Les 4

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Praktische economieMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
Vorige week
Tell me why
Test je kennis

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige week

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ga allemaal uit elkaar zitten

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met wie ga je het interview doen en hoever zijn jullie?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tell me why

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Fairfood

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Waarom gebruikt Fairfood een blockchain en is het verstandig?
Maak een beslisboom voor fairfood

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Test je kennis

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor transacties worden via de blockchain uitgewisseld?
A
Geld
B
Diploma's
C
Keurmerken
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 13 - Quizvraag

Alles met waarde kan uitgewisseld worden via de blockchain. Dit kan geld zijn, maar ook belangrijke gegevens met waarde, zoals contracten, diploma’s of eigendomsbewijzen. Dit moet waarde hebben omdat iedereen het eens moet zijn met de transactie, het moet ondertekend worden door alle partijen
Hoe wordt digitaal geld op een blockchain genoemd?
A
Cryptocurrecnies
B
Bitcoins
C
Block

Slide 14 - Quizvraag

Digitaal geld dat op een blockchain staat wordt cryptocurrencies genoemd. Bitcoins zijn een munteenheid, zoals de Euro is voor geld.
Wat is geen eigenschap van een blockchain
A
Transparant
B
Centraal
C
Onveranderbaar

Slide 15 - Quizvraag

Een blockchain is transparant. Iedereen kan transacties inzien. Ook is een blockchain onveranderbaar. Je kunt niets veranderen of wissen. Daarnaast is een blockchain decentraal georganiseerd. Iedereen moet het eens zijn met een transactie, zonder dat een centrale derde partij nodig is.
Transacties worden niet meteen toegevoegd aan de blockchain. Ze worden eerst gecontroleerd door miners. Hiervoor gebruiken de miners een ingewikkelde rekensom. Wat is de uitkomst van deze rekensom?
A
Hash
B
Nonce
C
Rewards

Slide 16 - Quizvraag

De reeks getallen en letters die uit de ingewikkelde rekensom komt is een hash. Dit is eigenlijk een soort unieke handtekening.
De meerderheid in een blockchain heeft de controle over de transacties. Dit is een kans voor kwaadwillenden. Hackers proberen soms de blockchain over te nemen. Hoe noemen we dit risico?
A
Cryptografische Hash
B
Double spending
C
51% attack

Slide 17 - Quizvraag

Hackers proberen de meerderheid van een blockchain te winnen. Ofwel, meer dan 51%. Daarom noemen we dit risico de 51% attack.
Een ander risico is een hard fork. Wat betekend dit?
A
Er ontstaat een splitsing in de blockchain door een menigsverschil.
B
Een transactie wodt dubbel uitgegeven waardoor er een splitsing in de blockchain ontstaat
C
Een blockchain loopt vast omdat te weinig computers meedoen

Slide 18 - Quizvraag

Een hard fork is een splitsing in de blockchain door een meningsverschil. Hierdoor ontstaat een nieuwe versie van de software, zoals een nieuwe munt.
Wat zijn nodes?
A
De kopieën van de blockchain
B
De computers in de blockchain
C
De digitale handtekeningen

Slide 19 - Quizvraag

Nodes zijn de computers die samen een blockchain vormen. Elke node krijgt een kopie van de blockchain zodra het is aangesloten bij de blockchain.