5.5 t/m 5.7

leerdoelen:

Je kunt uitleggen:
-welke twee soorten dieten er zijn
-wat een crashdieet en het jojo effect met elkaar te       maken hebben
-wat lightproducten zijn 
-wat voedingssuplementen zijn
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

leerdoelen:

Je kunt uitleggen:
-welke twee soorten dieten er zijn
-wat een crashdieet en het jojo effect met elkaar te       maken hebben
-wat lightproducten zijn 
-wat voedingssuplementen zijn

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

welke twee soorten dieten zijn er ook alweer?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht
Geef antwoord op de vraag:

Wat hebben een crashdieet en het jojo efect met elkaar te maken?

Slide 5 - Tekstslide

Advies

Werken met mensen
Gezonde voeding
Gezonde leefstijl

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld van
Lightproducten

Slide 8 - Woordweb

Light producten zijn altijd gezond.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Voedingssuplementen

Slide 10 - Woordweb

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht
Bedenk zelf een voedingssuplement wat nog niet bestaat.
Maak een etiket waarop staat:
  • waarvoor je product bedoeld is
  • of het pillen, een drankje of iets anders is
  • waarom zou iemand jou priduct moeten gebruiken?
  • gebruik kleur en wees creatief!              
  • lever hem bij de docent in    



Slide 12 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen:
  • H5 Start met theorie blz 213 t/m 219
Maken/lezen opdracht 5.13 t/m 5.17

  • H5 Start met praktijkopdracht blz 59 t/m 61


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Maak een foto van de opdrachten en zet deze hieronder

Slide 16 - Open vraag

Leg uit wat het woord Obesitas betekent:

Slide 17 - Open vraag

Wanneer kan een energiebeperkt dieet nodig zijn?
A
Als iemand een allergie voor noten heeft
B
Als iemand een te hoge BMI heeft
C
Als iemand een reumatische aandoening heeft
D
Als iemand een te laag lichaamsgewicht heeft

Slide 18 - Quizvraag

Welke soorten broodbeleg komen in aanmerking voor een streng natriumbeperkt dieet?
A
Ei, komkommer, tomaat
B
Hagelslag, kwark, zure haring
C
Garnalen, radijs, rookvlees
D
Rosbief, sandwichspread, wortel

Slide 19 - Quizvraag

Welke voedingsmiddelen zijn het meest geschikt voor een energiebeperkt dieet?
A
Aardappelgratin
B
Gekookte aardappelen
C
Aardappelkroketjes
D
Patates frites

Slide 20 - Quizvraag

Wat kan iemand met een glutenallergie niet eten?
A
Fruit
B
Popcorn
C
Pizza margarita
D
Rijstwafel met zeezout

Slide 21 - Quizvraag

Wat kan iemand met een lactosevrij dieet niet eten?
A
Kokosyoghurt
B
Pasta
C
Volkorenbrood
D
Melk

Slide 22 - Quizvraag

Wat zijn richtlijnen voor een energie- en eiwit verrijkt dieet?
A
Beperk koolhydraatrijke voeding
B
Gebruik voeding met veel vet en eiwit
C
Gebruik dagelijks drie maaltijden en beperk de tussendoortjes
D
Maak gebruik van grote maaltijden

Slide 23 - Quizvraag

Van welke ziekte is dit een kenmerk: ‘Door braken of met laxeermiddelen het overmatig eten wegwerken.’ ?
A
Anorexia
B
Obesitas
C
Boulimia
D
Osteoporose

Slide 24 - Quizvraag

Op welke aandoening heb je een verhoogde kans door obesitas?
A
Bloedarmoede
B
Griep
C
Hart- en vaatziekten
D
Osteoporose

Slide 25 - Quizvraag

Rens heeft een BMI van 20. Wat geeft dit aan?
A
Hij heeft ondergewicht
B
Hij heeft overgewicht
C
Hij heeft een gezond gewicht
D
Hij heeft ernstig overgewicht

Slide 26 - Quizvraag

Op de afbeelding zie je een gedeelte van de kaart van een ijssalon. Wie kan er geen ijshoorn eten?
A
Iemand met een allergie voor noten
B
Iemand met een intolerantie voor noten
C
Iemand met een allergie voor soja
D
Iemand met een intolerantie voor soja

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link