Les 3: Sparen

Geld
GELD
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapsonderwijsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Geld
GELD

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spaar jij ergens voor? Zo ja, waarvoor?

Slide 2 - Open vraag

Introductie / vraag
Heb jij een spaarrekening?
Ja
Nee

Slide 3 - Poll

Vraag: Weten ze daar ook al wat over?
Aan het einde van de les
- Weet ik waarom mensen sparen
- Weet ik hoe ik moet bereken hoe lang ik voor iets moet sparen
- Weet ik wat een kasboek is
- Weet ik wat rente is
- Weet ik hoe ik extra spaargeld kan krijgen
- Weet ik hoe ik geld moet besparen

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg doelen
Sparen
- Geld op rekening zetten
- Niet dezelfde rekening als waar je mee betaald
- Spaarpot
- Duurt langer
- Kasboek bijhouden

Slide 5 - Tekstslide

Als je geld wil sparen moet je het op een rekening zetten. Dat is niet dezelfde rekening als waar je pinpas aan verbonden zit. Een andere manier (misschien makkelijkere) manier om te sparen is met een spaarpot. Zo is het moeilijker om geld te gebruiken waar je mee spaart. Dat kan handig zijn als je vaak onnodige dingen koopt. Wat ook handig is bij sparen is een kasboek bijhouden.
Kasboek
- Inkomsten en uitgaven bijhouden

Slide 6 - Tekstslide

We gaan het nu hebben over het kasboek. Dit is een overzicht waarin alles staat wat je met je geld hebt gedaan. Uitgaven, inkomsten en een berekening met hoeveel geld je over houdt. Dit is erg belangrijk want op deze manier kan je goed berekenen of je moet sparen, en zo ja weet je hoeveel je moet sparen. 
Tom spaart voor een playstation 5, deze kost €550. Hij krijgt €10 zakgeld per maand. Hij heeft ook een baantje, daar krijgt hij €50 per maand. Hij geeft elke maand €5 uit aan snoep maar verder niks. Hoe lang moet Tom sparen voordat hij de Playstation kan kopen?

Som:
10+50-5 = geld dat hij elke maand overhoud
550 : bedrag wat hij overhoud = Aantal maanden

Slide 7 - Open vraag

We gaan nu een lastige berekening maken. Lees het verhaaltje voor en leg de som uit. Leg ook uit hoe het komt dat je moet delen (keer de som om: hoeveel keer moet je het maandelijkse geld sparen om de playstation te kopen?) Help de leerlingen hierbij.
Waarom sparen we?

- Voor de zekerheid
- Voor een doel
- Voor de rente

Slide 8 - Tekstslide

Waarom is het handig om te sparen?
- Voor de zekerheid: Misschien gaat je mobiel wel kapot en moet je een nieuwe kopen. Fijn als je dat geld ook hebt.

- Voor een doel: Ik wil graag een nieuwe fiets kopen. Maar die is heel duur en kan ik niet in een keer kopen.

- Voor rente: Banken geven je ook een klein beetje extra geld als je spaart? Waarom? Daar komen we de volgende dia's op terug.
Als banken geld nodig hebben halen ze het van de spaarrekeningen van gewone mensen af.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Dat is waar. Banken krijgen op meerdere manier geld. En een van die manieren is van spaarrekeningen. Geen zorgen, dit geld blijf je nog wel gewoon te goed houden en je ziet het er ook niet van je rekening af gaan. Je krijgt er dus juist geld voor terug. Als je dit liever niet hebt moet je op een andere manier sparen.
Waar gebruiken de banken dat geld voor?

Slide 10 - Open vraag

Sponsoren van sportclubs, aandelen, leningen, zorgen dat er genoeg geld in de bank blijft en betaling personeel.
Rente
- Banken geven ook geld uit
- Gebruiken geld op spaarrekening
- Als bedankje krijg je een beetje extra
- Alleen als het geld een jaar op de rekening staat

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spaargeld krijgen

- Klusjes
- Spaarpot maken
- Verjaardagsgeld bewaren
- Op rekening zetten

Slide 12 - Tekstslide

Op deze manier kan je geld op je spaar rekening/in de spaarpot krijgen.
Geld besparen
- Minder op reclames letten
- Goedkopere dingen kopen (Huismerk/tweedehands)
- Heb je het echt nodig?
- Sparen

Slide 13 - Tekstslide

Zo kan je geld besparen
Aan de slag
- Maak het werkblad (helemaal).
- Klaar? Maak het werk van vorige week af.
- Daar ook mee klaar? Steek je hand op voor een extra opdracht.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies