsfeit wat geen handeling is, maar wel rechtgevolg heeft. (=gebeurtenis)

Slide 29 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een handeling met bedoeld rechtsgevolg. (rechtsgevolg was gepland)

Slide 30 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een handeling zonder bedoeld rechtsgevolg. (rechtsgevolg was niet gepland)

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Welk rechtsgebied?
'Jan haalt frietjes bij de snackbar.'
A
Staatsrecht
B
Bestuursrecht
C
Strafrecht
D
Burgerlijk recht

Slide 36 - Quizvraag

Welk rechtsgebied?
'Jan slaat de buurman een gebroken neus.'
A
Staatsrecht
B
Bestuursrecht
C
Strafrecht
D
Burgerlijk recht

Slide 37 - Quizvraag

Welk rechtsgebied?
'Jan stemt bij de verkiezingen op de VVD.'
A
Staatsrecht
B
Bestuursrecht
C
Strafrecht
D
Burgerlijk recht

Slide 38 - Quizvraag

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide