Observeren objectief - subjectief

Observeren
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
Sociaal werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Observeren

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat is observeren?
A
het bewust worden van de wereld om ons heen
B
het opzettelijk en doelgericht waarnemen

Slide 3 - Quizvraag

Wat is participerend observeren?
A
Intern observeren
B
Extern observeren

Slide 4 - Quizvraag

Wat is niet-participerend observeren?
A
Intern observeren
B
Extern observeren

Slide 5 - Quizvraag

Waarnemen
Signaleren
Observeren
Interpreteren
Objectief
Subjectief
het opnemen van prikkels die op je afkomen
het opmerken van bijzonderheden in gedrag
betekenis geven aan verzamelde informatie
gerichte manier van informatie verzamelen over gedrag van een persoon of over een situatie
zich beperkend tot de feiten, niet beïnvloed door eigen gevoel of door vooroordelen
persoonlijk, volgens eigen mening, partijdig

Slide 6 - Sleepvraag

Het op wisselende tijden observeren met je observatiedoel en observatievragen is een ...
A
contextuele observatie
B
gestructureerde observatie
C
vrije observatie
D
intervalobservatie

Slide 7 - Quizvraag

Een observatie waarbij niet het kind het middelpunt is, maar zijn omgeving is een …
A
contextuele observatie
B
protocolobservatie
C
gestructureerde observatie
D
intervalobservatie

Slide 8 - Quizvraag

Observeren met vaste observatiepunten in een protocol is een …
A
gestructureerde observatie
B
intervalobservatie
C
protocolobservatie
D
vrije observatie

Slide 9 - Quizvraag

Hoe heet de observatievorm die vaak als vooronderzoek wordt gebruikt?
A
contextuele observatie
B
vrije observatie
C
intervalobservatie
D
protocolobservatie

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor het opmerken van bijzonderheden in gedrag?
A
analyseren
B
observeren
C
signaleren

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

objectief - subjectief
Objectief = waarnemen zonder oordeel

Subjectief = waarnemen met een oordeel

Slide 19 - Tekstslide

Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen objectief en subjectief. Noem bij beide 2 voorbeelden

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Geef een objectieve beschrijving van wat je op de volgende foto ziet

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Geef een objectieve beschrijving van wat je op deze foto ziet

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Geef een subjectieve beschrijving van wat je op deze foto ziet

Slide 27 - Open vraag

Opdracht 5
Filmpje

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 34 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
objectief en subjectief?

Slide 35 - Open vraag

Objectief
Subjectief
Een jongen loopt naar het toilet.
Een student heeft tijdens de les tien vragen gesteld.
Zij was erg lelijk gekleed.
Mijn vriendin werd onterecht beschuldigd. 
De man draag een groene trui.
Zoals altijd is de meneer van burgerschap weer chagrijnig. 

Slide 36 - Sleepvraag

Tot volgende week!
Observeren in de praktijk

Slide 37 - Tekstslide