v4_w1_VoorkennisStraling
1 / 12
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Waar bestaat een atoomkern uit?
Slide 3 - Open vraag
Welke eigenschappen horen bij alfa-straling?
A
hoog ioniserend vermogen, laag doordringend vermogen
B
laag ioniserend vermogen, hoog doordringend vermogen
C
hoog ioniserend vermogen, hoog doordringend vermogen
D
laag ioniserend vermogen, hoog doordringend vermogen
Slide 4 - Quizvraag
Gamma-straling is elektromagnetische straling en beweegt zich dus met de lichtsnelheid in vacuüm en bestaat uit fotonen.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Bij de witte delen van een röntgenfoto is er sprake van?
A
reflectie van straling
B
radiotherapie
C
transmissie van straling
D
absorptie van straling
Slide 6 - Quizvraag
Welke eigenschappen horen bij beta-min straling?
A
bestaat uit heliumkernen en heeft een laag doordringend vermogen
B
bestaat uit elektronen en heeft een laag doordringend vermogen
C
bestaat uit heliumkernen en heeft een hoog doordringend vermogen
D
bestaat uit elektronen en heeft een hoog doordringend vermogen
Slide 7 - Quizvraag
1. bij bestraling ben je ...
3. inwendig bestralen doen we met ...
2. bij besmetting ben je ...
4. uitwendig bestralen doen we met ...
gamma straling
beta straling
alfa straling
de stralingsbron en dus gevaarlijk voor anderen
de ontvanger van straling en dus gevaarlijk voor anderen
de stralingsbron en dus niet gevaarlijk voor anderen
de ontvanger van straling en dus niet gevaarlijk voor anderen
Slide 8 - Sleepvraag
Polonium-210 vervalt door het uitzenden van alfa-straling. Welke stof ontstaat er? Het atoomnummer van polonium is 84.
A
lood-206
B
bismut-210
C
astaat-210
D
kwik-208
Slide 9 - Quizvraag
Jood-128 vervalt door het uitzenden van beta-min straling. Welk isotoop ontstaat er?
A
antimoon-124
B
jood-127
C
telluur-128
D
xenon-128
Slide 10 - Quizvraag
1. isotoop
2. massagetal
3. atoomnummer
aantal neutronen min aantal protonen
aantal protonen min aantal elektronen
aantal protonen in de kern
totaal aantal kerndeeltjes
aantal neutronen in de kern
stoffen met gelijk aantal neutronen maar verschillend aantal protonen
stoffen met gelijk aantal protonen maar verschillend aantal neutronen
stoffen waarvan het aantal protonen en neutronen in de kern gelijk is
