task 3 - voorbereiden toets

Lesson 1
  • Aan het eind van de les zal je moodboard af zijn
  • voorbereiden van je presentatie
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lesson 1
  • Aan het eind van de les zal je moodboard af zijn
  • voorbereiden van je presentatie

Slide 1 - Tekstslide

To do:

  • moodboard afmaken
  • Bekijk de succescriteria (SOM)
  • Maak jouw spiekbriefje (15 woorden) gebruik de wordlist
  • Laat jouw moodboard door een klasgenoot controleren. Zit alles erin?

Slide 2 - Tekstslide

Lesson 1
  • In deze les gaan we ons voorbereiden op de toets

Slide 3 - Tekstslide

Next
Oefenen met verleden tijd: past simple of present perfect

Slide 4 - Tekstslide

When Yasmin was 5, she ________ in Dublin.
A
lived
B
has lived

Slide 5 - Quizvraag

Which sentence is correct?
A
She has bought an icecream yesterday.
B
She bought an icecream yesterday.

Slide 6 - Quizvraag

Somebody ________ my bicycle! Now I'll have to walk home.
A
stole
B
has stolen

Slide 7 - Quizvraag

Ouch! I________ my finger!
A
cut
B
have cut

Slide 8 - Quizvraag

Which sentence is correct?
A
I wore this shirt for 10 years, it still fits great.
B
I have worn this shirt for 10 years, it still fits great.

Slide 9 - Quizvraag

The Titanic ________ in 1912.
A
sank
B
has sunk

Slide 10 - Quizvraag

Germain ________ three times this week.
A
was late
B
has been late

Slide 11 - Quizvraag

I ________ my key yesterday, so I couldn't get into the house. Eventually, I found it in my jacket pocket.
A
lost
B
have lost

Slide 12 - Quizvraag

past simple
present perfect
Het is in het verleden begonnen en gaat nu nog door.
Het is in het verleden begonnen en afgelopen.
I have loved colorful clothes since I was little.
We walked to school yesterday.

Slide 13 - Sleepvraag

Slide 14 - Tekstslide

Ik begrijp het verschil tussen de past simple en de present perfect.
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

Next
vragen over de FUTURE

Slide 16 - Tekstslide

Which sentence is correct?
A
I am going to have dinner with my grandparents tonight.
B
I will have dinner with my grandparents tonight.

Slide 17 - Quizvraag

I ...... help you when I get home from shopping.
A
shall
B
will

Slide 18 - Quizvraag

.................. Farrokh's birthday party?
A
Will you go to
B
Shall you go to
C
Are you going to

Slide 19 - Quizvraag

.....please buy me a present?
A
Shall you
B
Will you
C
Are you going to

Slide 20 - Quizvraag

The plane .................at 15:00. (to leave)

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Ik begrijp hoe ik THE FUTURE moet gebruiken
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Waar ga je nog mee aan de slag?
words
past simple vs present perfect
future

Slide 24 - Poll

This lesson
  • moodboard presentations
  • spiekbriefje (15 words)
  • Ben je niet aan de beurt? Dan ben je stil aan het werk

Slide 26 - Tekstslide