PRV 1.8

Praktijkvoering


Les 1.7 en 1.8
Periode 1
Leerjaar 1
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Praktijkvoering


Les 1.7 en 1.8
Periode 1
Leerjaar 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesindeling week 1.8
1. Welkom
2. Vorige les
3. Lesindeling en Lesdoelen
4. Doel van de gezondheidszorg
6. Prikaccidenten
5. Controle lesdoelen
6. Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling Indeling behandelingsniveau
Nuldelijnszorg: Zorg zonder hulpvraag, preventie

Eerstelijnszorg: Geen verwijzing nodig (huisarts, tandarts) Thuiszorg is
                                  uitzondering. Dit is eerstelijns maar wel een indicatie voor
                                  nodig

Tweedelijnszorg: Verwijzing van eerste lijn nodig (ziekenhuis, GGZ), zowel
                                     poliklinisch als klinisch

Derdelijnszorg: Hoog specialistische zorg (academisch centrum, topklinieken, gespecialiseerde
                                  centra)


Slide 3 - Tekstslide

Als DA meestal binnen AGZ, dus beginnen met die uitsplitsen, begin met zorgindeling naar behandelingsniveau.

Waar zit je als DA waarschijnlijk?

Nuldelijnszorg: preventie vaak door GGD  
-> ook zorg door vrienden, familie etc.
herhaling Indeling plaats behandeling
  • Intramuraal: Binnen de muren van een instelling of ziekenhuis

  • Extramuraal:  Zorg buiten de muren van een instelling of zh.

  • Transmuraal: Ziekenhuiszorg thuis. Door meerdere zorgverleners word                                    dit  aangeboden 
  • Semi-muraal: Tussenvorm. Dagbehandeling in zh, instelling voor GGZ,                                       dagverpleging in verpleeghuis                                                            

Slide 4 - Tekstslide

intramuraal:
 - Bijvoorbeeld ziekenhuis of verpleeghuis (opname >24 uur)

Extramuraal:
 - In eigen huis, huisartsen, verloskundige

Transmuraal:
- Bijvoorbeeld thuis chemotherapie geven

Semimuraal:
-Bijvoorbeeld beschermd wonen, dagbesteding, deeltijdbehandeling

richtlijnen en protocollen
-  Wat is het verschil?

Slide 5 - Tekstslide

intramuraal:
 - Bijvoorbeeld ziekenhuis of verpleeghuis (opname >24 uur)

Extramuraal:
 - In eigen huis, huisartsen, verloskundige

Transmuraal:
- Bijvoorbeeld thuis chemotherapie geven

Semimuraal:
-Bijvoorbeeld beschermd wonen, dagbesteding, deeltijdbehandeling

Lesdoelen
Aan het eind van deze les weet en/of kun je:
  1. Wat EPD en HIS betekent
  2. Administratieve taken van de DA
  3. Doel van de gezondheidszorg
  4. Wat je moet doen bij een spat-, bijt- of prikincident
  5. Weet je welke onderdelen belangrijk zijn bij kwaliteit van zorg

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Administratie
Volgens protocol:
Invullen/bijhouden van patiëntgegevens in EPD/HIS
EPD: Electronisch Patiënten Dossier
HIS: Huisartsen Informatiesysteem
Mag iedereen bij iedere huisarts worden ingeschreven?
Opruimen van brieven/formulieren - archiveren
Bijhouden uitgiftes

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Administratie
Opruimen (irritaties)
Protocollen --> wat, hoe en waarom
Patiëntenadministratie
Nieuwe patiënten, opvragen dossier, opsturen/ophalen
Vertrekkende patiënt --> Waarom?
Passanten

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formulieren
Veel digitaal (specialist, lab, röntgen)
Labformulieren
Verstrekkingen (SMR, BLS meter, wondmateriaal, etc.)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DA de spin in het web
Jij bent de spin in het web, als DA doe je veel dingen tegelijk:
Je krijgt telefoon (DA = student 1), er komt een patiënt (student 2) binnen lopen die zijn urine onderzocht wil hebben, de arts (student 3) vraagt of je even HB wilt gaan prikken. Je collega (student 4) heeft een vraag over de koffie die ze niet kan vinden. 
Hoe pak je dit aan? Wat eerst en wat laatst? 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

NIEUW: Doel van de gezondheidszorg
* Positieve gezondheidszorg: gelet op gezond gedrag, gericht op de
                                                               leefwijze. 
* Preventieve gezondheidszorg gericht op het voorkomen van ziekte 

* Curatieve gezondheidszorg: het herstellen van iemands gezondheid.

* Palliatieve gezondheidszorg: herstel is niet altijd mogelijk. Streven naar
                                                                 minder lijden. 

