§2 Personages

Personages
fictie/ non-fictie
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Personages
fictie/ non-fictie

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Herhalen wat we vorige les hebben gedaan,
  • Oefenen met het onderdeel "personages" dat je moet kennen voor de toets. 

Slide 2 - Tekstslide

Fictie
Non-fictie
Hoe zat het ook alweer?

Slide 3 - Tekstslide

Vul in. Fictie is......
Non-fictie is:.......

Slide 4 - Open vraag

2 Personages

Alle personen die een rol spelen in een verhaal noem je personages. Het belangrijkste personage, degene over wie het hele verhaal gaat, is de hoofdpersoon. Van hem of haar weet je altijd wat hij denkt en voelt. Veel verhalen hebben één hoofdpersoon, maar er zijn ook verhalen met meerdere hoofdpersonen. De andere personages zijn bijfiguren.

Omdat in verhalen niet alleen wordt beschreven wat personages meemaken, maar ook hoe ze zich voelen, ga je hun gedrag vaak beter begrijpen. Dat noem je inleven.

Slide 5 - Tekstslide

Eén dag. Eén ziekenhuis. Bergen sneeuw. En een beetje bloed. Fitz is woedend. Haar ouders zijn net uit elkaar en het liefst zou ze helemaal niet bestaan. Maar dan raakt haar zusje gewond. In het ziekenhuis ontmoet Fitz een geheimzinnige jongen van vijftien en voordat ze het weet verzint ze een romantisch plan voor een verpleegster, steelt ze gips en wordt ze per ongeluk zelf verliefd. Want je kunt voor altijd in de wachtkamer blijven zitten, maar je kunt ook dapper zijn.
Wat voor een personage is Fitz denk je?
Anna Woltz, Gips

Slide 6 - Tekstslide

Wat voor een meisje is Fitz

Slide 7 - Open vraag

Flaptekst Air time (Marc van Velzen)
Wanneer Sebastiaan op zijn BMX-fiets door de lucht zweeft, is hij helemaal in zijn element. Maar op zijn nieuwe school voelt hij zich veel minder thuis. Jort, de populairste jongen uit de klas, accepteert hem niet en verbiedt iedereen met Sebastiaan om te gaan.
Om te bewijzen dat hij wel meetelt, daagt Sebastiaan Jort uit tot een BMX-wedstrijd. Jorts vriendin Judith zal hun actie filmen en op internet zetten. Wie daarmee de meeste views trekt, heeft gewonnen. Maar de spectaculaire stunt die ze willen uitvoeren op het dak van een oude tramremise, is levensgevaarlijk...



                                                  Marc van Velzen, Air Time

Slide 8 - Tekstslide

Wat voor een jongen is Sebastiaan

Slide 9 - Open vraag


In wie kun je je het beste inleven?
A
Judith
B
Sebastiaan
C
Jort

Slide 10 - Quizvraag


Als je het over iemands karakter hebt, dan heb je het over iemands...
A
Uiterlijk
B
Innerlijk

Slide 11 - Quizvraag

timer
2:00
Karaktereigenschappen

Slide 12 - Woordweb

Slide 13 - Video

Denk terug aan het filmpje over Bo...
1. Welke personages komen in de trailer voor?
2. Wie is de hoofdpersoon?
3. Wat zijn de karaktereigenschappen van de hoofdpersoon?
timer
4:00

Slide 14 - Tekstslide

Wie is de hoofdpersoon in "Vechtmeisje".

Slide 15 - Open vraag

Wie zijn de bijfiguren in "Vechtmeisje"?

Slide 16 - Open vraag

Wat zijn de karaktereigenschappen van de hoofdpersoon?
(noem er minstens twee)

Slide 17 - Open vraag

Wat moet je weten voor de toets?
Paragraaf Fictie non-fictie (blz. 64 t/m blz. 71)
• Wat is fictie?
• Wat is realistische fictie?
• Wat is non-fictie?
Paragraaf Personages (blz. 72 t/m blz. 77)
• Wat zijn personages?
• Wat is de hoofdpersoon?
• Wat zijn bijfiguren?
• Wat betekent “je inleven in een verhaal”?
Verder moet je een aantal korte verhaaltjes lezen en weten welk verhaal fictie/ non fictie is en moet je bij een tekst de hoofdpersoon en bijfiguren kunnen benoemen.




Slide 18 - Tekstslide