breuken gelijknamig maken

breuken gelijknamig maken
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

breuken gelijknamig maken

Slide 1 - Tekstslide

stel jij en je zusje krijgen pizza, jij krijgt 1/2 stuk en je zusje 1/3... wie heeft er meer en hoe controleer je dat?

Slide 2 - Tekstslide

lesdoelen 
Begrijpen wat gelijknamige breuken zijn

Kunnen omzetten van breuken naar een gelijknamige vorm

Vergelijken van breuken door eerst gelijknamig te maken

Slide 3 - Tekstslide

jij hebt 1/2de deel en je zusje 1/3de

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

dus wie heeft er dan een groter deel?
ik
mijn zusje

Slide 6 - Poll

nu heb ik 2/5de deel en zij 2/4de deel

Slide 7 - Tekstslide

ik heb 2/3de en zij 1/4de
maak hem op je wisbordje

Slide 8 - Tekstslide

wie krijgt er meer pizza?
A
ik, namelijk 8/12de
B
ik, namelijk 3/12de
C
zij, namelijk 3/12de
D
zij, namelijk 8/12de

Slide 9 - Quizvraag

ik heb 3/8ste en zij 1/2de
maak de som op je wisbordje.

Slide 10 - Tekstslide

Wie heeft er nu meer?
A
ik
B
zij

Slide 11 - Quizvraag

Hoe kon je dit uitrekenen?

Slide 12 - Tekstslide

bedenk nu zelf een som zoals de vorige (ik heb ... zij heeft...), schrijf je idee op. Denk erover na.

Slide 13 - Open vraag

We rekenen er eentje uit:

Slide 14 - Tekstslide

kies er 5 uit en maak deze in je schrift

Slide 15 - Tekstslide