Les 35 K4 Dienstag Schreiben
1 / 23
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Wie sieht das Tier aus?
klein
groß
jung
dünn
dick
alt
Slide 6 - Sleepvraag
Schau dir die Bilder an. Welches Tier gehört zu welchem Wort?
Zwei Nummern bleiben übrig.
die Ente
das Kaninchen
der Elefant
der Maulwurf
das Schaf
der Bär
die Maus
8
7
9
6
5
4
3
2
1
Slide 7 - Sleepvraag
Geef de vertaling van:
mittlerweile
mittlerweile
A
middeleeuwen
B
intussen
C
populair
D
daarom
Slide 8 - Quizvraag
Zwakke werkwoorden:
Ich _____ viel.
Ich _____ viel.
A
rede
B
redest
C
redet
D
reden
Slide 9 - Quizvraag
zwakke werkwoorden:
Du _____ in Berlin.
Du _____ in Berlin.
A
lebe
B
lebst
C
lebt
D
leben
Slide 10 - Quizvraag
zwakke werkwoorden:
Sein Bruder _____ Tom.
Sein Bruder _____ Tom.
A
heiße
B
heißt
C
heißen
D
heiß
Slide 11 - Quizvraag
Wat is het voltooid deelwoord van 'hören'?
A
gehören
B
hört
C
gehört
D
hören
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het voltooid deelwoord van 'besuchen'
A
besucht
B
gebesucht
C
besuchen
D
gebesuchen
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
flappie ist ein elefant
flappie ist 60 jahren alt.
Welke tip zou je voor deze zinnen geven?
flappie ist 60 jahren alt.
Welke tip zou je voor deze zinnen geven?
Slide 16 - Open vraag
Jip lebt bei der Familie ... , aber ich versorgt Jip.
A
Versorgt moet zijn: versorge
B
Versorgt moet zijn: versorgen
C
Versorgt is goed geschreven
D
Versorgt moet zijn: versorg
Slide 17 - Quizvraag
meine hund heißen Jip
eine Hund fressen Hundefutter
Welke tip zou je voor deze zinnen geven?
eine Hund fressen Hundefutter
Welke tip zou je voor deze zinnen geven?
Slide 18 - Open vraag
Rakker hat braune Augen und ist ein Labrador.
Welke top zou je voor deze zin geven?
Welke top zou je voor deze zin geven?
