meer dan lezen §1 en §2

Lezen
Meer dan lezen 
§ 1 en § 2


1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lezen
Meer dan lezen 
§ 1 en § 2


Slide 1 - Tekstslide

Leesstrategieën
Leesstrategieën
precies

Slide 2 - Tekstslide

Precies lezen
Om te bepalen wat de hoofdgedachte van een tekst is, moet je de tekst precies lezen. Je leest de tekst dan nauwkeurig van het begin tot het eind.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een leesstrategie?
A
Een manier van lezen.
B
Een manier van kijken
C
Een plan van aanpak.
D
Een aanpak.

Slide 4 - Quizvraag

Als ik een leesboek lees, gebruik ik de leesstrategie:
A
Zoekend lezen
B
Globaal lezen
C
Precies lezen
D
Oriënterend lezen

Slide 5 - Quizvraag

Na welke leesstrategie maak je eventueel een samenvatting?
A
Globaal lezen
B
Precies lezen
C
Zoekend lezen
D
Oriënterend lezen

Slide 6 - Quizvraag

Als ik iets opzoek in het woordenboek, gebruik ik de leesstrategie:
A
Oriënterend lezen
B
Precies lezen
C
Globaal lezen
D
Zoekend lezen

Slide 7 - Quizvraag

Als ik iets opzoek op internet, gebruik ik de leesstrategie:
A
Oriënterend lezen
B
Zoekend lezen
C
Globaal lezen
D
precies lezen

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het leesdoel van de leesstrategie ‘precies lezen'?
A
Je wilt weten met wat voor tekst je te maken hebt.
B
Je wilt de tekst begrijpen.
C
Je wilt de tekst onthouden.
D
Je hebt een vraag en die wil je snel beantwoorden.

Slide 9 - Quizvraag

aan het werk
samen lezen we tekst 1
maak daarna opdracht 1 en 2

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 1
1 precies
2 globaal
3 oriënterend
4 zoekend
5 precies
6 zoekend

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 2
1 een kleine, wollige robot met de naam Moflin
2 voor mensen die aan een stoornis lijden of die problemen hebben
3 alinea 3
4 alinea 2
5 Moflin is net zo intelligent als dieren en mensen. niet waar
6 zoekend lezen
7 C Japanse uitvinders hebben een kleine, wollige robot gemaakt, die als huisdier kan dienen.
8 precies lezen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Onderwerp en hoofdgedachte

Slide 14 - Tekstslide

Onderwerp en hoofdgedachte

Slide 15 - Tekstslide

Oriënterend  lezen

Het onderwerp en evt. het tekstdoel van de tekst bepalen

Slide 16 - Tekstslide

Het onderwerp bepalen
Na het (oriënterend ) lezen kun je het onderwerp van de tekst bepalen
Het onderwerp is kort geformuleerd en is geen vraag of zin die begint met een vraagwoord.

Slide 17 - Tekstslide

Met welke leesstrategie bepaal je de hoofdgedachte?
A
Precies lezen
B
Zoekend lezen
C
Globaal lezen
D
Oriënterend lezen

Slide 18 - Quizvraag

Fout geformuleerd

Het onderwerp is
Hoe ontstaat een bijensteek?


Waarom haal je lage cijfers?
Goed geformuleerd

Het onderwerp is
Het ontstaan van een bijensteek

Redenen voor lage cijfers

Slide 19 - Tekstslide

Welke leesmanier gebruik je als je leest om het onderwerp van een tekst te bepalen?
A
nauwkeurig
B
oriënterend
C
zoekend

Slide 20 - Quizvraag

Even testen...
Een onderwerp schrijf je altijd op in slechts èèn woord..

A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

aan het werk
samen lezen we tekst 1
maak daarna opdracht 1 en 2

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

succes!
Succes met §2!

Slide 24 - Tekstslide

Je krijgt nu een tekst van mevrouw Orij

Slide 25 - Tekstslide

Het onderwerp van de tekst is kinder- en jongerenkleding.
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

De hoofdgedachte van de tekst is:
Hoelang bestaat kinder- en jongerenkleding al?
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Is er tegenwoordig veel verschil tussen jongeren- en volwassenenkleding? Leg uit.

Slide 28 - Open vraag