Quiz oefenboekje klas 2havo juni 2025
1 / 12
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het hulpwerkwoord bij de Passé composé?
A
être
B
aller
C
avoir
D
manger
Slide 2 - Quizvraag
Waar staat de ontkenning in de zin?
A
achter het werkwoord
B
voor het werkwoord
C
aan het einde van de zin
D
voor en achter het werkwoord
Slide 3 - Quizvraag
Welke vormen zijn goed?
A
quel-quelle-quels-quelles
B
quel-kwel-quant-quels
C
quel-quoi-quelles-quelle
Slide 4 - Quizvraag
Hoeveel letters heeft het meervoud van het bezittelijk voornaamwoord?
A
3
B
5
C
4
Slide 5 - Quizvraag
Is GRAND een uitzondering bij de bijvoeglijke naamwoorden?
A
nee
B
ja
C
soms
Slide 6 - Quizvraag
Op welke letter eindigt de passé composé meestal?
A
e
B
è
C
é
Slide 7 - Quizvraag
Wat is CETTE voor een aanwijzend voornaamwoord?
A
vrouwelijk
B
mannelijk
C
meervoud
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de passé composé van PRENDRE?
A
prendré
B
pris
C
prenez
Slide 9 - Quizvraag
Wat is de juiste vorm van FAIRE voor ILS ?
A
fait
B
font
C
fais
Slide 10 - Quizvraag
Kies de juiste vorm:
IL PORTE UN PANTALON_________
IL PORTE UN PANTALON_________
A
blanc
B
blanche
C
blancs
D
blanches
