Cladogrammen en DNA

Wat is een voorwaarde voor
natuurlijke selectie?
timer
0:30
A
Variatie in eigenschappen
B
Mannelijke en vrouwelijke organismen
C
Recombinatie
D
Mutatie
1 / 22
volgende
Slide 1: Quizvraag
Nask / BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat is een voorwaarde voor
natuurlijke selectie?
timer
0:30
A
Variatie in eigenschappen
B
Mannelijke en vrouwelijke organismen
C
Recombinatie
D
Mutatie

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De neodarwinistische theorie gaat uit van een aantal stappen. Zet deze stappen in de juiste volgorde.Wat is de juiste volgorde van deze stappen?
De nakomeling heeft grotere overlevingskansen
Een geslachtscel bevat een gemuteerd gen
Steeds meer nakomelingen hebben de gunstige eigenschap
Een langer leven leidt tot meer nakomelingen
De nakomeling heeft een veranderde eigenschap

Slide 2 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bs. 5 Onderzoek naar evolutie
Cladogrammen en DNA sequenties

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cladogram
Schematische weergave van verwantschap tussen soorten
Bij elke splitsing staat een gemeenschappelijk voorouder, daarna is één kenmerkende eigenschap waarin de twee verschillen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cladogram

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 8 - Bron 16
  • Welk uniek homoloog kenmerk delen de schildpadden, slangen, hagedissen, krokodillen en vogels volgens dit cladogram?een gat in de schedel onder de oogkas
  • Hoe heet deze groep in dit cladogram? reptilia
  • Hoeveel clades zie je in het cladogram?12, elk blauw puntje vertegenwoordigt de voorouder met het unieke kenmerk dat de voorouder en de andere dieren in die clade gemeenschappelijk bezitten. Er zijn 12 van die puntjes.
  • Mag je uit dit cladogram de conclusie trekken dat vogels meer verwant zijn aan krokodillen dan aan hagedissen? Licht toe.Ja, want vogels en krokodillen hebben meer gemeenschappelijke unieke homologe kenmerken dan vogels en hagedissen. Of: ja. Want de vogels en krokodillen delen een gemeenschappelijke voorouder die ze niet delen met de hagedissen.

Welke mensachtige is volgens dit cladogram de gemeenschappelijke voorouder van H. erectus en H. antecessor?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

indeling planten
De vaatplanten zijn de paardenstaarten, varens en zaadplanten.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DNA = Bouwtekening

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag
Welke vier basen komen voor in het DNA van alle organismen?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DNA codeert voor eiwitten
Welke celorganellen maken deze eiwitten (koppelen de aminozuren aan elkaar)?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwantschapsanalyse

Bij onderzoek naar verwantschap tussen populaties en soorten wordt DNA-sequentieanalyse toegepast, gebaseerd op mitochondriaal DNA. Om binnen een populatie onderscheid te maken, gebruiken onderzoekers vaak DNA-fragmenten die snel muteren. Voor onderzoek aan soorten, geslachten, families en ordes gebruiken ze daarentegen langzaam muterende DNA-fragmenten in het gen voor cytochroom b. De basenvolgorden in cytochroom b bij verschillende soorten zoogdieren zijn afgebeeld in de afbeelding.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het DNA van de mens verschilt 1,4% van dat van de chimpansee, 1,8% van dat van de gorilla en 3,4% van dat van de orang-oetan. Welke van de mensapen is het meest verwant aan de mens.
A
Chimpansee
B
Zwartkoplar
C
Gorilla
D
Oerang-Oetan

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



Vanuit de verschillen in de basenvolgorde kun je een stamboom opstellen, zoals de afbeelding  hiernaast laat zien.

Aan welk dier is de neushoorn het meest verwant?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk cladogram zijn C en D het meest verwant aan elkaar én zijn zij het meest verwant aan soort E i.v.m. soorten A en B?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn homologe organen
A
Organen die dezelfde bouw hebben maar een andere functie
B
Organen die dezelfde functie hebben, maar apart van elkaar zijn ontstaan
C
Organen die dezelfde functie hebben, maar niet dezelfde bouw
D
Organen die we door aanpassingen aan het milieu niet meer nodig hebben

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn rudimentaire organen
A
Organen die dezelfde bouw hebben maar een andere functie
B
Organen die dezelfde functie hebben, maar apart van elkaar zijn ontstaan
C
Organen die dezelfde functie hebben, maar niet dezelfde bouw
D
Organen die we door aanpassingen aan het milieu niet meer nodig hebben

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doen
Maak alle opdrachten van bs. 5 af.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies