5.4 Hoeken tekenen & 5.5 Kijklijnen

Hoofdstuk 5
Lijnen en hoeken
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5
Lijnen en hoeken

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Voorkennis
Introductie leerdoelen
Uitleg
Controlle vragen

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis
De leerling weet wat een hoek is.
De leerling kan rechte, scherpe en stompe hoeken benoemen
De leerling kan hoeken meten met behulp van kompasroos (of geodriehoek)
De leerling kan netjes werken.
De leerling kan hoeken meten

Slide 3 - Tekstslide

Introductie leerdoelen
De leerling kan hoeken tekenen met behulp van een kompasroos (of geodriehoek)
De leerling kent de gestrekte en volle hoek en kan deze aanwijzen. 
De leerling weet wat een kijklijn is.
De leerling kan een kijklijn tekenen.
De leerling kan de kijkhoek meten. 

Slide 4 - Tekstslide

Hoeken teken
Als je hoeken gaat tekenen doen we dat altijd in een paar stappen. 
Stap 1: Teken het eerste been van de hoek (maakt niet uit hoe)
Stap 2: leg je kompasroos met de 0 graden over het been.
Stap 3: zet een punt bij het juiste aantal graden.
Stap 4: Teken de tweede been

Slide 5 - Tekstslide

Volle en gestrekte hoeken
Naast de rechte, scherpe en stompe hoek kennen we ook de gestrekte en volle hoek. 

Als jij  je armen naar buiten strekt, dan maken je armen een hoek met elkaar van 180 graden, de gestrekte hoek.

Als je van een been helemaal rond gaat tot je weer bij dat been uitkomt, spreken we van een volle hoek. Deze hoek is 360 graden

Slide 6 - Tekstslide

Oefenen 
Maak van paragraaf 5.4 de vragen 20, 22
- Zorg dat je de uitleg nog een keer bekijkt als je er niet uitkomt.
- Kijk de vragen na. 
- Heb je een aantal fouten? kijk goed naar wat het antwoordenboek doet, kies zelf nog 2 vragen uit om verder te oefenen.
- Ging het goed? Daag jezelf uit met een uitdagende opdracht
timer
1:00

Slide 7 - Tekstslide

Kijklijnen
Als wij ergens heen kijken, dan kijken we in een rechte lijn.
Deze lijn noemen we de kijklijn. Als je wilt weten of je vanaf een bepaalde plek iets kunt zien, kun je daarvoor deze kijklijnen gebruiken. 

Wat kan Sarah vanaf haar plek allemaal zien? 
Ziet zij ook het vogelhuisje?

Slide 8 - Tekstslide

Kijkhoek
De kijkhoek is de hoek tussen 2 kijklijnen. Je ziet hieronder dat de hoek steeds kleiner wordt. Als je die hoek opmeet (Zie                                                                                pargaraaf 5.3) dan weet je wat de                                                                  kijkhoek is. 

                                                                Hoe groter de kijkhoek, hoe                                                                              groter het gebied dat je kunt zien

Slide 9 - Tekstslide

Oefenen 
Maak van paragraaf 5.5 de vragen 28, O31
- Zorg dat je de uitleg nog een keer bekijkt als je er niet uitkomt.
- Kijk de vragen na. 
- Heb je een aantal fouten? kijk goed naar wat het antwoordenboek doet, kies zelf nog 2 vragen uit om verder te oefenen.
- Ging het goed? Daag jezelf uit met een uitdagende opdracht
timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag
Maak paragraaf 5.4 + 5.5

Werk zelfstandig, maar fluisterend mag je hulp vragen

Kijk je werk na als je klaar bent. Wat heb jij anders gedaan dan het antwoordenboek? Is het fout, of nog niet goed?

Slide 11 - Tekstslide