V2 H3 Bvb en obwb

V2 §7 zinsdeelstukken

Leg klaar:
iPad, boek, schrift, etui, wisbordje

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

V2 §7 zinsdeelstukken

Leg klaar:
iPad, boek, schrift, etui, wisbordje

Slide 1 - Tekstslide

Ontleed deze zin:
Die nieuwe lerares Frans bleek al snel een vriendelijke persoon te zijn.

pv = 
ow = 
wg/ng = 
lv = 
mv = 
bwb = 

Slide 2 - Tekstslide

Ontleed deze zin:
Op Koningsdag mag deze leerling uit groep 3 de koningin een prachtig boeket aanbieden.
pv = 
ow = 
wg/ng = 
lv = 
mv = 
bwb = 

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
- Je weet dat een zinsdeelstuk een deel is van een zinsdeel.

- Je weet dat een bijvoeglijke bepaling extra informatie geeft over een zelfstandig naamwoord.

- Je weet dat een ondergeschikte bijwoordelijke bepaling extra informatie geeft over een niet zelfstandig naamwoord.

- Je weet dat een zinsdeelstuk weglaatbaar is en 'overbodige' info geeft.


Slide 4 - Tekstslide

Zinsdelen en zinsdeelstukken
- Gezegde (WG of NG)
- Onderwerp
- Lijdend voorwerp
- Meewerkend voorwerp
- Bijwoordelijke bepaling
- Voorzetselvoorwerp
----------------------------------
- Bijvoeglijke bepaling (bvb)
- Ondergeschikte bijwoordelijke (obwb)
- Bijstelling (bijst)
bepaling (obwb)

Zinsdelen
Zinsdeelstukken

Slide 5 - Tekstslide

De bijvoeglijke bepaling (bvb)
  • Is een deel van een zinsdeel.
  • Zegt iets over het belangrijkste zelfstandig naamwoord in een zinsdeel (de kern).
  • Kan voor of achter dat zelfstandig naamwoord staan.
  • Vraag: welk/wat voor + het zelfstandige naamwoord?


Let op:
De kern is het belangrijkste woord van het zinsdeel, de bvb's zou je weg kunnen laten, de kern kun je niet weglaten.

Slide 6 - Tekstslide

Vb. 1 bijvoeglijke bepaling (bvb)
Het nieuwe museum \ werd \door de Dordtse burgemeester\ geopend.

De kernen zijn: museum en burgemeester. Die kun je NIET weglaten uit de zin. Kijk maar:
  • Geen kernen       : Het nieuwe \ werd \door de Dordtse \ geopend.
  • Wel kernen          : Het museum \ werd \door de burgemeester\ geopend.
  • bijv. bep. = nieuwe bij museum 
  • bijv.bep = Dordtse bij burgemeester 

Slide 7 - Tekstslide

Nu jij!
De slimme jongen is lid geworden bij de beste voetbalclub van ons dorp.

Stappenplan zinsdeelstuk bijvoeglijke bepaling:
1) Verdeel de zin in zinsdelen
2) Bepaal per zinsdeel de kern (het belangrijkste zn) (wat kun je niet weglaten?  > kernen)
3) Is er een woord dat iets zegt over deze kern?

Slide 8 - Tekstslide

De slimme jongen \is \ lid \ geworden \ bij de beste voetbalclub van ons dorp.

 

>> De kernen kun je niet uit de zin weglaten, de bijv.bep. wel!
bijv.bep = slimme bij jongen (zn)
bijv.bep = beste bij voetbalclub (zn)
bijv.bep = van ons dorp bij voetbalclub (zn)
Let op: dorp is geen kern, dat is voetbalclub al.
De jongen is lid geworden bij de voetbalclub.

Slide 9 - Tekstslide

bijv.bep. kort samengevat:
  • Zegt iets over het belangrijkste zelfstandige naamwoord van een zinsdeel.
  • Het staat voor of achter de kern (het zn).
  • Je kunt het weglaten uit het zinsdeel (de kern niet)
  • Vraag: welk/wat voor + het zelfstandige naamwoord?

Slide 10 - Tekstslide

Noteer wat je nog weet over de bvb op je wisbordje

  • Zegt iets over het belangrijkste zelfstandige naamwoord van een zinsdeel.
  • Het staat voor of achter de kern (het zn).
  • Je kunt het weglaten uit het zinsdeel (de kern niet)

Slide 11 - Tekstslide

Ontleed deze zin:
Die mooie bloemen bleken snel verdord te zijn.

pv = 
ow = 
wg/ng = 
lv = 
mv = 
bwb = 

Slide 12 - Tekstslide

Benoem ook de bvb('s):
Die mooie bloemen bleken snel behoorlijk verdord te zijn.

bvb =  .....                          bij        .........
bvb =   .....                         bij        .........

