Internationale veranderingen binnen de architectuur

Internationale veranderingen binnen de architectuur
Les 4 - Havo 5
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
ArtSecondary Education

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Internationale veranderingen binnen de architectuur
Les 4 - Havo 5

Slide 1 - Tekstslide

Bauhaus
Belangrijke internationale veranderingen binnen de architectuur vonden plaats in de eerste helft van de 20e eeuw, onder meer onder invloed van het Bauhaus.

Slide 2 - Tekstslide

Wat was Bauhaus ook alweer?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Ennis House
Ennis House in Los Angeles (VS) is een ontwerp van Frank Lloyd Wright (VS 1867-1959). Voor het eerst is een woonhuis uit betonblokken opgebouwd, maar Wright weet er een decoratief materiaal van te maken. Hij gebruikt de blokken voor pilaren, open haarden en voor raamlijsten. Met de stapeling van eigenlijk zeer saaie geometrische blokken, creëert Wright een tactiel oppervlak. De Maya- inspiratie is overduidelijk. Ten tijde van het bouwen van Ennis House was er een ware Maya-revival gaande in de moderne architectuur. Met name de artistieke motieven en speelse decoratieve elementen van de Mayacultuur worden in de Moderne architectuur verwerkt.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Carlos Mérida
Carlos Mérida (Guatemala, 1891-1984), verblijft als jonge man enige tijd in Parijs voordat hij zich in Mexico vestigt. Daar raakt hij betrokken bij de Muralisten en wordt hij assistent van Diego Rivera. Mérida combineert het Europese modernisme met typisch Zuid-Amerikaanse onderwerpen, en vanaf 1950 werkt hij in de pure geometrische stijl.  Het werk “Amor de Tres” uit 1977 is een mooi voorbeeld hiervan. Het laat de verbondenheid aan constructivistische en kubistische tradities zien.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Centraal-Amerika
In de jaren '40 en '50 gaan kunstenaars in Midden-Amerika moderne vormen toepassen, zoals Carlos Mérida. Lange dictaturen hebben de culturele ontwikkelingen in de regio beïnvloed.

De politieke dictaturen en de guerrilla’s zorgen voor een ongunstige situatie voor de ontwikkeling van kunst. Een ander belangrijk historisch punt is het koloniale verleden door de onderdrukking van Spanje, Portugal en de Verenigde Staten.

Slide 9 - Tekstslide

Guatemala
 Na de recessie eind jaren '40 neemt de productie van de architectuur tussen '50 en '68 toe; er worden ruimtelijke alternatieven bedacht voor de nieuwe wensen van de gemeenschap. Na de Spaanse dakpannen komen er betonnen platte daken, zoals Civic Centre van Carlos Mérida.
We zien een integratie tussen kunst en architectuur. Dit concept vinden we terug bij de architectuur van de Maya’s. Maya’s decoreerden hun gebouwen geheel met reliëfs, hiëroglyfen en/of afbeeldingen. Maar het decoreren had bij de Maya’s een doel: alles voegde iets toe aan de betekenis van het gehele kunstwerk.

Slide 10 - Tekstslide

Waar denk je aan bij moderne architectuur?

Slide 11 - Open vraag

Nieuwe Vormen
Frank Lloyd Wright, Le Corbusier en Alvar Aalto introduceren nieuwe elementen die recht tegen de “oude”, strenge, geometrische uitgangspunten van het modernisme in gaan. De vormen worden levendiger. Elke architect past volgens eigen inzicht een andere vormentaal toe die wat complexer en moeilijker is dan daarvoor. In dezelfde periode ontstaan er mooie voorbeelden van organische vormen die moeten passen bij de functie van het gebouw.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Brazilië
Oscar Niemeyer (Brazilië,1907) is één van de belangrijkste architecten binnen de moderne architectuur. Hij is een pionier in het gebruiken van de mogelijkheden van het gewapend beton. Hoewel hij een aanhanger is van het functionalisme heeft zijn oeuvre niet de kille en blokkige uitstraling die door de postmodernisten zo werd bekritiseerd. Door de dynamische vormen en sensuele rondingen van zijn gebouwen wordt Niemeyer soms eerder een beeldhouwer genoemd dan een architect.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Brasilia
Niemeyer werd in 1956 gevraagd om een nieuwe hoofdstad te creëren in het onbewoonde deel van Midden-Brazilië. Het zou de hoofdstad Brasilia worden. De bouw van Brasilia was een monumentale campagne om een gehele stad in een keer te bouwen. Niemeyer maakte hiervan gebruik om de modernistische ideeën praktisch vorm te geven: straten zonder kruisingen, gebouwen die op pilaren boven de grond zweven zodat de ruimte onder het gebouw als openbare ruimte kan worden benut en integratie van de stad met de natuur.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Curaçao
ir. , architect en medeoprichter van PLAN'D2 geeft aan dat invloeden van buitenaf, beschikbaarheid van materialen en klimaat het belangrijkst zijn in de bouw. Maar is het eigenlijk een probleem dat architectuur beïnvloed wordt?
Het is altijd al zo.
In Module 3 ging het over de moderne architectuur op Curaçao van voor WO II. De Art Deco-stijl van de jaren '30, architecten die vanuit Nederland gezonden werden om hier overheidsgebouwen te plaatsen. Ook in de jaren '50 komen er nog architecten uit Nederland die voor Shell, DOW of de overheid gebouwen ontwerpen. Uit de jaren '50 zijn onder meer het Peter Stuyvesant College, door De Vries (1954) en de waterreservoirs van Van Stuivenberg (1950).

