Diabetes mellitus

Wat weten we nu?
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Wat weten we nu?

Slide 1 - Tekstslide

Wat is er aan de hand bij diabetes?
A
De alvleesklier maakt te weinig insuline aan
B
De lever maakt te veel insuline aan
C
De lever maakt te weinig insuline aan .
D
De alvleesklier maakt te veel insuline aan

Slide 2 - Quizvraag

Welk orgaan is belangrijk bij diabetes
A
Alvleesklier
B
Lever
C
Darmen
D
Maag

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de werking van de alvleesklier?
A
Het geeft eiwitten af voor de spijsvertering
B
Het geeft 1 hormoon af aan het bloed
C
Zorgt ervoor dat de bloedsuikers in balans blijven
D
Het maakt cholesterol aan

Slide 4 - Quizvraag

Welk type diabetes is insulineafhankelijk?
A
Type 1
B
Type 2

Slide 5 - Quizvraag

Bij Type 1 is iemand insulineafhankelijke:
voorheen ouderdomsdiabetes genoemd:
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag


Bij diabetes type 2
wordt er ...
A
... geen insuline meer aangemaakt door de alvleesklier
B
...te weinig insuline aangemaakt en/of reageert het lichaam er niet meer goed op.
C
... wel insuline aangemaakt, maar dat wordt weer afgebroken.

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveelheid suiker in het bloed
Hormoon dat ervoor zorgt dat glucose wordt omgezet in glycogeen
Ziekte door problemen bij de productie van en/of reactie op insuline
Belangrijkste suiker in het bloed
Hormoon dat glycogeen wordt omgezet in glucose
Glucosegehalte
Insuline
Diabetes
Glucose
Glucagon

Slide 8 - Sleepvraag

Bij iemand met diabetes die een hyper heeft........
A
Is de bloedsuiker te hoog
B
Is de bloedsuiker te laag

Slide 9 - Quizvraag

Bij een hyperglycemie van de diabetes cliënt......
A
geef je suiker
B
geef je insuline
C
bel je 112
D
leg je de client in een stabiele zijligging

Slide 10 - Quizvraag

Hoe kan de bloedglucosewaarde binnen de normale grenzen gehouden worden bij diabetespatiënten?
A
Door het toedienen van insuline, zowel in injectie- als tabletvorm.
B
Door aanpassing in het voedingspatroon, met name een vermindering in het eten van koolhydraten (suikers).
C
Beide antwoorden zijn juist.

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Zoek een afbeelding van een oraal geneesmiddel dat kan worden toegepast bij diabetes

Slide 13 - Open vraag

Stimuleren de productie van insuline in de alvleesklier
Vertraagt de glucoseproductie in de lever​. Vergroot de gevoeligheid van spiercellen voor insuline
Stimuleren de productie van insuline in de alvleesklier
Remmen de opname van glucose in de nieren
Thiazolidinedionen
Sulfonylureumderivaten
Biguaniden
SGLT2-remmers​

Slide 14 - Sleepvraag

Slide 15 - Tekstslide