2.5 Klimaatbeleid

Welkom allemaal!
Je mag inloggen in de les / lessonup
Ga naar SOM - leermiddelen - theorie 2.5
Pak je aantekeningenschrift of open je WORD document
Wacht rustig tot de les begint :) 
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom allemaal!
Je mag inloggen in de les / lessonup
Ga naar SOM - leermiddelen - theorie 2.5
Pak je aantekeningenschrift of open je WORD document
Wacht rustig tot de les begint :) 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.5 Klimaatbeleid

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.1 Weer en klimaat in Europa
Hoofdstuk 2 Spanje en Nederland vergeleken
2.2 Beschikbaarheid van water
2.3 Klimaatverandering en extremer weer
2.4 Anders Actief: Bronnen: Gevolgen
Deelvraag: Hoe proberen Spanje en Nederland klimaatproblemen te voorkomen en te verhelpen?
2.5 Klimaatbeleid

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 2.5
Aan het einde van de les:

  • Kun je beschrijven waarom en hoe landen wereldwijd afspraken maken om klimaatverandering te voorkomen en een voorbeeld van zo’n afspraak geven.
  • Kun je beschrijven hoe landen duurzamer willen handelen om klimaatverandering te voorkomen, en je kunt voorbeelden noemen die te maken hebben met energie, consumeren, produceren en afval.
  • Kun je beschrijven hoe Spanje en Nederland zich aanpassen aan de klimaatverandering, vooral aan de verhoging van de gemiddelde temperatuur, veranderingen in het neerslagpatroon, hoosbuien, piekafvoeren, verdroging en verzilting.

Tijdens de uitleg:
 ben je stil,
steek je je hand op als je mee wilt doen
 maak je aantekeningen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaatbeleid

Je kunt twee dingen doen om de gevolgen van klimaatverandering te beperken:

  1. Klimaatverandering tegengaan
  2. Aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering
Start 11:24: Green Deal
Maak aantekeningen!

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Klimaatbeleid

1. Klimaatverandering tegengaan:
  • Energietransitie = van fossiele brandstoffen naar groene energie.

Van                                                                  Naar

Maak aantekeningen!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies


  • Duurzaamheid stimuleren ( duurzaam produceren en consumeren).

Reduce
Reuse
Recyle
Gebruik minder spullen
Gebruik spullen opnieuw
Hergebruik oude spullen
Voorbeeld
Koop alleen nieuwe kleding als je het nodig hebt, en gebruik dat meerdere jaren
Voorbeeld
Gebruik een herbruikbare tas voor alle aankopen in de winkel/supermarkt
Voorbeeld
Scheid je afval, zodat de gemeente kan zorgen voor nieuwe producten
Maak aantekeningen!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering
  • Klimaatverandering is al een feit, de snelheid kan wel verminderd worden door:
Maatregelen in Nederland
Maatregelen in Spanje
Aanpassingen voor gevolgen stijgende water:
  • Ruimte voor de rivieren
  • Rivierdijken verstevigen
  • Duinen aan zee ophogen
  • Stranden verbreden
Aanpassingen voor gevolgen watertekort:
  • Druppelirrigatie gebruiken
  • Kleinere veestapels
  • Ontziltingsinstallaties
  • Watervoorraad vergroten: stuwmeren
Maak aantekeningen!

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Ga naar SOM Today
Leermiddelen
Aardrijkskunde
4 vmbo kgt
Ga naar paragraaf 2.5

Zelfstandig opdrachten maken: 
2a,b,c,d,f / 3 / 4a,b,c / 5a,b 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HERHALING
Paragraaf 2.3
Klimaatverandering en extremer weer

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is energietransitie?
A
Voorzien in eigen behoeften zonder dat het milieu belast wordt en zonder dat grondstoffen uitgeput raken.
B
Er wordt in een huis net zoveel energie verbruikt als dat er wordt opgewekt in dat huis.
C
De hoeveelheid afval per kilo die een persoon produceert per jaar in Nederland.
D
Het overschakelen van het gebruik van fossiele energie naar duurzame energie, bijvoorbeeld zonne-energie.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat hoort NIET bij de energietransitie?
A
Een windmolen bouwen
B
Een elektrische auto rijden
C
Een fabriek laten draaien op steenkool
D
Zonnepanelen aanschaffen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het doel van een energietransitie is.....
A
de CO2-uitstoot wereldwijd vergroten
B
de CO2-uitstoot wereldwijd verkleinen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is duurzaamheid?
A
Producten vernieuwen voor volgende generaties
B
Meer producten maken wereldwijd
C
Milieu zo min mogelijk schaden voor volgende generaties
D
Broeikasgassen zoveel mogelijk terugdringen

