Sinterklaasgedicht

Welkom klas 2
Sinterklaaslootje invullen

spullen klaarleggen
(agenda, etui, schrift)


1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom klas 2
Sinterklaaslootje invullen

spullen klaarleggen
(agenda, etui, schrift)


Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
Uitleg over rijmsoorten
Lootjes trekken
Sinterklaasgedicht schrijven

Slide 2 - Tekstslide

Hoe schrijf ik een gedicht?
Stap 1: Hoe start je een sinterklaasgedicht?
Begin met een kenmerkende zin.


Slide 3 - Tekstslide

Eerste zin
Denk aan de persoon voor wie je het gedicht gaat schrijven. Heeft hij of zij iets grappigs, spannends of interessants gedaan dit schooljaar? Kun je daar een klein verhaaltje over vertellen?

Denk nog niet verder dan de eerste zin.


Slide 4 - Tekstslide

Rijmwoorden
Stap 2:  Bedenk eerst rijmwoorden en maak je niet druk om de inhoud.

Slide 5 - Tekstslide

Maar eerst dit:
Wil je een origineel sinterklaasgedicht schrijven?
Voor professionele dichters is de term sinterklaasgedicht een keiharde belediging.

Slide 6 - Tekstslide

Eindrijm

Rozen zijn rood, viooltjes zijn blauw
Ik hou heel veel van jou
Of ja – een sinterklaasgedicht:
Sint zat te denken
Wat hij Dennis moest schenken


Slide 7 - Tekstslide

Halfrijm

Sint zat te denken
Zou Dennis niet weten
Dat voetbal met losse veters
Werkt voor geen meter
Is hij zijn strikdiploma vergeten?


Slide 8 - Tekstslide

Origineel sinterklaasgedicht? Rijm met één letter (beginrijm)

Sint zat te denken
Waarom is Dennis
Zo gericht op het doel
Hij moet iets anders doen
Kijken naar zijn veters
Die dansen vrolijk en vrij
Een voorbode voor een val
Zodat er geen doelpunt valt te vieren



Slide 9 - Tekstslide

Even herhalen

Halfrijm zijn woorden die maar half rijmen en niet alles rijmt. Bij halfrijm zijn er veel klinkers of medeklinkers hetzelfde.
Há, halfrijm!

Als je halfrijm knakt
En nogmaals hakt
Krijg je dan een kwart
En achtste rijm misschien?
Of moet je dat zo letterlijk niet zien?



Slide 10 - Tekstslide

Halfrijm
blauwe en gebouwen
lief en lied
verst en korst
roeiende en riemen
ronde en randen

Slide 11 - Tekstslide

Even herhalen: beginrijm
Makkelijk en speels: een letter is al genoeg voor een rijmklank.

Slide 12 - Tekstslide

Beginrijm
Oftewel alliteratie. 
De eerste letters van woorden uit dezelfde zin klinken hetzelfde.

gordijn-gaan , venster-verhaal



Slide 13 - Tekstslide

Beginrijm (alliteratie)
Jules Deelder 1944-2019

Slide 14 - Tekstslide

Strofe
  • Strofe: versregels die bij elkaar staan
  • Versregels: de regels van een gedicht 


  • Vergelijk een strofe van een gedicht met een alinea van een tekst.

  • Elke strofe heeft een deelonderwerp

Slide 15 - Tekstslide

Welkom klas 2
Start met stillezen
Sinterklaaslootje
Veel plezier.
Je stoort niemand.


Slide 16 - Tekstslide

Sinterklaaslootje
Nog invullen:
Meer informatie:
Gijs
Marjanne
Aaliyah
May
Owen

Slide 17 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
Mededelingen.
Sinterklaaslootje.
Verder werken aan het gedicht.

Slide 18 - Tekstslide

Mededelingen
Huiswerkhulp in de OOM?
Bijles Engels?

Slide 19 - Tekstslide

Lesdoel
Je weet wat eindrijm is.
Je weet wat halfrijm is.
Je weet wat beginrijm is.

Om dit te oefenen maak je een sinterklaasgedicht
met halfrijm of beginrijm.

Slide 20 - Tekstslide

De schrijfopdracht
Voor wie schrijf ik?  - Klasgenoot
Met welk doel schrijf ik?  - Amuseren
Wat voor soort tekst is het?  - gedicht
Hoeveel tijd staat ervoor?  - 1 lesuur en huiswerk
Waarover schrijf ik? - klasgenoot en/of cadeau
Waar wordt het gepubliceerd?  - 5-12 sinterklaasviering
Aan welke eisen moet het voldoen?  - zie werkblad
Hoe en door wie wordt hij beoordeeld?  - o-v-g, door Sinterklaas

Slide 21 - Tekstslide

Hoe schrijf ik een gedicht?
Stap 1: Hoe start je een sinterklaasgedicht?
Begin met een kenmerkende zin.


Slide 22 - Tekstslide

Hoe schrijf ik een gedicht?
Stap 1: Hoe start je een sinterklaasgedicht?
Begin met een kenmerkende zin.


Slide 23 - Tekstslide

Eerste zin
Denk aan de persoon voor wie je het gedicht gaat schrijven. Heeft hij of zij iets grappigs, spannends of interessants gedaan dit schooljaar? Kun je daar op de één of andere manier de draak mee steken in je eerste zin?

Denk nog niet verder dan de eerste zin.
Let op: hou het wel respectvol!

Slide 24 - Tekstslide

Voorbeeld
Mevrouw Wadey draagt nooit een broek.

Joris draagt altijd een korte broek.

Mevrouw Putter gaat ons verlaten.

Meneer Kraakman is nieuw in ons team.







Slide 25 - Tekstslide

Rijmwoorden
Stap 2:  Bedenk eerst rijmwoorden en maak je niet druk om de inhoud.

Kies halfrijm of beginrijm.

Slide 26 - Tekstslide

Origineel sinterklaasgedicht schrijven?
Stap 3:  Laat rijmwoorden je inspireren tot een tweede zin. Sommige woorden doen je waarschijnlijk meteen denken aan iets dat van toepassing is op je onderwerp (de persoon waarvoor je het sinterklaasgedicht schrijft). 

Slide 27 - Tekstslide

Kies een richting
Stap 4: Goed sinterklaasgedicht schrijven? 
Na de eerste twee zinnen is het  tijd om een thema te kiezen in je gedicht. Dat gaat vaak vanzelf. Door de rijmwoorden die je kiest, krijgt je gedicht vanzelf een richting.

Slide 28 - Tekstslide

Een sinterklaasgedicht hoeft niet consequent te zijn.
Stap 5 – Geef jezelf de ruimte om van onderwerp te veranderen. Je kunt halverwege best van thema wisselen als je geen inspiratie meer hebt. Of misschien krijg je door een bepaald rijmwoord een grappige ingeving die niets met de rest van het gedicht te maken heeft.

Slide 29 - Tekstslide

Einde
Stap 6: Eindig met de beste grap of je cadeau (of allebei)
Bewaar de beste grap voor het laatst, of zorg ervoor dat de laatste regel in je rijm een hint is naar het cadeau. Dan eindigt je gedicht met een lach, of met een vleugje mysterie. 

Slide 30 - Tekstslide