Slide 13 - Tekstslide

Nu over naar: 


De ondergeschikte bijwoordelijke bepaling

(obwb)

Slide 14 - Tekstslide

OBWB
  • Betekent: ondergeschikte bijwoordelijke bepaling
  • Is net als bvb een zinsdeelstuk.
  • Zegt iets over een kern die een niet-zelfstandig naamwoord is.  
  • Kan voor of achter een niet-zn staan.
  • Kan ook in een bvb zitten, kijk maar: een heel lekker (niet-zn) ijsje (zn)


 

Slide 15 - Tekstslide

Vb. OBWB
De nieuwe sommen vind ik heel erg moeilijk.

1) Verdeel de zin in zinsdelen.
2) Onderstreep de kern(en) (zn of niet-zn)
3) Noteer de bvb('s) (bij zn)
4) Noteer de obwb('s) (bij niet-zn) in alle zinsdelen.

-> Vul in:
bvb= .                .. bij ...                      bvb = ...              bij  ...

obwb= ...             bij  ...

Slide 16 - Tekstslide

Vb. ondergeschikte bijwoordelijke bepaling/ obwb
De nieuwe docent helpt  graag bij de erg lastige sommen.



1) Verdeel de zin in zinsdelen.
2) Onderstreep de kern(en) (zn of niet-zn)
3) Noteer de bvb('s) (bij zn)
4) Noteer de obwb('s) (bij niet-zn) in alle zinsdelen.

-> Vul in:
bvb = ... bij ...                                         bvb = ... bij ...

obwb = ... bij ... 
                                             

Slide 17 - Tekstslide

Nu jij op je iPad: obwb en bvb
De zeer ingewikkelde opdrachten van gisteren vonden de leerlingen van de tweede klas heel erg interessant.

   
1) Verdeel de zin in zinsdelen.
2) Onderstreep de kern(en) (zn of niet-zn)
3) Noteer de bvb('s) (bij zn)
4) Noteer de obwb('s) (bij niet-zn) in alle zinsdelen.
-> Vul in:
bvb = ...                 bij  ...                         obwb = ....                    bij .... 
bvb = ...                 bij ...                          obwb = ....                    bij ....
bvb = ...                 bij ...                          obwb = ....                    bij ....


 

Slide 18 - Tekstslide

Vb. obwb en bvb
De zeer ingewikkelde opdrachten van gisteren| vonden | de leerlingen van de tweede klas | heel erg interessant.

zeer ingewikkelde is bvb bij opdrachten (=zn)
van gisteren is bvb bij opdrachten (=zn)
van de tweede klas is bvb bij leerlingen (=zn)

zeer is obwb bij ingewikkelde (= niet-zn)
heel erg is obwb bij interessant (=niet-zn)
heel is obwb bij erg (niet-zn) > let op: soms zit er dus een obwb in een bvb of obwb!



Slide 19 - Tekstslide

Stappenplan obwb en bvb
1) Plaats zinsdeelstreepjes.
2) Benoem alle zinsdelen (pv t/m vv)
3) Onderstreep de kernen in de zinsdelen
4a) kern =  zn? > bvb               Er kunnen er meer in een zin staan.
4b) kern = niet-zn? > obwb  Er kunnen er meer in een zinsdeel en/ of zin staan.


5) Noteer de bvb en obwb als volgt. Voorbeeldzin: Ik /woon/ in een heel mooi huis
heel mooi = bvb bij huis
heel = obwb bij mooi (een obwb kan in een bvb staan!)

Let op: lidwoorden (een), voornaamwoorden (die, haar), telwoorden (drie) en voorzetsels aan het begin van een zinsdeel (bij, voor) zijn GEEN bijvoeglijke bepaling.

Slide 20 - Tekstslide

Let op:
lidwoorden (een), voornaamwoorden (die, haar), telwoorden (drie) en voorzetsels aan het begin van een zinsdeel (bij, voor) zijn GEEN bijvoeglijke bepaling.

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag!

  • Maak de online planning grammatica 
  • Huiswerk voor as. dinsdag

Kinderen die het huiswerk niet af hadden, maken het voor morgen af


Slide 22 - Tekstslide