1.2 Hoe word je beïnvloed?

H1 Hoe welvarend ben jij?
Paragraaf 1.2 Hoe word je beïnvloed?
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1 Hoe welvarend ben jij?
Paragraaf 1.2 Hoe word je beïnvloed?

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten we nog/al?

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 1.1 
  • Primaire behoeften
  • Prioriteiten stellen
  • Schaars
  • Secundaire behoeften
  • Vrije goederen
  • Welvaart
  • Zelfvoorziening 

Slide 3 - Tekstslide

Wat wordt ook wel de basisbehoeften genoemd?
A
Tertiaire behoeften
B
Extra behoeften
C
Primaire behoeften
D
Secundaire behoeften

Slide 4 - Quizvraag

Waarom zijn de meeste goederen schaars?
A
Mensen willen ze niet hebben
B
Ze zijn moeilijk te vinden
C
Ze worden niet geproduceerd
D
Er zijn middelen nodig om ze te maken

Slide 5 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van zelfvoorziening.
A
Zelf je fietsband plakken of een taart bakken.
B
Een nieuwe fiets kopen.
C
Hulp vragen bij het plakken van je fietsband.
D
Een taart laten bezorgen.

Slide 6 - Quizvraag

Je ontvang €350, daarvan moet je 45% inleveren. Hoeveel euro moet je inleveren?

Slide 7 - Open vraag

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe bedrijven proberen je meer te laten kopen.
  • Je kunt verschillende soorten reclame onderscheiden.
  • Je kunt uitleggen dat bedrijven zich op bepaalde groepen klanten richten.
  • Je kunt verschillende soorten merken onderscheiden.
  • Je kunt een percentage berekenen.

Slide 8 - Tekstslide

Marketing
  • Je koopgedrag wordt beïnvloed door mensen in je omgeving, zoals familie of vrienden. Je noemt dit Sociale beïnvloeding
  • Als fabrikanten en winkeliers je proberen over te halen om iets te kopen, is dat commerciële beïnvloeding.
  • Bedrijven doen er alles aan om hun product te verkopen. Dit noem je marketing.

Slide 9 - Tekstslide

Wat is het doel van marketing?
A
Het verkopen van een product
B
Het vergroten van sociale invloed
C
Het ontwikkelen van nieuwe technologie
D
Het beïnvloeden van vrienden en familie

Slide 10 - Quizvraag

Marketingmix (6P's)
De marketingmix bestaat uit de volgende instrumenten:
  • Product
  • Prijs
  • Plaats
  • Promotie
  • Personeel
  • Presentatie

Slide 11 - Tekstslide

Welke 'P' staat voor de fysieke locatie waar het product wordt aangeboden?
A
Product
B
Plaats
C
Prijs
D
Promotie

Slide 12 - Quizvraag

Reclame
Met Reclame wordt je aandacht gevraagd voor een product of boodschap. 
Hierin wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende soorten:
  • Commerciële reclame 
  • Informatieve reclame
  • Merkreclame
  • Ideële reclame

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Wat is reclame?
A
Reclame is het promoten van bedrijven.
B
Reclame is het publiceren van informatie.
C
Reclame is het vragen van aandacht voor een product of boodschap.
D
Reclame is het verkopen van producten.

Slide 15 - Quizvraag

Doelgroep
Bij marketing moet je bepalen voor wie een product of een boodschap bedoeld is.
Dit noem je de doelgroep.

Slide 16 - Tekstslide

Merken
Bij productbeleid spelen merken een grote rol.
Zo zijn er:
  • A-merken
  • B-merken
  • Huismerken

Slide 17 - Tekstslide

Procenten uitrekenen

Slide 18 - Tekstslide

Je hebt een kortingsbon van €30, je koopt voor €125 aan kleding. Hoe procent korting krijg je?

Slide 19 - Open vraag

Je kunt nu
  • Je kunt uitleggen hoe bedrijven proberen je meer te laten kopen.
  • Je kunt verschillende soorten reclame onderscheiden.
  • Je kunt uitleggen dat bedrijven zich op bepaalde groepen klanten richten.
  • Je kunt verschillende soorten merken onderscheiden.
  • Je kunt een percentage berekenen.

Slide 20 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 1.2
  • Commerciële reclame
  • Doelgroep
  • Ideële reclame
  • Informatieve reclame
  • Marketing
  • Marketingmix
  • Merkreclame 

Slide 21 - Tekstslide

Aan het werk!
Maken opdrachten 1.2: 2, 4, 6, 7, 8 10 en 11 
Maken Rekenopdrachten: 6, 8 en 10
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken herhalingsopdrachten 1.2
Veel goed? -> Maken plusopdrachten 1.2

 

timer
25:00

Slide 22 - Tekstslide