Zuren en Basen

Zuren en Basen
Moleculaire stoffen zijn opgebouwd uit moleculen:
Ongeladen deeltjes die uit atomen bestaan.


Zuren en Basen  zijn een bijzondere groep binnen de moleculaire stoffen. 
Bij zuurmoleculen die oplossen in water ontstaan namelijk geladen deeltjes: ionen (en deze kennen we nog van zouten!)
zuurmolecuul → waterstof-ion(en) + rest-ion
basemolecuul → base-ion(en) + rest-ion
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Zuren en Basen
Moleculaire stoffen zijn opgebouwd uit moleculen:
Ongeladen deeltjes die uit atomen bestaan.


Zuren en Basen  zijn een bijzondere groep binnen de moleculaire stoffen. 
Bij zuurmoleculen die oplossen in water ontstaan namelijk geladen deeltjes: ionen (en deze kennen we nog van zouten!)
zuurmolecuul → waterstof-ion(en) + rest-ion
basemolecuul → base-ion(en) + rest-ion

Slide 1 - Tekstslide

Eigenschappen van zuren
Belangrijkste eigenschappen:
• bevatten H+-ionen;
• hebben een pH-waarde lager dan 7;
• geleiden elektrische stroom;
• reageren sterk met onedele metalen (etsen), waarbij een metaalion en H2-gas ontstaan;
• reageren met basen

Slide 2 - Tekstslide

H10.2 Eigenschappen van zuren
Alle zuren bevatten waterstof
Een stof is een zuur als die H+ kan afstaan.

Slide 3 - Tekstslide

Eigenschappen van zuren









Doordat zuuroplossingen ionen bevatten, geleiden zuuroplossingen wél elektrische stroom.

Slide 4 - Tekstslide

Eigenschappen van zuren
Zure oplossingen tasten  onedele metalen aan. 
Je kunt deze reactie ook bewust gebruiken om metaal te bewerken. Dit noem je etsen.
Bij de reactie tussen een onedel metaal en een zure oplossing ontstaat waterstofgas. 
  • Etsen van zink?

Slide 5 - Tekstslide

Eigenschappen van basen
Belangrijkste eigenschappen:
• bevatten stoffen of deeltjes die H+ opnemen;
• hebben een pH-waarde hoger dan 7;
• geleiden elektrische stroom;
• reageren met vet;
• reageren met zuren;


Slide 6 - Tekstslide

Eigenschappen van basen

Slide 7 - Tekstslide

Eigenschappen van basen

Slide 8 - Tekstslide

Zuur-base reacties
Een zuur kan H+ afstaan, een base kan H+ opnemen. 
Tijdens de reactie van een zure en een basische stof vindt er overdracht van H+-ionen plaats.  --> neutralisatie

Slide 9 - Tekstslide

Zuur-base reacties
EEN ZUUR-BASEREACTIE OPSTELLEN:
Stap 1: Noteer in formuletaal de aanwezige stoffen.
Stap 2: Geef het zuur- en het basedeeltje aan.
Stap 3: Noteer de bijbehorende zuur-basereactievergelijking.
Stap 4: Kijk in de oplosbaarheidstabel om te zien of er nog een                         
                neerslag reactie met de tribune-ionen ontstaat.

  • Zwavelzuur + Natronloog?

Slide 10 - Tekstslide

Titraties
GEHALTE/CONCENTRATIE BEPALEN

Slide 11 - Tekstslide

Titraties
Opgave: 
Met behulp van een titratie kun je bijvoorbeeld het gehalte azijnzuur in azijn bepalen.
Hiertoe laat je het azijnzuur met natronloog reageren.
a) Geef de reactievergelijking die daarbij optreedt. 

Je doet 25 mL azijn in een erlenmeyer. Na toevoeging van 18,6 mL natronloog is het
eindpunt bereikt. Gegeven: 1 mL natronloog komt overeen met 58 mg azijnzuur.
b) Bereken de concentratie azijn in deze erlenmeyer in mg/mL.



 

Slide 12 - Tekstslide

Titraties 
  • Aflezen buret 


Slide 13 - Tekstslide