In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Activeren voorkennis
Krant meenemen :
dagblad
krantenbericht lezen
artikel
krantenkop
voorpagina
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoel
We gaan vandaag leren wat de volgende woorden over media en communicatie betekenen.
We kunnen de woorden uit een verhaal opzoeken .
We kennen de volgende schema's :
Het woordweb
De paraplu
Een woordkast
Slide 2 - Tekstslide
instructie WS samen lezen.
abonnement: een vast bedrag dat je betaalt om gebruik te maken van bijvoorbeeld een krant.
artikel: een verhaal in een krant.
communiceren: met andere mensen praten of chatten.
dagblad: een krant die elke dag verschijnt.
Slide 3 - Tekstslide
instructie Ws vervolg
doorvragen: vragen blijven stellen om meer over iets te weten te komen.
feit: iets dat waar is.
informeren: ergens vragen over stellen of iets vertellen aan iemand.
Slide 4 - Tekstslide
WS
de journalist: iemand die stukken schrijft over het nieuws.
het krantenbericht: een stukje tekst in de krant.
de krantenkop: de titel van een bericht in de krant.
de spotprent: een tekening waarin iets of iemand belachelijk wordt gemaakt.
Slide 5 - Tekstslide
WS
de voorpagina: de eerste bladzijde van een krant.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Iemand die stukken schrijft over het nieuws
A
auteur
B
schrijver
C
journaal
D
journalist
Slide 10 - Quizvraag
Iets dat waar is
A
feit
B
mening
C
fictie
D
actueel
Slide 11 - Quizvraag
Een stukje tekst in de krant
A
spotprent
B
de voorpagina
C
het krantenbericht
D
de krantenkop
Slide 12 - Quizvraag
CVB vraag
Wat is het verschil tussen een krantenartikel en een krantenbericht ?
Schrijf op in een goede zin . 3-2-1
Slide 13 - Tekstslide
Doel ?
Waarom leren we deze woorden ?
Hebben we alle doelen al behandeld ?
Slide 14 - Tekstslide
Begeleide inoefening
Pak een blad en maak een woordweb rondom
het krantenbericht . Kies uit :
Het feit kweken de quiz informeren de krantenkop
Bedenk er zelf ook een paar !
Slide 15 - Tekstslide
het krantenbericht
Slide 16 - Woordweb
De journalist
doorvragen
?
?
raden
informeren
het abonnement
communiceren
Slide 17 - Tekstslide
Wat is een tegenstelling ?
Wat is een woordkast ?
het feit
?
de spotprent
?
Slide 18 - Tekstslide
Begeleide inoefening
Snappet opdracht 1 A. Verhaal zelfstandig lezen. Hier een kort fragment: Aan de slag als journalist
Dylan slaat het dagblad open. Het is dinsdagmiddag en al zijn klasgenoten zitten allerlei krantenberichten te lezen. Ze werken deze week aan het thema "De krant". Het hele klaslokaal ligt bezaait met kranten. Vanmiddag zijn ze artikelen aan het bekijken.
Slide 19 - Tekstslide
Wat staat er in de krantenkop ?Waar gaat het bericht over ?
Wie heeft het bericht geschreven ?
Vraag : Welke woorden hebben met media en communicatie te maken ? Schrijf er 3 op.
Slide 20 - Tekstslide
Lesafsluiting
Lesdoel ?
Welke beroepen hebben met communicatie en media te maken ?
Slide 21 - Tekstslide
Zelfstandige verwerking
Je maakt Snappet thema 5 les 1 . Let op opgave 1c krant nodig !