Slide 18 - Tekstslide

Rietveld op Curaçao
In 1949 maakt Gerrit Rietveld een schetsontwerp voor het Mgr. Verrietinstituut. Rietveld houdt rekening met een aantal elementen. Voor de schaduw moet het een enorm rieten dak krijgen met een aantal kolommetjes, twee grote lichtgaten en opvang voor regenwater. De vloer moet de mogelijkheid bieden aan de kinderen om te kunnen kruipen, lopen. spelen, leren en werken. Het geheel moet open blijven. In verband met het kleine bouwbudget worden niet alle wensen van Rietveld uitgevoerd.

Slide 19 - Tekstslide

Kees Abspoel
Kees Abspoel (Nederland, 1899-1970) behoorde tot een modernistische architectengroep. Hij was jarenlang huisarchitect van Shell. Zo heeft hij, behalve op Curaçao, grote projecten gedaan in de moderne, snel groeiende wereldstad Rotterdam.

Abspoel ontwierp het hoofdgebouw van destijds nog CPM in 1949. Het hoofdgebouw doet sterk denken aan gebouwen die Nederlandse architecten in de andere kolonie, Indonesië, bouwden. Deze gebouwen waren goed aangepast aan het tropische klimaat met grote dakoverstekken en verhogingen voor de ventilatie en het daglicht. Deze gebouwen waren de grootste op het eiland en hadden grote impact op de architectonische scene.

Slide 20 - Tekstslide

Veel bouwkundigen en architecten waren tijdelijk op Curaçao. Anderen werkten bij DOW en startten daarna een eigen bureau, zoals Cees Bakker, Ben Smit en Henk Nolte: architecten van een nieuwe generatie. De constructies van Smit behoren tot het nieuwe bouwen ofwel het functionalisme. De Braziliaanse School met haar tropisch modernisme in Latijns-Amerika heeft als inspiratie gediend.

Henk Nolte mocht met Theo Rietveld aan het Verrietinstituut  werken. Nolte nam de uitwerking van het ontwerp en de verdere bouwbereiding op zich. Nolte heeft verder een aantal politieposten ontworpen (o.a. Rio Canario). Hij werkte met Anko van der Woude aan het interieur van het Maritiem Museum.

Slide 21 - Tekstslide

Architectuur van nu
Carlos Weeber (Nederland, 1937) groeide op op Curaçao, studeerde bouwkunde in Nederland en won de Prix de Rome voor Architectuur met een plan voor een nieuw Centraal Station in Amsterdam. Hij was ruim 30 jaar hoogleraar aan de TU Delft en architect. Weeber staat bekend als fel tegenstander van de zogeheten nieuwe truttigheid in de Nederlandse architectuur; kleinschalige woningbouw van het einde van de jaren '70, met  woonerven. Als tegenreactie ontwierp hij enkele kolossale gebouwen.

In 1997 lanceerde hij het begrip "Het Wilde Wonen" als protest. In 2005 komt hij terug naar Curaçao waar hij een huis voor zichzelf heeft ontworpen en maakt zich sterk voor klimaatbewust bouwen.

Slide 22 - Tekstslide

 In 2010 krijgt Willy Juliana de Debrot Architectuurprijs. Eens in de zes jaar wordt de Debrotprijs aan een architect uitgereikt. Juliana markeert een nieuw begin voor erkenning van Curaçaose architecten, hij is hier opgeleid.

Juliana’s ontwerpen zijn stuk voor stuk experimenten op zoek naar een lokaaltypische architectuur, een eigen architectuur voor Curaçao. Zij ademen vernieuwing. Veel van zijn ontwerpen hebben daarom een ongewone uitdrukking die verrast en soms shockeert, zoals een van zijn woonhuizen in Kas Grandi die door zijn eigenzinnigheid en opvallende vorm bekend staat als "the bug".
Als directeur van de Stichting Onderhoud Scholen geeft hij bestaande scholen weer een toekomst door inventieve kleinschalige ingrepen aan de infrastructuur.

Slide 23 - Tekstslide

Ook voor Ronny Lobo (Curaçao, 1954) spelen het klimaat en de topografie een rol in zijn werk. Lobo studeerde aan de TU Delft. Bij Lobo gaat het om locatiebewust ontwerpen. De karakteristieken van de cultuur en het land leveren als vanzelfsprekend een eigen, Caribische architectuur op. Tachtig procent van Curaçao bestaat uit hellend terrein. Als architect heb je hier bij het ontwerpen vrijwel altijd met hellingen te maken. Openheid en geslotenheid spelen ook een rol in Lobo’s bouwen. Gebouwen zijn vaak te open of te gesloten en niet afgestemd op de wensen en behoeften van de gebruiker. Op bepaalde momenten van de dag wil je je huis helemaal open kunnen zetten, bijvoorbeeld om te genieten van het mooie uitzicht. Op andere momenten wil je dat juist misschien weer niet.

Slide 24 - Tekstslide