Rode Lijst soorten
1 / 27
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Rode Lijst-soorten
Slide 4 - Woordweb
Wat staat er in de Omgevingswet over Rode Lijst-soorten?
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Casus Winterverblijf Dagpauwoog
Hoeven we niks mee te doen
Meenemen in de vergunning
EWP
Dagpauwoog is geen Rode Lijst-soort
Slide 7 - Poll
Wat zou jij adviseren als je deze situatie zelf had?
Slide 8 - Open vraag
Casus zeer groot gebied Rode Lijst-soorten
Alles meenemen
Hoeven we niks mee
Alleen doen wat echt van toepassing is
Gelijk in een EWP opnemen
Eerst overleggen met opdrachtgever
Slide 9 - Poll
Wat zou jij adviseren als je deze situatie zelf had?
Slide 10 - Open vraag
1. Welke soortgroepen staan opgenomen in een Rode Lijst?
A
Kokerjuffers
B
Haften
C
Zweefvliegen
D
Alle bovenstaande soortgroepen
Slide 11 - Quizvraag
2. Hoeveel van de zeven reptielen en van de zestien amfibieën staan op de Rode Lijst?
A
3 reptielen, 5 amfibieën
B
5 reptielen, 7 amfibieën
C
6 reptielen, 8 amfibieën
D
4 reptielen, 9 amfibieën
Slide 12 - Quizvraag
3. Vorig jaar is de nieuwe lijst van de amfibieën en reptielen verschenen. Eén van de reptielen die in Nederland voorkomt heeft vooruitgang geboekt. Destijds leefden er minder dan honderden exemplaren in Nederland. Dankzij het herstel van leefgebied én door opwarming van het klimaat is de populatie bijna vertienvoudig in aantallen.
Slide 13 - Open vraag
4. In welk besluit van de nieuwe Omgevingswet staat opgenomen dat provincies verantwoordelijk zijn voor het nemen van de nodige maatregelen voor het behoud of het herstel van Rode Lijst-soorten -> art. 3.57, lid 1 onder c van het …..
A
Besluit kwantiteit leefomgeving
B
Besluit flora- en fauna activiteit
C
Besluit kwaliteit leefomgeving
D
Besluit activiteiten leefomgeving
Slide 14 - Quizvraag
5. Vier foto’s van insectengroepen. Welke van de vier zijn de haften?
A
B
C
D
Slide 15 - Quizvraag
6. Zweefvliegen zijn belangrijke bestuivers en er is recent voor het eerst een Rode Lijst voor deze groep in Nederland opgesteld. Waarom worden zweefvliegen vaak als indicatorsoort ingezet binnen natuuronderzoek?
A
Omdat hun opvallende uiterlijk en gedrag het bepalen van soorten relatief eenvoudig maakt, wat betrouwbare monitoring mogelijk maakt
B
Omdat hun larven in diverse ecosystemen verschillende ecologische rollen vervullen, waardoor hun aanwezigheid inzicht geeft in habitatkwaliteit
C
Omdat zweefvliegen een sterke voorkeur hebben voor specifieke nectarbronnen
D
Omdat zweefvliegen in grote aantallen voorkomen en daardoor altijd representatief zijn voor de bestuiversgemeenschap
Slide 16 - Quizvraag
7. Het gentiaanblauwtje, een bedreigde vlinder van natte heide en schraallanden, heeft een complexe levenscyclus. De jonge rupsen ontwikkelen zich op de klokjesgentiaan, een zeldzame plant. Wat maakt hun levenswijze nog complexer?
A
De rupsen eten de wortels van de klokjesgentiaan, en leven daarom bijna dit hele stadium ondergronds.
B
De rupsen gebruiken trucjes om steekmieren te misleiden, waardoor de steekmier de rups ziet als hun eigen larve en meeneemt naar hun nest.
C
De vlinders zetten hun eitjes af doormiddel van een dansritueel, waarbij ze eerst een paar keer rondom de waardplant heenvliegen en met de pootjes tegen elkaar aantikken voor een ritmisch geluid.
Slide 17 - Quizvraag
8. Na een dieptepunt in de jaren 80 en 90 zijn zeldzame amfibieën als de boomkikker, knoflookpad en geelbuikvuurpad bezig aan de comeback. Welk amfibie vertoont op land een bijzondere afweerhouding, de zogenaamde ‘Unkenreflex’, waarbij de rug hol en de pootjes omhoog worden getrokken.
A
Rugstreeppad
B
Knoflookpad
C
Geelbuikvuurpad
D
Gewone pad
Slide 18 - Quizvraag
9. Er is één insectenorde in Nederland waarvan de gevleugelde insecten nog een keer vervellen. Welke orde is dit?
A
Tweestaarten
B
Springstaarten
C
Haften
D
Elzen- of slijkvliegen
Slide 19 - Quizvraag
10. Ook de rivierprik staat op de Rode Lijst. Dit zijn oeroude dieren die al zeshonderd miljoen jaar leven. Welke stelling over dit dier niet correct?
A
De rivierprik is blind tijdens de larvestadium.
B
De rivierprik parasiteert op vissen.
C
De rivierprik heeft kaken.
D
De rivierprik sterft na de voortplanting.
Slide 20 - Quizvraag
11. Welke stelling is waar...
A
De eikelmuis is een muis.
B
De eikelmuis was een lekkernij voor de Romeinen.
C
De eikelmuis is overdag actief.
D
De eikelmuis maakt holen in de grond.
Slide 21 - Quizvraag
12. Welke soort is dit?
A
Havik
B
Sperwer
C
Buizerd
D
Wespendief
Slide 22 - Quizvraag
13. In het verleden werden dode dieren vaak snel opgeruimd uit bossen en natuurgebieden. Sinds het begin van de 21e eeuw komt daar verandering in, kadavers zijn een belangrijke schakel in de natuurlijke kringlopen. Welke dagvlinder komt ook af op kadavers met rottend vlees?
A
Koningspage
B
Grote weerschijnvlinder
C
Kleine ijsvogelvlinder
D
Argusvlinder
Slide 23 - Quizvraag
14. Voor de rekenaars: op de Rode Lijst van bedreigde korstmossen staan veel soorten in een hogere bedreigingscategorie dan in de oude. Van de 726 soorten staan er nu 385 op de Rode Lijst. Hoeveel procent is dat?
A
51%
B
48%
C
53%
D
58%
Slide 24 - Quizvraag
15. Ook kokerjuffers hebben een Rode Lijst. Van welke insectenorde zijn kokerjuffers de larven?
A
Schietmotten
B
Slijkvliegen
C
Haften
D
Stofluizen
Slide 25 - Quizvraag
Moeten we nog iets Sweco-breed doen met de Rode Lijst soorten en specifieke zorgplicht?
Ja, protocol opstellen
Ja, standaarden aanpassen
Niet perse tenzij er hulpvraag is
Nee wachten op de provincies
Nee gewoon zo doorgaan
Slide 26 - Poll
Opmerkingen m.b.t. de Rode Lijst soorten of specifieke zorgplicht
