WOI, democratie en fascisme

Wat je moet kennen en kunnen.
  • De leerling moet de oorzaken, aanleiding, verloop en gevolgen van WOI kennen en herkennen.
  • De leerling moet de specifieke kenmerken van de oorlog kennen en herkennen.
  • de leerling moet de genoemde jaartallen, slagen, personen en begrippen kennen en herkennen.
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolVoortgezet speciaal onderwijshavoLeerroute HLeerjaar 3

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 245 min

Onderdelen in deze les

Wat je moet kennen en kunnen.
  • De leerling moet de oorzaken, aanleiding, verloop en gevolgen van WOI kennen en herkennen.
  • De leerling moet de specifieke kenmerken van de oorlog kennen en herkennen.
  • de leerling moet de genoemde jaartallen, slagen, personen en begrippen kennen en herkennen.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Een eeuw van oorlogen.
Eeuw WO I te voorspellen? 
Nee, Belle Epoque. 
Toch komt er oorlog 1914-1918.
Ook tijdens het interbellum werd niet aan oorlog gedacht. 
Toch komt WO II van 1940-1945.
Deze ging bijna geruisloos over in de Koude Oorlog

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Veranderingen in oorlogvoering in de 19de eeuw
  • Wie het  grootste  leger heeft  en meeste wapens, heeft meeste kans om de oorlog te winnen: bijv. beschadigen andermans economie en dienstplichtlegers.                    
  • technologie van wapens en transport bepalen de manier van oorlogvoeren: bijv.stadsmuren verliezen nut.                             
  • Strategie en tactiek komen vaak in handen van één man: bijv. Napoleon/ Hitler                
  • Meer invloed van het volk: bijv.Propaganda en censuur bepalen het enthousiasme voor de oorlog.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

WO I  
Aanleiding:
28 juni worden troonopvolger Franz-Ferdinand en zijn vrouw in Bosnië vermoord door de Serviër Gavrillo Principe.
O-H stelt ultimatum van onderzoek. Servië weigert.
28 juli verklaart O-H de oorlog aan Servië

Slide 8 - Tekstslide

Oorzaken WOI
  • Revanchegedachte Frankrijk
  • nationalisme
  • bondgenootschappen
  • militarisme
  • wapenwedloop
  • modern-imperialisme

Slide 9 - Tekstslide

Revanchegedachte
In de Frans-Duitse oorlog van 1870-71 verliest Frankrijk zijn grootste industriegebied Elzas-Lotharingen aan Duitsland.

De koning van Pruisen laat zich in Versailles tot keizer kronen van het Duitse Rijk. 
Duitsland vreest dat Frankrijk zich wil wreken.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Wat veranderde in de oorlogvoering?
  • Het was een wereldoorlog:

Ook continenten buiten Europa waren erbij betrokken.

  • Loopgravenoorlog
  • tactiek zoveel mogelijk tegenstanders doden
  • meer propaganda
  • grote oorlogsindustrie met veel wapens
  • betere medische zorg van soldaten
  • totale oorlog

Slide 20 - Tekstslide

Landen betrokken bij WOI

Slide 21 - Tekstslide

Loopgravenoorlog
Waarom werkt dit niet?

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Na het uitroepen van de onbeperkte duikbotenoorlog 1917                                                        
begon het Verenigd koninkrijk met de Zeeblokkade 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Het mitrailleur was er al maar heeft grote invloed. Nieuw is het gifgas
Nieuw is de tank, die een doorslaggevende rol speelt in 1918

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

kaart van Europa 1914
kaart van Europa 1919

Slide 30 - Tekstslide

Gevolgen van de oorlog?
  • Miljoenen slachtoffers, zowel aan oorlogsfront en thuisfront.                   
  • In Duitsland en Oostenrijk-Hongarije was honger als gevolg van de marineblokkade door het Verenigd Koninkrijk.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

Van grote invloed op duur en verloop van de oorlog is niet
A
de ontwikkeling van techniek
B
dat diegene die de strategie bepaalt, ook de tactiek bepaalt
C
propaganda en censuur
D
in welk seizoen de oorlog gevoerd wordt

Slide 34 - Quizvraag

De aanleiding van WO I is
A
Modern Imperialisme
B
nationalisme
C
De moord op Franz-Ferdinand
D
bondgenootschappen

Slide 35 - Quizvraag

Wat klopt niet?
De revanchegedachte
A
Komt door het Duitse bondgenootschap met Rusland.
B
Had te maken met het verlies van Elzas-Lotharingen door Frankrijk
C
Had te maken met de vernedering door de Duitse kroning in Versailles
D
Leidde in Duitsland tot het Von Schlieffenplan

Slide 36 - Quizvraag

De oorzaken van WOI zijn, wat is fout?
A
modern imperialisme
B
nationalisme
C
De moord op Frans-Ferdinand
D
bondgenootschappen

Slide 37 - Quizvraag

Waarom was de oorlog onvermijdelijk?
A
De vorsten van Engeland, Duitsland en Rusland waren familie van elkaar.
B
Door de bondgenootschappen
C
Door de wapenwedloop
D
Door het ultimatum van Oostenrijk-Hongarije aan Servië

Slide 38 - Quizvraag

De partijen die tegenover elkaar staan tijdens WOI zijn.
A
Triple Alliantie-Triple Entente
B
Centralen- Geallieerden
C
communisten-kapitalisten
D
Roden-Witten

Slide 39 - Quizvraag

Triple Entente bestaat uit
A
Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Italië
B
Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Turkije
C
Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Rusland
D
Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Verenigde Staten

Slide 40 - Quizvraag

Een nieuw wapen in WO I is niet
A
gifgas
B
vlammenwerper
C
kanon
D
mitrailleur

Slide 41 - Quizvraag

Een typisch kenmerk van WOI is niet
A
Bijna alle continenten zijn betrokken
B
Duitsland krijgt de schuld
C
loopgravenoorlog
D
bewegingsoorlog

Slide 42 - Quizvraag

Een gevolg van de vrede van Versailles is niet
A
Cordon Sanitaire
B
Rusland raakt veel land kwijt
C
Duitsland raakt veel grond kwijt
D
Elzas-Lotharingen gaat terug naar Frankrijk

Slide 43 - Quizvraag

Wat valt niet onder propaganda?
A
liedjes over de oorlog
B
spotprenten over de vijand
C
wervingsposters om deel te nemen aan de oorlog
D
het verbieden van cijfers van slachtoffers

Slide 44 - Quizvraag

Waarom waren in Duitsland en Oostenrijk-Hongarije relatief veel slachtoffers aan het thuisfront?
A
vanwege de zeeblokkade
B
alle boeren waren aan het front
C
Vanwege het niet hebben van koloniën
D
Vanwege de onbeperkte duikbotenoorlog

Slide 45 - Quizvraag

Het interbellum betekent letterlijk

Slide 46 - Open vraag

Het positieve gevolg van WOI was
A
bijdrage van/ aan de medische wetenschap
B
De ontwikkeling van wapens
C
De veranderde kaart van Europa
D
Dat Duitsland werd "kapot"gemaakt

Slide 47 - Quizvraag