WEBB 26.3

Welkom
5 havo BEDRIJFSECONOMIE||  2022-2023
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
5 havo BEDRIJFSECONOMIE||  2022-2023

Slide 1 - Tekstslide

Programma

  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt de doelstellingen van voorcalculatie en nacalculatie noemen

Je kunt de begrote winst bij een winstopslagmethode berekenen

Slide 3 - Tekstslide

Jan koopt laptops in voor € 830,-. Hij hanteert een winstopslag van 35% van de inkoopprijs. Bereken zijn verkoopprijs.
A
290,50
B
865,00
C
1.120,50
D
1.250,50

Slide 4 - Quizvraag

De kostprijs is € 240,-
Winstopslag is 40% van de verkoopprijs.
Hoeveel is de verkoopprijs?
A
€ 96,-
B
€ 336,-
C
€ 400

Slide 5 - Quizvraag

26.3 Begrote winst
  • Begrote winst = voorcalculatorische winst, de winst die je verwacht te realiseren in een toekomstige periode.
  • Na afloop van de begrotingsperiode stel je de werkelijke winstopstelling op. 
  • Met de verschillenanalyse geef je inzicht in de verschillen tussen je begroting en de werkelijkheid

Slide 6 - Tekstslide

Begrote of werkelijke winst
Winst
Begroting: winst die wordt verwacht => "verwachte", "begrote" of "voorcalculatorische" (van tevoren berekend) winst.

Realisatie: winst die werkelijk behaald is => "werkelijke", "gerealiseerde" of nacalculatorische" (achteraf berekend) winst.

Slide 7 - Tekstslide

26.3 Begrote winst
Berekenen met
Omzet (opbrengsten) 
Inkoopwaarde van de omzet -
Brutowinst 
Overige (bedrijfs-)kosten        -       
Nettowinst    

Slide 8 - Tekstslide

26.3 Financieringsresultaat 
Als het financieringsresultaat apart wordt weergegeven dan maken de rente-ontvangsten geen onderdeel uit van de opbrengsten en zijn de rentekosten geen onderdeel van de overige (bedrijfs-)kosten.

De rente-ontvangsten en -kosten worden apart weergegeven. Het verschil tussen de rente-ontvangsten en -kosten is het financieringsresultaat. 

Zie uitwerking opgave 26.9 

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag!
26.8 t/m 26.10

Slide 10 - Tekstslide