Privacy- en procesrecht - les 3

Procesrecht
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Privacy- en procesrechtMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Procesrecht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding procesrecht
Er zijn verschillende soorten rechtszaken waarbij er verschillende verhoudingen zijn tussen de betrokken partijen.

Slide 2 - Tekstslide

Benoem de soorten rechtszaken en leg uit welke verhoudingen er zijn.  (overheid-burger of burger-burger)
Inleiding procesrecht
Het is aan de rechter om een beslissing te nemen als er een conflict is ontstaan. Dit kan een conflict zijn tussen de overheid en burgers, of tussen burgers onderling. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke drie partijen zijn betrokken bij een rechtszaak in het strafrecht?
A
Rechter, overheid en natuurlijke persoon
B
Rechter, overheid en overheid
C
Rechter, natuurlijke persoon en rechtspersoon
D
Rechter, twee natuurlijke personen

Slide 4 - Quizvraag

De rechter beslist over de strafrechtszaak;
De overheid staat tegenover de verdachte (natuurlijk persoon). 
Kan een rechtspersoon betrokken zijn bij een rechtszaak in het burgerlijk recht?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quizvraag

Laat de studenten antwoord geven op de vraag en vraag daarna aan de studenten waarom ze voor dat antwoord hebben gekozen. Herhaal de stof. 
Procesrecht
  • Strafprocesrecht: de officier van justitie geeft leiding aan het politieonderzoek.              Wetboek van Strafvordering
  • Burgerlijk procesrecht: beschrijft het verloop van het proces  tussen eiser en gedaagde.               Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
  • Bestuursprocesrecht: overheid tegen natuurlijke of rechtspersoon.           Algemene wet bestuursrecht

Slide 6 - Tekstslide

Benoem kort het verloop van het procesrecht per rechtsgebied. 
Uitgangspunten procesrecht
  1. De zitting is openbaar;
  2. De rechter is onpartijdig en onafhankelijk;
  3. Alle partijen worden gehoord (hoor en wederhoor);
  4. Partijen mogen zich door een advocaat laten bijstaan;
  5. De rechter motiveert zijn uitspraak. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Openbare zitting
Iedereen heeft toegang tot de mondelinge behandeling (zitting) van de rechtszaak. Ook de uitspraak is openbaar.

Uitzondering: zaken over minderjarigen, zaken in het personen- en familierecht of medische zaken zijn niet openbaar i.v.m. privacy (art. 27 Rv). Ook zaken in het strafrecht met minderjarige verdachte(n) of zedendelicten zijn niet openbaar (art. 269 Sv). In het bestuursrecht: art. 8:62 Awb.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onpartijdige en onafhankelijke rechter
De rechter weegt de belangen van beide partijen af. De rechter kijkt naar de feiten, de omstandigheden en de wet. Op basis daarvan neemt de rechter een beslissing. 

Weet jij waarom de rechter een toga draagt?

Slide 9 - Tekstslide

Toga: ze laten zo zien dat zij in functie zijn  en niet als privépersoon met privémeningen in de rechtbank zitten. 
Hoor en wederhoor
De rechter zorgt ervoor dat alle partijen hun zegje kunnen doen. De rechter geeft alle partijen hiervoor de gelegenheid.


Kan dit alleen mondeling op de zitting?

Slide 10 - Tekstslide

Nee, mag, afhankelijk van de procedure, ook schriftelijk. 
Advocaat
Verplichte procesvertegenwoordiging: je moet een advocaat inschakelen binnen het burgerlijk procesrecht (civiele kamer van de rechtbank)


Gemachtigde: je mag je laten vertegenwoordigen door een advocaat, maar dat moet niet. Je mag dit zelf kiezen. Dit geldt bij kantonzaken, binnen het strafrecht en binnen het bestuursrecht. Deze zaken mag je zelf starten, of je laat je bijstaan door een gemachtigde. art. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rechter motiveert zijn uitspraak
De rechter moet uitleggen waarom hij deze beslissing heeft genomen. Dit zorgt ervoor dat de rechterlijke uitspraken van goede kwaliteit zijn. Op basis van een goed gemotiveerd vonnis kan de verliezende partij beter beslissen of het zinvol is om in beroep te gaan. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen uitgangspunt van het procesrecht?
A
De zitting is openbaar
B
Hoor en wederhoor
C
De rechter is partijdig en afhankelijk
D
De rechter motiveert zijn uitspraak

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit wat 'hoor en wederhoor' inhoudt

Slide 14 - Open vraag

De rechter zorgt ervoor dat alle partijen hun zegje kunnen doen. De rechter geeft alle partijen hiervoor de gelegenheid.
Leg uit; waarom moet de rechter zijn uitspraak motiveren?

Slide 15 - Open vraag

Dit zorgt ervoor dat de rechterlijke uitspraken van goede kwaliteit zijn. Op basis van een goed gemotiveerd vonnis kan de verliezende partij beter beslissen of het zinvol is om in beroep te gaan.