De Lage landen 1050-1302

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

De Lage Landen 1050-1302

• Economie  -> veranderingen in de landbouw 

                              -> opkomst van de handel -> groei en toename                                         steden

• Politiek /sociaal-> opkomst burgerij -> rol in bestuur
• M.n. Vlaanderen (Atrecht en Brugge)-> daar lag in deze periode het economisch centrum

vergelijk met bron 2 blz. 22 van GWP

Gebruik blz 40 van Compact. Wat was er eerst bevolkingsgroei of een hogere opbrengst van de landbouw?

Maken (ook huiswerk)

Vraag 1 van blz 22 (GWP in Magister)

Verwerkingsvragen blz 41 (Compact)

Waarom Artesië? (1050)

• Resten oude Romeinse stad (infrastructuur)/bisschopsstad
• Vruchtbare bodem voor verbouw broodgraan->voldoende voedsel (ook voor stadsbevolking)
• Schapen -> basis lakenindustrie

 

Ambachtslieden, kooplieden en bankiers

• Lakenindustrie zorgde voor veel meer werk-> ambachtslieden in vele sectoren
• Lakenindustrie zorgde voor opkomst kooplieden -> organiseerden productie
• Bankiers speelden een rol in de financiering -> kooplieden leenden geld om wol te kopen. 

Van Artesië naar Vlaanderen en Brabant

o.a Brugge en later ook 's-Hertogenbosch

<- lakenmarkt in Den Bosch ca. 1530

Nog meer Guldensporenslag

https://www.youtube.com/watch?v=P5ksuFG8YaY

Huiswerk

Maken van Compact blz 43 vraag 14.10, 14.12 en 14.13

GWP blz. 22 vraag 4 en blz. 24 vraag 14 en 16