Slide 11 - Tekstslide

Positieve gezondheid:
De gedachte hierbij is dat een persoon minder risico loopt ziek te worden, wanneer hij gezond leeft.

Preventieve gezondheidszorg:
Een manier om de weerstand te verhogen tegen bepaalde ziekten is vaccineren. En tweede manier is het isoleren van een persoon met een besmettelijke ziekte. (corona)

Curatieve gezondheidszorg:
Gericht op volledige genezing (ha, kraamzorg, beh. in ZH.)

Palliatieve gezondheidszorg:
In dat geval is het streven ernaar het lijden van de persoon zoveel mogelijk te beperken. Bijvoorbeeld door sterftebegeleiding, of te leren omgaan met een handicap.
Preventieve zorg onder te verdelen in;

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Primaire zorg = voorkomen
Bij primaire preventie wordt de nadruk gelegd op het voorkomen van een ziekte dat deze geen kans krijgt. (dus voorkomen van ziekte bij gezonde mensen).

Slide 13 - Tekstslide

Vb:
Primaire preventie van COPD betekent dan een poging om alle rokers te laten stoppen met roken voordat COPD door het roken ontstaan is.
Deze personen hebben dus nog geen copd maar wel geadv. om te stoppen.

Secundaire preventie= ontdekken van een beginnende schade
Secundaire preventie legt de nadruk op het vroeg ontdekken van een ziekte of afwijking. (zo vroeg mogelijk opsporen bij risicogroepen) Een voorbeeld is het bevolkingsonderzoek borstkanker, waarbij vrouwen tussen de 50 en 75 jaar hun borsten laten controleren.

Slide 14 - Tekstslide

VB:
Secundaire preventie van COPD is dan de poging om de rokende patiënt bij wie de diagnose COPD gesteld wordt te laten stoppen met roken.
Bij deze mensen is wel COPD vastgesteld en geadviseerd te stoppen

Tertiaire preventie = hulp door verdere ontwikkeling te voorkomen

Tertiaire preventie is erop gericht dat voorkomen van erger bij mensen die al ziek zijn

Slide 15 - Tekstslide

VB:
Tertiaire preventie is het doen stoppen met roken van de COPD-patiënt gedurende de follow-up bij huisarts of longarts, om verdere schade te voorkomen. Deze mensen nemen de actie om te stoppen met roken door hun vastgestelde risico.

Kwaliteit van zorg 
  1. Professionele houding en communicatie (attitude)

  2. De organisatie: de manier waarop jouw werk in de praktijk is georganiseerd (waar werk je en wat doe je?)

  3. Jouw vakbekwaamheid (deskundigheid, methodische aanpak)

Slide 16 - Tekstslide

Inmiddels hebben we geleerd waar je als doktersassistent kunt werken en ook welke dingen belangrijk zijn in jouw contact met patiënten. 

Door je bewust te zijn van de dingen waar jij goed in bent, of wat je graag wil leren, kun je een bijdrage leveren aan de kwaliteit van zorg (ongeacht wáár je aan de slag gaat)
wat doe je nadat je een prikaccident hebt opgelopen?

Slide 17 - Woordweb

Je meldt dit meteen bij je werkgever/ leidinggevende. Er kan dan actie ondernomen worden volgens de Landelijke Richtlijn Prikaccidenten, zodat de risico’s op besmetting (HIV, Hepatitis) zo klein mogelijk wordt door goede behandeling
Incidenten


Wat is het verschil tussen snij-,spat en bijtincident?

Slide 18 - Tekstslide

Een snij-incident ontstaat wanneer iemand gesneden wordt (door scherp voorwerp, bijv. een mes) Als er bloed (of een andere lichaamsvloeistof) via een scherp voorwerp van de ene persoon in het lichaam van de ander komt.

Bij een spatincident spat er bloed op een slijmvlies (bijv. ogen , mondslijmvlies) of op de niet-intacte huid

Bij een bijtwond is er sprake van bloed op mondslijmvlies of speeksel in open wond.

Snij-incident: d.m.v een vieze naald van een patiënt jezelf prikken.
Of tijdens een operatie/ingreep jezelf snijdt met het mesje waarmee de patiënt geopereerd wordt. (bloed/bloedcontact)

Spatincident: als je bv bezig bent bij een patiënt een wond schoon te maken, waarbij er bloedspetters omhoog spatten in je oog of mond.

Bijtincident: als je gebeten wordt door patiënt die in de war is of heel erg boos is. (deze patiënt kan zelf een ziekte hebben en deze overbrengen op jou).

Volgende week tijdens de les!

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies