5.1 leenheren en leenmannen

5.1 leenheren en leenmannen
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5.1 leenheren en leenmannen

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • inleiding H5
  • Uitleg 5.1
  • toets bespreken

Slide 2 - Tekstslide

Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)
In het wit zie je een helm, zoals ridders die droegen. Op de achtergrond zie je een deel van een klooster. Ridderschap en de christelijke kerk horen bij de Tijd van monniken en ridders.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 3 - Tekstslide

Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)

Slide 4 - Tekstslide

In deze paragraaf leer je:
  • Hoe Karel de Grote een machtig koning en keizer werd over een groot rijk
  • Op welke manier Karel zijn rijk bestuurde

Slide 5 - Tekstslide

In deze paragraaf leer je:
  • Waardoor in Europa onveiligheid ontstond en welke gevolgen dit had
  • Welke plaats ridders hadden in de samenleving

Slide 6 - Tekstslide

West-Romeinse Rijk
Oost-Romeinse Rijk

Slide 7 - Tekstslide

Volksverhuizingen
  • Germaanse stammen trekken het Romeinse Rijk binnen
  • Plunderen
  • Keizer wordt afgezet
  • Germaanse volken krijgen de macht

Slide 8 - Tekstslide

Het Frankische rijk
  • Franken: Germaans volk dat na de ondergang van het West-Romeinse rijk een koninkrijk hadden gesticht in België en Frankrijk.
  • Frankische koningen breiden het rijk steeds verder uit.

Slide 9 - Tekstslide

een nieuw Rijk
  • rond 800 nieuw rijk: Frankische rijk
  • Frankische koning Karel de Grote

  • liet zich door de Paus (hoofd van de kerk) kronen tot Keizer 

Slide 10 - Tekstslide

Te groot om alleen te besturen:
oorzaken:
- Slechte verbindingen, van de Romeinse wegen was weinig meer over.
- Steden uit de Romeinse tijd zo goed als verdwenen.
- Dreiging van aanvallers.

Slide 11 - Tekstslide


Het leenstelsel
  • Om zijn rijk bestuurbaar te houden, leende hij stukken land uit aan hertogen en graven

  • Die zouden dat gebied voor Karel besturen

  • Dit noemen we het leenstelsel
    Karel was dan de leenheer
    de hertogen en graven werden leenman

Slide 12 - Tekstslide

De leenman
De leenheer:
Karel de Grote
Het leen (de grond) dat de leenman 'in leen' krijgt.
De vier plichten van een leenman:
  • Hij moest trouw zweren aan de koning; 
  • Hij moest zijn gebied besturen en er recht-spreken;
  • Hij moest jaarlijks belasting aan de koning betalen; 
  • Als er oorlog was in het Rijk, moest hij met zijn eigen soldaten meevechten in het leger van de koning.
De leenman zweert trouw aan zijn leenheer, Karel de Grote.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Taken van de koning

  • Rechtspreken
  • Het land verdedigen
  • Belasting innen
  •  Opstanden stoppen 
  • enz. 

Slide 15 - Tekstslide

verdeeldheid
Karel was een groot vorst, maar zijn opvolgers waren zwakker --> leenmannen ging hun gebieden als eigendom beschouwen: ze regeerde hun gebied zelfstandig.

hierdoor maakten zij het 'leen' erfelijk en benoemden zelf ook weer leenmannen. Er ontstonden ruzies tussen koningen, leenmannen en edelen. 

Slide 16 - Tekstslide


Een onveilige tijd


  • De leenmannen gaven hun gebieden weer door aan hun kinderen

  • Soms stelden de leenmannen zelf ook leenmannen aan, achterleenmannen

  • De leenmannen gingen de gebieden als hun eigen gebied zien

  • Door al die leenmannen ontstonden er heel veel kleine staatjes die ook vaak oorlog met elkaar voerden

Slide 17 - Tekstslide

Het Frankische Rijk valt uiteen
  • Zwakke koningen na Karel de Grote.

  • Leenmannen vergaten dat zij de grond te leen hadden en maakten het erfelijk + ze gingen zelf ook leenmannen benoemen (achterleenmannen).

  • Invallen van vikingen in de kustgebieden.

Slide 18 - Tekstslide

Ridders
  • Ridders waren de soldaten van de middeleeuwen.

  • Een uitrusting (harnas, paard, zwaard, schild) waren erg duur, ridders waren dus altijd rijk!  

  • Vaak kregen ridders als beloning een stuk land van de koning.

  • Besturen lieten zij doen, ze gingen zelf liever jagen met valken!

  • De rol van ridders veranderde dus: van gewone soldaten tot machtige mannen. 

Slide 19 - Tekstslide