kwis
Antony wil een racefiets kopen van € 3.300.
Dit is 75% van het bedrag op zijn spaarrekening.
Hoeveel euro staat er op de spaarrekening van Antony?
Dit is 75% van het bedrag op zijn spaarrekening.
Hoeveel euro staat er op de spaarrekening van Antony?
A
4400 €
B
3300 €
C
2200 €
D
1100 €
1 / 18
Onderdelen in deze les
Antony wil een racefiets kopen van € 3.300.
Dit is 75% van het bedrag op zijn spaarrekening.
Hoeveel euro staat er op de spaarrekening van Antony?
Dit is 75% van het bedrag op zijn spaarrekening.
Hoeveel euro staat er op de spaarrekening van Antony?
A
4400 €
B
3300 €
C
2200 €
D
1100 €
Slide 1 - Quizvraag
Jelte heeft een vijver met 12 karpers.
Dit is 30% van alle vissen in de vijver.
Hoeveel vissen heeft Jelte in de vijver?
Dit is 30% van alle vissen in de vijver.
Hoeveel vissen heeft Jelte in de vijver?
A
12 vissen
B
36 vissen
C
40 vissen
D
30 vissen
Slide 2 - Quizvraag
20% van de passagiers in de bus heeft een koptelefoon op. Dit zijn 12 mensen.
Hoeveel mensen zitten in de bus?
Hoeveel mensen zitten in de bus?
A
120
B
48
C
24
D
60
Slide 3 - Quizvraag
Andreas gaat met een groep vrienden uit eten.
Hij betaalt € 90. Dit is 60% van het totaalbedrag.
Wat is het totaalbedrag?
Hij betaalt € 90. Dit is 60% van het totaalbedrag.
Wat is het totaalbedrag?
A
150 €
B
120 €
C
200 €
D
170 €
Slide 4 - Quizvraag
Roemjana koopt dit kussen.
Hoeveel procent korting krijgt ze op het kussen?
Rond het antwoord af op hele procenten.
Hoeveel procent korting krijgt ze op het kussen?
Rond het antwoord af op hele procenten.
A
66 %
B
66,66 %
C
67%
D
60 %
Slide 5 - Quizvraag
Fay koopt de stoel.
Hoeveel procent korting krijgt
Fay op de stoel?
Hoeveel procent korting krijgt
Fay op de stoel?
A
10 %
B
90 %
C
40 %
D
15 %
Slide 6 - Quizvraag
Raynor koopt deze wereldkaart.
Hoeveel procent korting krijgt hij?
Hoeveel procent korting krijgt hij?
A
55 %
B
50 %
C
45 %
D
47 %
Slide 7 - Quizvraag
Hoeveel procent korting krijg je op deze schaatsen?
A
75 %
B
25 %
C
30 %
D
33 %
Slide 8 - Quizvraag
Hoeveel procent korting krijg
je op deze pot appelmoes?
je op deze pot appelmoes?
A
80 %
B
22 %
C
25 %
D
20 %
Slide 9 - Quizvraag
Waar staat BMI voor?
A
Bijzondere Maat Interesse
B
Buik Met Inhoud
C
Bit More Injuries
D
Body Mass Index
Slide 10 - Quizvraag
Welk getal is het grootst?
A
0,25
B
0,2
C
0,255
D
0,0255
Slide 11 - Quizvraag
Hoe bereken je de omtrek van een rechthoek?
A
lengte x breedte
B
lengte + breedte
C
lengte + breedte + lengte + breedte
D
lengte + lengte
Slide 12 - Quizvraag
Ik heb een rechthoek van 6cm bij 10 cm. De omtrek van deze rechthoek is?
A
60cm
B
32cm
C
40cm
D
24cm
Slide 13 - Quizvraag
Een liter is hetzelfde als?
A
kubieke meter (m3)
B
kubieke decimeter(dm3)
C
kubieke centimeter(cm3)
D
kubieke millimeter (mm3)
Slide 14 - Quizvraag
Hoeveel cm touw heb je nodig voor de omtrek?
A
14 cm
B
8 cm
C
22 cm
D
2,2 cm
Slide 15 - Quizvraag
Hoe bereken je de oppervlakte van een rechthoek?
A
lengte x breedte
B
lengte + breedte
C
lengte + breedte + lengte + breedte
D
lengte + lengte
Slide 16 - Quizvraag
Ik heb een rechthoek van 6 cm bij 10 cm. De oppervlakte van deze rechthoek is?
A
60cm2
B
32cm2
C
40cm2
D
24cm2
Slide 17 - Quizvraag
Bij de oppervlakte van een tuin, gaat het om de lengte om de tuin heen.
A
Waar
B
Niet waar
