Voortplanting en zwangerschap

Voortplanting
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
anatomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Voortplanting

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • 3 secundaire geslachtskenmerken benoemen bij de man en de vrouw.​ 
  • Aangeven welke geslachtshormonen bij de man en de vrouw een rol spelen en een voorbeeld geven​ 
  • Op een plaatje de inwendige geslachtorganen van een man en een vrouw benoemen​ 
  • De 3 fasen van de menstruatie benoemen en uitleggen wat er in die fase gebeurd en welk hormoon een rol speelt​ 
  • Hoeveel dagen is een vrouw vruchtbaar? ​

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

geslachtskenmerken
Tussen mannen en vrouwen bestaan grote verschillen.​
Aan de buitenkant zie je verschillen: de genitalia externa​ 
Aan de binnenkant zijn er verschillen: de genitalia interna.​ 

Soms zijn verschillen al zichtbaar bij de geboorte: primaire ​ 
geslachtskenmerken.​ 
andere verschillen komen pas in de puberteit naar voren : secundaire geslachtskenmerken


 andere verschillen komen pas in de puberteit naar voren : secundaire geslachtskenmerken

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Geslachtshormonen
Dit zijn stoffen die door kliercellen worden aangemaakt en aan het ​ bloed worden afgegeven.​ 

Belangrijkste vrouwelijke hormonen:​
 oestrogeen en progesteron.​
Belangrijkste mannelijke hormoon:​
 testosteron.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de Latijnse naam voor baarmoeder?
A
ovarium
B
vulva
C
uterus
D
cervix

Slide 7 - Quizvraag

Wat bevind zich in de baarmoederhals = cervix ?

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Video

Maak deze vragen
1. Uit welke fasen bestaat de menstruele cyclus?​ 
2. Beschrijf wat er gebeurd in elke fase​
3. Wanneer ben je vruchtbaar als vrouw?​
4. Welke hormonen spelen een rol bij de menstruatie? En wat regelen ze dan?​
5. Welke hormonen spelen een rol bij de vruchtbaarheid van een man?

Slide 10 - Tekstslide

Bevruchting
De rijpe eicel leeft ongeveer 12 dagen na de ​ eisprong. ​ 
Zaadcellen komen in de schede,​  ze overleven ongeveer 24/36 uur​ in het lichaam van de vrouw.​ 
Ze passeren de cervix en bereiken​
de eileider. 
Daar​ kunnen ze een eicel bevruchten.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen
  • 3 secundaire geslachtskenmerken benoemen bij de man en de vrouw.​ 
  • Aangeven welke geslachtshormonen bij de man en de vrouw een rol spelen en een voorbeeld geven​ 
  • Op een plaatje de inwendige geslachtorganen van een man en een vrouw benoemen​ 
  • De 3 fasen van de menstruatie benoemen en uitleggen wat er in die fase gebeurd en welk hormoon een rol speelt​ 
  • Hoeveel dagen is een vrouw vruchtbaar? ​

Slide 13 - Tekstslide

Zwangerschap
Leerdoelen:
Duur zwangerschap en bijbehorende termen a term, prematuur en abortus
Zwangerschap: wat gebeurd er met de vrouw (symptomen en uitleg)
Bevalling: welk hormoon speelt een rol bij de start?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

verschijnselen zwangerschap

Slide 18 - Woordweb

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Welk hormoon zorgt ervoor dat de bevalling start?
A
adrenaline
B
oxytocine
C
prolactine
D
fsh

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Zwangerschap
Leerdoelen:
Duur zwangerschap en bijbehorende termen a term, prematuur en abortus
Zwangerschap: wat gebeurd er met de vrouw (symptomen en uitleg)
Bevalling: welk hormoon speelt een rol bij de start?

Slide 32 - Tekstslide