In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.
Terugblik op 2.3 Spieren
*Lezen 2.4 (ben je klaar, ga dan samenvatten of schrijf op wat je nog moeilijk vindt, je mag ook starten met de opdrachten maken) in stilte!
*Korte uitleg
*Aan het werk 2.4 en 2.5
3. Knieblessure = gescheurde kruisband door verkeerde belasting van de knie. Het gewricht is dan minder stevig. De kruisbanden houden de botten van het boven- en onderbeen goed bij elkaar.
Voetbalknie = Het kraakbeen scheurt doordat er te veel kracht komt op de meniscus doordat het onderbeen vast staat en het bovenbeen draait. (met de noppen staan ze vast).
Het afgescheurde stukje kraakbeen kan het buigen van de knie belemmeren: die knie zit op slot.
Er kan ook bloed of vocht ophopen in het beschadigde gewricht :
vocht in de knie.
Door middel van een kijkoperatie kan een arts in het kniegewricht kijken
en een kapotte meniscus bijslijpen. Soms moet de arts de meniscus
zelfs verwijderen.
1. Intapen tegen gewrichtsblessures
2. Warming-up: oefeningen om er voor te zorgen dat er veel bloed door de spieren worden ze warm. Een warme spier kan gemakkelijk samentrekken en raak minder snel overbelast.
3. Coolingdown: om de training mee af te sluiten. Oefeningen om voldoende bloed door je spieren te laten stromen om afvalstoffen af te voeren.
Lichaamshouding = de manier waarop je zit, staat en beweegt.
Goede lichaamshouding: rechte rug (wervelkolom dubbele S-vorm)
Hernia = door een gebogen wervelkolom kunnen
de kraakbeenschuiven aan 1 kant op elkaar gedrukt
worden. Hierdoor kunnen kraakbeenschijven op de
duur beschadigen of tussen de wervels uitpuilen.
Daardoor komen de zenuwen klem te zitten.
Kom je er niet uit? Vraag eerst zachtjes je klasgenoot naast je.
Vragen? Kom bij mij!