Bijvoeglijke bepaling h3 grammatica zinsdelen

NEDERLANDS
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

NEDERLANDS

Slide 1 - Tekstslide

Welkom terug 
Wat gaan we vandaag doen?
Hoofdstuk 3 Bijvoeglijke Bepaling 
Hoe?
Even ophalen wat je al weet, dan uitleg en aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel 

 je leert wat een bijvoeglijke bepaling is en hoe je de bijvoeglijke bepaling herkent in een zin

Waarom een rode fiets? Dat kom straks... 

Slide 3 - Tekstslide

Qua zinsdelen benoemen kun je nu benoemen:
Persoonsvorm, onderwerp, werkwoordelijk gezegde en naamwoordelijk gezegde (je weet wel, met dat koppelwerkwoord)

Lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, voorzetsel voorwerp en bijwoordelijke bepaling.
 

Slide 4 - Tekstslide

En dan nu Hst 3
Bijvoeglijke bepaling 

Slide 5 - Tekstslide

Wat doet een  bijvoeglijke bepaling?

  1. ‘Voegt’ extra informatie ‘bij’ een zelfstandig naamwoord
  2. Direct voor of achter zelfstandig naamwoord. 
  3. Hoort wel bij het zinsdeel, kan er niet van worden 'losgetrokken' of worden verplaatst in de zin. 

Hoe herken je een zelfstandig naamwoord ook alweer?????



Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Herkennen bijv. bep. stappen:
  1. Zitten er zelfstandig naamwoorden in de zinsdelen?
  2. Staan daar bijvoeglijke naamwoorden of telwoorden voor (of achter)? 
Zo ja, dat zijn de bijvoeglijke bepalingen 
Let op: er kunnen meerdere bijvoeglijke bepalingen staan bij 1 zelfstandig naamwoord: 
Vijf rode fietsen | stonden | bij het hek.

Slide 8 - Tekstslide

Herkennen bijv. bep. let op
  • Kan ook achter het zelfstandig naamwoord . Dan begint het vaak met voorzetsel.  Bijv. " Ik pas vandaag op de stomme hond van mijn tante."  

  • Soms: bijvoeglijke bepaling in bijvoeglijke bepaling

Mijn oma woont in een flat naast de kathedraal van Parijs.


Slide 9 - Tekstslide

Bijvoeglijke bepalingen geven dus extra informatie bij een zelfstandig naamwoord.
Het hoort wel bij redekundig ontleden, maar geeft geen zinsdeel aan maar een zinsdeelstuk
 

Slide 10 - Tekstslide

Vb. 1 bijvoeglijke bepaling/ bvb
Het nieuwe museum \ werd \door de Dordste burgemeester\ geopend.

nieuwe = bvb bij het zn/ de kern museum (welke/ wat voor museum?)
Dordtse = bvb bij het zn/ de kern burgemeester (welke/ wat voor burgemeester?)

Slide 11 - Tekstslide

Vb. 2 bijvoeglijke bepaling/ bvb
De slimme jongen \is \ lid \ geworden \ bij de beste voetbalclub van ons dorp.

slimme = bvb bij het zn/ de kern jongen (welke/wat voor + jongen?) 
beste = bvb bij het zn/ de kern voetbalclub (welke/wat voor + voetbalclub?)
van ons dorp = bvb bij het zn/ de kern voetbalclub (welke/wat voor + voetbalclub?)

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Maak de volgende opdrachten van H3 grammatica bvb:
  • opdracht 1
  • opdracht 3.1, 3.2 en 3.3
  • opdracht 4 bij obwb mag je een (-) streepje zetten
  • opdracht 8 bij obwb mag je een (-) streepje zetten
Klaar?
  • Werk aan de odprachten die je nog niet af had.
timer
15:00

Slide 13 - Tekstslide