Woordformules gebruiken

T1A - Hoofdstuk 9
Doel: Leren werken met woordformules
Benodigdheden: Papier, etui, rekenmachine en je telefoon
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

T1A - Hoofdstuk 9
Doel: Leren werken met woordformules
Benodigdheden: Papier, etui, rekenmachine en je telefoon

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

We gebruiken de formule uit het filmpje:
kosten in € = 2 + 0,50 x aantal foto's. Bereken hoeveel je moet betalen bij 60 foto's.
A
30
B
32
C
150
D
120,50

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Video

Maak een tabel bij de woordformule:
kosten in € = 2 + 0,50 x aantal foto's.
Kies voor de bovenste rij: 0, 10, 20, 30, 40, 50. Maak een foto van je tabel.

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Video

Wat gooit de leraar tegen het bord?
A
Een boek
B
Een sinaasappel
C
Een mandarijn
D
Een schrift

Slide 7 - Quizvraag

Loon in € = 5 + 2 x aantal uren.
Wat verdien je per uur?
A
2 euro
B
5 euro
C
7 euro
D
dat kun je niet zeggen

Slide 8 - Quizvraag

Ik snap hoe je moet rekenen met een woordformule
Ja
Nee

Slide 9 - Poll

Weektaak
Afhebben op donderdag 15 april:
Hoofdstuk 7: opgave 13, 15, 19, 20, 22, 24, 25, 26 +
nakijken + uploaden in Mijnschrift.nl 
(eerst even je digitale schrift 'leegmaken')

Samen een opgave maken??

Slide 10 - Tekstslide