8.4 Bronnen: het Amazonegebied

8.4 Bronnen
Het Amazonegebied

Les 1
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

8.4 Bronnen
Het Amazonegebied

Les 1

Slide 1 - Tekstslide

8.4 planning
  • vragen / terugblik §8.3
  • aantekening / opdracht §8.4
  • uitleg §8.4
  • nakijken §8.3 / maken §8.4
  • afsluitende opdracht > placemat

Slide 2 - Tekstslide


Wat is regionale ongelijkheid?
A
Iedereen verdient evenveel
B
Verschillen in neerslag over een bepaald gebied
C
Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied
D
Ik weet het antwoord niet

Slide 3 - Quizvraag

Sociale ongelijkheid is
A
Groot verschil in arm en rijk tussen mensen
B
Verschillen in afkomst
C
Verschillende bevolkingsgroepen leven door elkaar
D
Verschillende bevolkingsgroepen leven gescheiden

Slide 4 - Quizvraag

Wat is geen gevolg van globalisering?
A
De wereldhandel groeit.
B
Het is aantrekkelijk om in lagelonenlanden te produceren.
C
Je bent snel op de hoogte van wereldnieuws.
D
Westerse ideeën worden over de wereld verspreid.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een kenmerk van een BRIC-land
A
Snel groeiende economie
B
Steeds groter worden primaire sector (= landbouwsector)
C
BRIC-landen zijn landen die nu het rijkst zijn.
D
Binnen een BRIC-land is er geen regionale ongelijkheid.

Slide 6 - Quizvraag

8.4 Bronnen: Het Amazonegebied
leerdoelen:

  • wat de kenmerken zijn van het Amazonegebied
  • wat de gevolgen zijn van de economische ontwikkeling van Brazilië voor het Amazonegebied en zijn bewoners
  • wie het regenwoud wil ontwikkelen en wie het wil beschermen en waarom
  • welke rol Nederland en jij spelen bij de ontwikkeling van het Amazonegebied

Slide 7 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:

Slide 8 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:


1. breedteligging:

Slide 9 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:


1. breedteligging
2. klimaat

Slide 10 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:


1. breedteligging
2. klimaat:
3. biodiversiteit:

Slide 11 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:


1. breedteligging
2. klimaat:
3. biodiversiteit:
4. regionale ongelijkheid:

Slide 12 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:


1. breedteligging
2. klimaat:
3. biodiversiteit:
4. regionale ongelijkheid:
5. sociale ongelijkheid:

Slide 13 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:


1. breedteligging
2. klimaat:
3. biodiversiteit:
4. regionale ongelijkheid:
5. sociale ongelijkheid:
6. ontwikkeling menselijk gebruik:

Slide 14 - Tekstslide

Tropisch regenwoud is een
Kenmerken tropisch regenwoud:
  • Tropisch = 23,5º NB en 23,5º ZB (tropen)
  • Warm en heel vochtig klimaat
  • Veel biodiversiteit , etages van bomen. Veel zeldzame soorten
  • Relatief onderontwikkeld (weinig mensen, weinig geld)
  • Hoge sociale ongelijkheid (inheemse bevolking vs. grootgrondbezitters)
  • Toenemende menselijke invloed (veevoer, veeteelt)

Slide 15 - Tekstslide

Waarom ligt het tropisch regenwoud daar?

Slide 16 - Tekstslide

Bij de evenaar is het warmer omdat ... 
1) Op de evenaar vallen de zonnestralen loodrecht in. Dit geeft meer warmte dan schuine zonnestralen zoals bij de polen. Bij de polen moet met dezelfde zonne-energie een groter gebied verwarmd worden.
2) Bij de evenaar leggen de zonnestralen een kortere weg af door de dampkring. Schuine stralen moeten een langere weg afleggen door de dampkring en komen onderweg meer wolken en stofdeeltjes tegen om tegenaan te bosten.

Slide 17 - Tekstslide

Bij de evenaar is het natter omdat ...

Slide 18 - Tekstslide

Bij de evenaar is het natter omdat ...
1. Sterke verwarming door de zon bij de evenaar (lage breedte).
2. Warme lucht stijgt op.
3. Lucht koelt af.
4. Koude lucht kan minder
waterdamp bevatten (condensatie).
5. Ontstaan van wolken.
6. Dagelijkse neerslag (heftige buien).


Slide 19 - Tekstslide

aan het werk
nakijken §3
maken §4

Slide 20 - Tekstslide

Werkvorm: Placemat
Benoem 3 feiten van de les
Stel 3 vragen aan je buurman/ vrouw over de stof
Benoem 3 begrippen van de les
Benoem 3 dingen die je nog niet wist 
Benoem 3 dingen van de vorige les 
timer
3:00

Slide 21 - Tekstslide

Het klimaat in de Amazone is ...
A
warm en droog
B
warm en vochtig
C
koel en nat
D
hetzelfde als in NL

Slide 22 - Quizvraag

Waar ligt het tropische regenwoud
Had je deze kenmerken ook in je woordweb? 
A
Tussen de 23,5 º NB en ZB
B
Tussen de 20º en de 40º NB
C
Tussen de 20º en de 40º ZB
D
Alleen in Zuid- Amerika

Slide 23 - Quizvraag

In de tropen regent het erg vaak. Dit komt door.....?
A
Stuwingsregens
B
Stijgingsregens
C
Loefzijde
D
Frontale regens

Slide 24 - Quizvraag

Amazone

Slide 25 - Tekstslide

Ontbossing

Slide 26 - Tekstslide

Ontbossing?
Wat is het?

Waarom is het?
Hints:
Ontbossing en landbouw?
Ontbossing en bevolkingsgroei?
Ontbossing en handel?
Ontbossing en mijnbouw?
Ontbossing en stuwdammen?
Ontbossing en vleeseten?

Slide 27 - Tekstslide

Ontbossing
redenen voor ontbossing:
  • meer landbouwgrond
  • meer veeteelt
  • uitbreiding steden (bevolking spreiden)
manieren van ontbossing:
  • bomen kappen
  • bomen afbranden

Slide 28 - Tekstslide

Gevolgen van ontbossing

Slide 29 - Tekstslide

Biodiversiteit
Verlies biodiversiteit 
-> ecosysteem aangetast
= er leven minder soorten dieren en planten in de omgeving

Slide 30 - Tekstslide

Mondiale klimaat verandering
  • Opwarming aarde
  • Verbranding bossen --> CO2 vrijkomen
       Wel vervangen door landbouwplanten, maar die nemen minder CO2 op
  • Broeikasgassen
--> Landdegradatie

Slide 31 - Tekstslide

Grootschalige (soja)landbouw is niet duurzaam:
  • Het tropisch regenwoud wordt gekapt of verbrand om er vee te laten grazen of om er sojaplantages/palmolieplantages aan te leggen
  • De nieuwe bossen vormen een monocultuur: 1 soort plant
  • Grond raakt uitgeput & bodem en water vervuild met pesticiden en kunstmest

Slide 32 - Tekstslide

Mijnbouw is niet duurzaam:

• Het bos wordt ook gekapt om aan mijnbouw te kunnen doen: door de bomen te kappen kunnen mensen bij de natuurlijke hulpbronnen eronder komen. Gevolg:
  • Grond- en oppervlaktewater raakt vervuild met zware metalen (kwik) en vergif (cyanide) 
• Dagbouwmijnen tasten landschap aan

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Kleine boeren 
(inheemsen en pachters)
Grootgrondbezitters en MNO's
geen eigendomsrechten
landgrabbing en landroof

Slide 39 - Tekstslide

Landroof of landgrabbing

Slide 40 - Tekstslide

Handen
Waarom zijn de handen op de cartoon zo groot afgebeeld?

Van wie zijn die handen?
De handen symboliseren het verwerven van enorme oppervlaktes grond door de multinationals.


Slide 41 - Tekstslide

Landschap
Waaruit kun je afleiden dat de cartoon geen betrekking heeft op het oorspronkelijke natuurlandschap?

Op de weggegraaide grond staan mensen ‘klein’ afgebeeld. Ze verbeelden de kleine boeren, die al een deel van het landschap gebruikten voor landbouw.
Klein afgebeeld: kleine boeren. Ze worden vaak van hun grond verdreven.






Slide 42 - Tekstslide

Ongelijkheid
In Brazilië is er een grote ongelijkheid tussen de mensen met veel land (grootgrondbezitters) en de mensen met weinig/geen land die land huren van de grootgrondbezitters (landlozen).

De grootgrondbezitters zijn rijk, produceren voor de export en hebben veel macht (vaak corruptie)
De landlozen zijn arm, produceren voor zichzelf en hebben weinig te zeggen

--> ongelijkheid tussen mensen op het platteland

Slide 43 - Tekstslide

Drie P's
• Theorie van de drie P’s: - people (mensen)  - profit (winst)
 - planet (aarde): balans moet in evenwicht zijn.

Slide 44 - Tekstslide

Duurzaamheid
Natuurlijke hulpbronnen zijn niet oneindig: ze kunnen opraken. Duurzaamheid = niet meer natuurlijke hulpbronnen gebruiken dan dat er bijkomen, zodat de mensen er ook in de toekomst nog gebruik van kunnen maken.

Slide 45 - Tekstslide

aan de slag
werk verder met §4

Slide 46 - Tekstslide

Ontbossing


Aanleg infrastructuur
Biodiversiteit
CO2 uitstoot
Corruptie
Groei Steden
Grootgrondbezitters
Inheemse bevolking
Inkomsten
Klimaatverandering
Landbouwgrond
Landroof
Mijnbouw 
Monoculturen
Ongelijkheid
Overstromingen
Soja
Uitsterven diersoorten
Veeteelt
Veevoer
Vervuiling
Verwoestijning
Oorzaak
Gevolg

Slide 47 - Tekstslide

0

Slide 48 - Video

Wat haal je uit het filmpje?

Slide 49 - Open vraag