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duurzaam
Duurzaam
Niet-duurzaam
Niet-duurzaam

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duurzaam
Niet duurzaam

Slide 18 - Sleepvraag

Met deze sleepvraag kunnen de kinderen individueel onderdelen verslepen naar de juiste plek. Kinderen loggen met een pincode in op een device en beantwoorden de sleepvraag. Ze moeten juiste combinaties maken. 
Examenvraag van de dag

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk bron 6
Welke beschrijving hoort bij het weer in Spanje op 25 december 2015?
A
Grote kans op neerslag e n een krachtige wind
B
Grote kans op neerslag en een zwakke wind
C
Weinig kans op neerslag en een zwakke wind
D
Weinig kans op neerslag en een zwakke wind

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk bron 6 en 7
De gebieden X en Y in de kaart in bron 6 komen overeen met de letters X en Y in de tekening in bron 7.
Welke tekening in bron 7 geeft de windstroming tussen gebied x en gebied Y juist weer?
A
Tekening 1
B
Tekening 2
C
Tekening 3
D
Tekening 4

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem drie verschijnselen die het weer beïnvloeden in Spanje en Nederland

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De rode lijnen betekenen warmte front. Dit betekent veel warme lucht dus koud weer.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De paarse lijnen geven occlusiefronten aan.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een occlusiefront is er vaak:
A
zonnig weer
B
koud weer
C
motregen en daarna hevige regenbuien
D
weinig regen

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het hogedrukgebied ten westen van Portugal? Dit beïnvloedt vaak het weer in NL
A
Subtropisch minimum
B
Tropisch minimum
C
Azoren hoog
D
Subpolair Maximum

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom komt er in Spanje in de zomer meestal geen frontale neerslag voor en in Nederland wel?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

gematigd zeeklimaat
landklimaat
steppeklimaat
middellandse zeeklimaat
hooggebergteklimaat

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is er voldoende water beschikbaar in Spanje en Nederland, bijvoorbeeld voor landbouw en toerisme?
De hoeveelheid neerslag per tijdseenheid, bijvoorbeeld per uur of per dag.
De nuttige neerslag in een jaar, berekend over een langjarig gemiddelde, voor een bepaald gebied
Het verschil tussen de hoeveelheid neerslag en de verdamping in een gebied.
De verdeling van neerslag in een gebied.
Neerslagverdeling
Neerslagintensiteit
Nuttige neerslag
Waterbalans

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Allemaal meedenken!

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer heeft de zee geen invloed op het klimaat?
A
Bij een aanlandige wind
B
Bij een aflandige wind

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De wind die je op het kaartje ziet is:
A
aanlandige wind
B
aflandige wind

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is de algemene regel die hoort bij de hoogteligging?
hoe..... hoe... (+ hoeveel graden celsius?)
A
hoger, kouder. 0,6 graden per kilometer
B
hoger, kouder. 6 graden per kilometer
C
hoger, warmer. 0,6 graden per kilometer
D
hoger, warmer, 6 graden per kilometer

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de wind uit het oosten komt is dat een ...
A
aanlandige wind
B
aflandige wind

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stijgingsneerslag
Frontale neerslag
Stuwingsneerslag

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stijgingsneerslag ontstaat vaak in ...
A
West - Europa
B
De tropen
C
Koude gebieden
D
woestijnen

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar ontstaat frontale neerslag?
A
In koude gebieden
B
West - Europa
C
In woestijnen
D
Rondom de evenaar

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de woorden naar de goede plek in de tekening
Loefzijde
Lijzijde
Stuwingsregen
Regenschaduw

Slide 38 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

In een waterkringloop onderscheiden we:
1. condensatie
2. infiltratie
3. neerslag
4. ondergrondse afstroming
5. verdamping

Welke stappen vinden achtereenvolgens plaats in de waterkringloop als je begint bij oceanen en zeeën?
A
1 - 3 - 4 - 2 - 5
B
1 - 5 - 3 - 4 - 2
C
5 - 4 - 1 - 3 - 2
D
5 - 1 - 3 - 2 - 4

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies